De twijfelachtige afhandeling van een studiebeursverzekering (II)

Op een vraag van de heer Van Leer uit Californië naar de afhandeling van een studiebeursverzekering door de Nillmij in de jaren ´50, reageerden meerdere lezers. Niemand had echter nog de  polis en polisvoorwaarden van de betreffende studiebeursverzekering van de Nillmij voorhanden. Was de uitbetaling in Indonesische rupiahs wel correct?   

Bataviaasch Nieuwsblad, 1939

Het antwoord werd (deels) gevonden in een artikel in de Tong-Tong van 30 maart 1960. Het blad publiceerde een brief van één van de lezers, de heer Willem Burer, en een antwoord van de Nillmij:

De ingezonden brief van de heer Burer:

“Wie kent niet de N.V. Levensverzekeringsmaatschappij  ´Nederlandse Nillmij van 1859´? Deze maatschappij, waarbij ongetwijfeld velen der 8000 abonneé´s van Tong-Tong zijn aangesloten, viert in dit jaar (of heeft dat reeds gedaan?) haar honderdjarig bestaan. Wij wensen de Nillmij van harte geluk met haar jubileum. Ongetwijfeld heeft de Mij in deze eeuw zeer velen onzer aan zich verplicht. En niets zou schrijver dezes aangenamer zijn dit feest mee te vieren…. Maar…. wij voelen ons teleurgesteld door het enige jaren geleden door de Nillmij genomen besluit om in de toekomst nog te doene uitkeringen wegens voor de souvereiniteitsoverdracht (december 1949) gesloten verzekeringen te doen geschieden in Indonesische rupiah´s instede van – zoals de verzekerden algemeen hadden verwacht –  in guldens (harde Nederlandse guldens van 100 Nederlandse centen). Neen, vriendelijke lezer, ik vertel U geen mop.

Tida bisang bohong (geen leugen-JP). Ik heb hier voor mij liggen een premievrije verzekeringspolis, daterend van maart 1938, betreffende een uitkering bij mijn overlijden van een niet eens zo´n groot bedrag, aan een mijner nabestaanden. Toen mij in 1956 werd bericht dat de uitkering zu geschieden in rupiah´s (devaluatie), deed de rupiah nog ongeveer 30 cent. En thans? Weet U het, heer Tjalie? (…) In de devaluerende beslissing van de Nillmij herkennen we niet meer de fiere leeuw van 1859.”

Was getekend, de heer W. Burer. Het antwoord van de Nillmij, daartoe aangeschreven door Tong-Tong:

“Wij zijn u zeer erkentelijk dat u ons in de gelegenheid stelde een toelichting te geven op het door de heer Burer naar voren gebrachte probleem.

Van een devaluerende beslissing van de Nillmij, waarvan de schrijver rept, is geen sprake. Voorop sta, dat Nillmij hier niets te beslissen heeft gehad en trouwens geen enkele polishouder bij een maatschappijbesluit, waardoor zijn aanspraken zouden zijn bekort, zich zou hebben hoeven neerleggen. De waarde-achteruitgang van de gezonde vooroorlogse Indische munt tot de huidige rupiah is een gevolg van een reeks van politieke gebeurtenissen, geheel losstaand van welke maatschappij-beslissing ook. Wél is het naoorlogse beleid van de Nillmij te batavia erop gericht geweest voor haar Indische verzekeringen op zo ruim mogelijke schaal de mogelijkheid van overdracht aan het Nederlandse bedrijf met omzetting in Nederlandse guldens open te stellen; door de strenge deviezenbepalingen, reeds door de na-oorlogse Nederlands-Indische overheid mede gehanteerd om kapitaalvlucht tegen te gaan, was deze transfermogelijkheid in de jaren na ´45 maar in beperkte mate aanwezig. In een ongunstige situatie verkeerden daarbij ongetwijfeld de verzekeringen, waarop nooit in Nederland premie was betaald, zoals die, waarover de heer Burer schrijft.

In 1951, toen de mogelijkheid van transfer via deviezencertificaten een tijdlang openstond, is de heer Burer op de mogelijkheid attent gemaakt langs deze weg – bij een feitelijke koersverhouding van drie rupiah´s: één gulden – zijn verzekering alsnog in Nederlands Courant om te zetten. Het is achteraf beschouwd wel heel jammer, dat betrokkene van deze toen nog bestaande mogelijkheid geen gebruik heeft gemaakt. Hoogachtend, Nillmij.”

Met andere woorden: het was niet de schuld van de Nillmij, zegt de Nillmij. Dat de briefschrijver Burer ook nog eens geen gebruik had gemaakt van de door de Nillmij geboden mogelijkheid één gulden in te ruilen voor drie rupiahs, en later waarschijnlijk genoegen moest nemen met een nog veel slechter koersverhouding, was spijtig. Zegt de Nillmij.

x

Dit bericht werd geplaatst in 9. Java Post. Bookmark de permalink .

3 reacties op De twijfelachtige afhandeling van een studiebeursverzekering (II)

  1. Ahrend Siebelhoff zegt:

    Het pensioen van mijn vader werd omgerekend van Rupiah ( Ned. Indie gulden) naar de Nederlandse gulden. In de polisvoorwaarden staat , valuta van het land. Geprobeerd toen voor hem te regelen. Het is pure misleiding. Aegon heeft heelveel verdiend

    • Jan A. Somers zegt:

      Is het nou de rupiah of Ned. Indische gulden? Twee verschillende dingen. En de datum van omrekening? En de valuta van welk land?

      • Ahrend Siebelhoff zegt:

        Ned Indische gulden was het bedrag op de polis. Bij de overdracht werd het automatisch de Rupiah. Het speelde in de jaren 50 nadat we gerepatrieerd waren

Plaats een reactie