De term ‘Bersiap’ is te generaliserend om te gebruiken als naam voor de periode na de Japanse capitulatie. Volgens Bonnie Triyana heeft de term daardoor een racistische lading.

Door Bonnie Triyana
Voor de tentoonstelling ‘Revolusi, Indonesië onafhankelijk’, die volgende maand geopend wordt in het Rijksmuseum te Amsterdam, heeft het team curatoren besloten om het woord bersiap niet te gebruiken als gangbare term die verwijst naar de gewelddadige periode in Indonesië tijdens de revolutie (1945-1950). Waarom niet? Wat is het achterliggende probleem met deze term die veel meer Nederlanders kennen in vergelijking met Indonesiërs?
Op het moment dat Japan op 15 augustus 1945 capituleerde en twee dagen later de onafhankelijkheid werd uitgeroepen door Soekarno en Hatta, wandelde de jonge Nederlandse vrouw Elien Utrecht, geboren in 1921 in Indonesië, met haar moeder het Japanse interneringskamp uit in Semarang. Enkele Indonesiërs groetten hen vriendelijk, maar Elien voelde zich ontdaan door de vele Indonesiërs die een woord schreeuwden waarvan zij de betekenis niet begreep. „Ze gilden het woord merdeka, vrijheid. Ik kende dat woord niet en begreep ook niet meteen de betekenis van het woord”, schrijft Elien in haar memoires Twee zijden van een waterscheiding.
Elien is een van de vele tienduizenden Nederlanders die gevangen werden genomen toen Japan Indonesië bezette, begin 1942. De beschrijving die zij geeft van de situatie buiten het gevangenenkamp geeft een beeld van hoe ver de Nederlanders afstonden van de Indonesische nationalistische politieke bewegingen die zich al sinds de jaren twintig ontwikkelden.
Vurige drang
Utrecht beschrijft de gewelddadigheden die veel geïnterneerden troffen net na hun bevrijding. Zij werden vaak het doelwit van de woede van Indonesiërs die een vurige drang naar vrijheid hadden. Deze jonge Indonesiërs riepen dan vaak „bersiap!” (sta paraat!) als strijdkreet. De Nederlanders die deze tijd meemaakten spreken over de ‘Bersiap-periode’. Een tijd waarin Indonesiërs bezeten waren en burgers aanvielen met een witte huid, Indo-Europeanen, Ambonezen, inheemse Chinezen of wie dan ook die zij als koloniale collaborateurs beschouwden. Maar klopt dat beeld?
Tegelijkertijd begonnen bijvoorbeeld in Banten, West-Java, de strubbelingen. Een groep mensen omsingelde op 16 augustus 1945 het huis van het districtshoofd Tubagus Mohamad Arsad. Zij eisten dat Arsad rijst zou verdelen onder het volk. Hij weigerde en uiteindelijk werden Arsad en het hoofd van de politie Raden Sukrawadi gelyncht door de hongerige bevolking.
Aan de noordkust van Midden-Java, precies als in Banten, werden een dorpshoofd en een groep aristocraten doelwit van woede. Het dorpshoofd werd beschouwd als onrechtvaardig en als een toegewijde dienaar van de bezetter.
In Sumatra had het sultanaat Langkat te kampen met een opstandige menigte. Tengku Amir Hamzah, lid van een vooraanstaande familie en een prominent dichter kwam om het leven bij een volksgericht. Gedurende de Nederlandse koloniale tijd genoot het sultanaat Langkat privileges van de koloniale machthebbers. Het feodalisme werd vanaf het begin van de komst van het kolonialisme gezien als een weg die de exploitatie van de kolonie vergemakkelijkte.
Deze omstandigheden werden door Multatuli in Max Havelaar afgeschilderd als ‘twee zwepen van de macht’ die het volk geselden om te buigen voor de koloniale machthebbers. Historici noemen deze lokale uitbarstingen van geweld kort na de Japanse capitulatie een sociale revolutie, die voortkwam uit een structurele spanning sinds de koloniale tijd en de Japanse bezetting. Hetzelfde geldt voor het geweld tegen Nederlandse burgers na de onafhankelijkheidsverklaring. Zij werden gezien als een symbool van het kolonialisme dat gebaseerd was op de hiërarchie van ras en een feodale machtsrelatie.
Racistisch
Als we het begrip ‘bersiap’ in zijn algemeenheid gebruiken voor geweld dat tijdens de revolutie plaatsvond tegen Nederlanders, krijgt het een sterk racistische lading. Meer nog omdat bij het begrip ‘bersiap’ altijd primitieve, ongeciviliseerde Indonesiërs als daders van de gewelddadigheden worden opgevoerd, wat niet geheel vrij is van rassenhaat. De wortel van het probleem ligt in het onrecht dat het kolonialisme creëerde en dat een structuur vormde van een op racisme gebaseerde hiërarchische samenleving die de exploitatie van de kolonie omhult.
In Indonesië is de term ‘bersiap’ in deze context onbekend, maar er zijn wel veel andere termen die gebruikt worden om verschillende gebeurtenissen tijdens de revolutie een naam te geven om het geweld te verhullen. In diezelfde tijd verwijst ‘gedoran’ naar een actie van jongeren in Depok, bij Jakarta, die huizen binnenvielen van mensen die werden verdacht van collaboratie met de Nederlanders. In Midden-Java spreekt het volk van ‘gegeran’ over de tijd van de revolutie en in Banten en een deel van West-Java kennen ze de term ‘ngeli’ die verwijst naar de tijd waarin vele burgers hun dorpen ontvluchtten.
Het gebruik van de term ‘bersiap’ draagt dus ook de risico van simplificatie in zich omdat het ertoe neigt de diversiteit aan feiten te generaliseren. Een dergelijke houding wordt de basis van een vooroordeel, van een misdaad door associatie. Alleen omdat enkele mensen een fout maken, moeten alle leden van deze groep de last van deze fout dragen.
Geweld was algemeen
Relevant om in herinnering te brengen, is dat de Nederlandse regering die na de oorlog Indonesië opnieuw wilde bezetten de republiek Indonesië als onbeduidend beschouwde. De republiek werd ervan beschuldigd onder de invloed van het Japanse fascisme te staan. En Indonesiërs werden niet in staat geacht de situatie te kunnen controleren. Sutan Sjahrir, samen met Soekarno en Hatta een van de voorlieden van de republiek, heeft inderdaad toegegeven dat er gewelddadigheden plaatsvonden tegenover burgers met een witte huid, Indo-Europeanen en leden van etnische groepen die als collaborateurs van de kolonialen werden gezien. Dit heeft hij beschreven in een brochure met de titel Perdjoangan Kita, (Onze Strijd) die eind oktober 1945 werd uitgegeven. Dat geweld keurde hij af en ook Soekarno, Hatta en andere republikeinse leiders spraken zich daar tegen uit.
Zoals gezegd, geweld was vrij algemeen tijdens de Indonesische revolutie. Maar er was nog een factor die bijdroeg aan de gewelddadige ontlading. Daarvoor voer ik hier de journalist Rosihan Anwar op die ooggetuige was van de revolutie. In zijn memoires Kisah-Kisah Jakarta Setelah Proklamasi (Verhalen van Jakarta na de Proklamatie) vertelt Anwar dat de spanningen opliepen nadat het bericht zich verspreidde over de terugkeer van Nederlandse soldaten samen met het geallieerde leger om de geïnterneerden uit de Japanse kampen te bevrijden. Het geallieerde leger kwam inderdaad uiteindelijk op 15 september 1945 aan in Jakarta. Vele pemoeda, jonge strijders, maakten zich zorgen over de Nederlandse terugkeer. De historische feiten wijzen erop dat Nederland probeerde Indonesië te rekolonisereen met gebruik van strijdkrachten.
Geschiedenis gaat inderdaad over wat al gebeurd is, niet over wat mogelijk zou zijn gebeurd. Maar wanneer je de omgekeerde feiten gebruikt om de geschiedenis te bekijken kun je de vraag stellen: wat als de Nederlandse regering toentertijd niet haar hartstocht om in Indonesië te heersen had gevolgd en niet was teruggekeerd om Indonesië te rekoloniseren? Zeker is dat de term ‘bersiap’ nu niet bekend zou zijn in Nederland.
Dit artikel verscheen eerder in het NRC, 11 januari 2022.
“De Federatie Indische Nederlanders (FIN) zegt dinsdag aangifte te gaan doen tegen de Indonesische gastcurator Bonnie Triyana wegens het schrappen van het woord Bersiap in de tentoonstelling ’Revolusi, Indonesië onafhankelijk’ voor het Rijksmuseum in Amsterdam. „Ik word hier fysiek onpasselijk van”, aldus Hans Moll, voorzitter van Federatie Indische Nederlanders (FIN).”
Ja daar kon je de klok op gelijk zetten. Onbegrijpelijk dat we ons de mores laten voorschrijven door een Indonesische activist. Zullen we de gehele geschiedenis maar door Indonesiërs laten herschrijven? Ik weet in elk geval welke tentoonstelling ik niet ga bezoeken. Dit is een zoveelste voorbeeld van: “weg met ons.” Alsof de vele uiterst wreed vermoordde vrouwen en kinderen verantwoordelijk zijn voor koloniaal beleid.
Het overgrote deel van de Nederlandse bevolking weet al niets over de Bersiap, en nu deze schandalige aktie? Het Rijksmuseum is toch van ons allemaal. Ik roep iedereen op om, net zoals ik, een klacht in te dienen. Het Rijksmuseum heeft geen historisch besef.
Aangifte doen op grond van welk strafbaar feit?
Aanzetten tot rassenhaat.
Net zoals het ontkennen van de Holocaust strafbaar is en als aanzetten tot jodenhaat wordt gezien.
Ik geloof niet direct aan “oog om oog, tand om tand”. Ik vind wel dat wij Indische mensen met veel meer respect behandeld moeten worden.
Ik heb als 7 jarige jongen na augustus in een zogenaamd geziinskamp in Bandung gezeten herenigd met mijn vader..Wij werden door de Japannners beschermd tegen de opstandige Indonesiërs
Ik heb eigenlijk geen idee hoe lang wij daar hebben gezeten.
Is er iemand die denkt te weten hoe lang??
Ikzelf heb in diezelfde periode, als 10/11-jarige, in Tjimahi (Cimahi) gezeten vlak bij Bandoeng, waarschijnlijk dus vergelijkbaar. Na de bescherming door de Japanners, werd deze overgenomen door eerst de Ghurka’s (Brits regiment) in oktober ’45, vervolgens na ca. een maand door andere Brits-Indische eenheden (Maratha en Punjabi). Rond kerst kwamen de eerste KNIL vrijwilligers die zich tot militaire eenheden hadden gevormd uit de lokale krijgsgevangen kampen om de bewaking over te nemen. Wij zijn toen, via 2 weken opvang op het vliegveld Andir, naar Batavia geëvacueerd en daar tot eind maart gebleven. De orde in de grote steden werd toen nog steeds door Britten gehandhaafd. Pas in april 1946 kwamen de eerste KNIL troepen uit de krijgsgevangenkampen van Birma/Thailand/Singapore en de Nl. Mariniers uit de VS naar N.I. om het over te nemen van de Britten. De laatsten hebben zich voornamelijk ontplooid in en om Soerabaja. Hieraan kan mogelijk uw herinnering gekoppeld worden om uw vraag ten dele te beantwoorden. Groet, Jouke Schotel (www.joukeschotel.nl)
Dat de geallieerde troepen de taak hebben om de mensen in de kampen te bevrijden is zeker ONZIN.Want de Japanse bewakers hebben de kampen al lang “open en blood” verlaten om naar hun eigen kazernen tegaan voor hun eigen veiligheid.De troepen in Batavia zijn pas op 5 September 1945 geland.En de kampen in Tjideng en Pegangsaan zijn wijt open. Ik woonde tussen 2 kampen in Semarang dat is Halmahera en Sompok, de Japppeners hebben hun al 3 dagen verlaten en GEEN ETEN meer gebracht.De inwoners gingen de kampong in , of anders om, om hun e GARIGE voedsel ( ze zijn zelf uitgehongert) om met kleren van de bevolking te ruilen die zelf ook al in vodden rond lopen.Zo was het een in kampen in Sumatra eender. Dat volgen Mevr Ettie Flohr, de inwoners vrij uit kunnen lopen EN GEEN ENKEL Gealieerde soldaad tezien.Pas een paar dagen er na.Wal Suparmo
Ik moet helaas medelijden hebben met de “Nederlanders” en hun kennis van de Nederlandse Geschiedenis. Men weet niet wat wij daar hebben mee gemaaakt. Ik word nachts nog wel eens wakker over het begin van de Bersiap periode in Semarang, waar wij later beschermd werden door Majoor Kido. Uit het kamp Bangkong gehaald door de familie Meehuiysen, daarna via de dokter’s kliniek naar de Broeder School en vandaar onder bescherming van de Gurghas naar de Haven voor vertrek met de “Oranje”
Hallo jhdevostne,je hebt gelijk .De Hollanders lopen hier te schermen met een koude winter en Rotterdam etc maar van Indië weten zij niets.Ergo de VOC campagne leefden nog in dit kikkerland ( Holland)En dan een koning die zijn verontschuldiging aan bied aan de Indonesiërs .Hij weet ook niet wat daar is gebeurd.Hij moest zich eens goed oriënteren.
Die onbekendheid is een grote fout van de clubs die zeggen dat ze de Indische gemeenschap vertegenwoordigen en de belangen van haar leden vertegenwoordigen. Veel te weinig aan de weg getimmerd, zowel richting buitenwereld als intern, naar de Indische gemeenschap toe.
De Joodse lobby is veel effectiever en onze vrienden uit de andere voormalige wingewesten Suriname en de Caribische eilanden, roeren zich nu ook met hun goudmijntje, het slavernij verleden.
En de Indo? De Indo eet tevreden zijn bordje rijst met empal, drinkt zijn kopi toebroek, laat een boertje, droomt van bekpee en verder …… adoeh …. aaaaal …… soedah …. laat maarrrr.
P.S.: Als trouw abonnee van de NRC heb ik aan het gewraakte artikel wel een ingezonden stukje gewijd. Mijn eerste in ongeveer 40 jaar! Dat zegt wat. Dus toch even mijn kopi toebroek perheten. De vraag is of het stuk zal worden geplaatst. Misschien wel, maar dan geschoond voor alle vieze woordjes.
Ik ben blij dat ik niet de enige ben die zich geraakt voel. Van wege mijn werk moest ik in 1980 naar mijn geboorteland Ik blij. Mijn baas ging mij. Afspraak was, dat ik één dag naar Semarang wilde en naar Lampersari, waar ik in dekeuken heb moeten werken. Ik werd eerst niet toegelaten omdat dat gedeelte bewoont werd door gewonde en gehandicapte Indonesiërs. Ik werd meteen binnengelaten en ik heb onder heerlijk kopjes thee met hen gesproken en ervaringen uitgewisseld. Zij waren soldaten die in 1947 tegen de Nederlandse militairen hadden gevochten maar zij waren niet haatdragend. Geweldige discussie en ik ging verheugd weg.
In mijn bovenstaand stukje, 1ste alinea, 1ste zin, komt 2 x het werkwoord “vertegenwoordigen” voor. Tolol natuurlijk.
Binnenkort krijgen wij, met name onze soldaten weer grote klappen. Ook hier geld dat 90 % van de mensen niet beseffen wat een oorlog en een guerrilla inhoudt. Niet wij in Indië hebben de oorlog verklaard aan Japan, maar Nederland heeft dit gedaan. In februari komt een commissie met het eindrapport. Spannend.
Ik weet ook dat wij fouten hebben begaan maar ook goede zaken.
Weet men wat er gebeurd is gedurende het werk aan de Birma- en Pakan Baru Spoorweg. Nee.
Hoe zijn onze KNIL-ers behandeld. Ik hou op want het is goed voor mijn hart.
Laten wij tonen dat wij staan voor onze zaken. Groeten Jan de Vos tNC
Ik heb daarnet deze e-mail naar het Rijksmuseum gestuurd:
In de media zag ik dat het Rijksmuseum bij de tentoonstelling ‘Revolusi! Indonesië onafhankelijk’ de historische term ‘Bersiap’ in de ban doet, dit op verzoek van een Indonesische gastcurator.
Ik heb het bericht wel drie moeten lezen om het te geloven. Maar helaas, het is waar… En dat door het Rijksmuseum, hét museum van Nederland…
Dit is echt een dolkstoot in de rug van honderdduizenden (Indische) Nederlanders. Gelukkig heeft mijn vaders familie de slachtpartijen tijdens de Bersiap overleefd, anders had ik nu niet bestaan…
Afijn, ik wens jullie veel succes met jullie tentoonstelling, mij zal je er niet aantreffen, ik pas er voor om naar zo’n stuk geschiedvervalsing te gaan kijken.
Ik heb een paar dagen geleden deze reactie van het Rijksmuseum gekregen:
“Ik vind het heel erg om te lezen dat wij pijn hebben veroorzaakt. Dat spijt mij zeer. Graag geef ik u een toelichting.
Het Rijksmuseum of het team van conservatoren dat aan de tentoonstelling Revolusi! werkt, heeft de afschuwelijke gebeurtenissen en de onuitwisbare gevolgen daarvan op geen enkel moment willen afzwakken of ontkennen. We betreuren het zeer dat een belangrijke groep betrokkenen zich niet gehoord voelt. Dit is nooit onze bedoeling geweest. Het Rijksmuseum is zich ervan bewust dat er tot op de dag van vandaag veel pijn en verdriet bestaat rondom deze geschiedenis. Daarom achten wij het van belang dat hierover gesproken wordt. Dat is ook een van de redenen waarom wij deze tentoonstelling maken.
Het opiniestuk dat onze gastconservator en onafhankelijk onderzoeker Bonnie Triyana heeft geschreven over het gebruik van de term Bersiap heeft een brede discussie teweeggebracht. De term refereert aan de na-oorlogse periode waarin ongeregelde Indonesische groepen geweld pleegden jegens Indo-Europeanen, Nederlanders, Molukkers, Chinezen en anderen die aan Nederlandse zijde stonden of daarvan verdacht werden. De gastconservator schreef dat de term om verschillende redenen niet in de tentoonstelling wordt gebruikt. Het stuk leidde tot boosheid en onbegrip, omdat daarmee de geweldsexcessen van Indonesische zijde genegeerd lijken te worden.
Wij benadrukken nogmaals dat, anders dan gesuggereerd, het Rijksmuseum de term Bersiap niet schrapt. Noch ontkennen we de gebeurtenissen en het leed waarnaar de term verwijst en de pijn die tot de dag van vandaag door velen nog wordt gevoeld. De tentoonstelling toont zowel het geweld in deze periode tegen bovengenoemde groepen mensen, als het geweld tegen andere groepen waaronder Indonesiërs in dezelfde periode.
In de tentoonstellingszalen behandelen we de verschillende thema’s van de revolutie door de verhalen en objecten van twintig ooggetuigen en historische figuren. De tentoonstelling benadert de geschiedenis via ooggetuigen juist om de menselijke ervaring in al haar facetten centraal te stellen. In de zaal die gewijd is aan verschillende vormen van geweld in de periode 1945-1946, wordt de term uitgelegd. Dit gebeurt ook in het boek dat bij de tentoonstelling verschijnt. In een uitgebreid publieksprogramma rond de tentoonstelling komt er ook aandacht voor de term Bersiap en de dialoog hierover.”
Tot zo ver. Toch wel vreemd dat het Rijksmuseum nergens op de website het woord ‘Bersiap’ gebruikt. ‘Schrappen’ of ‘niet meer gebruiken’ is natuurlijk héééél wat anders….
Om het woord “bersiap” te verwijderen uit het woordenboek bereik je niets. Maar het is zeker wel het geval dat Nederlands Indie door “Nederland” , oftewel de regering in den Haag, beschouwd werd als bron van inkomsten, en niet als een land met 80 miljioen onderdanen, die op zijn allerminst bescherming konden verwachten van de overheid. Dat was zo voor de oorlog zowel als na de oorlog.
Het is goed dat deze term niet wordt gebruikt. In Indonesia weet niemand wat wordt bedoeld met Bersiap-periode. Men hanteert hier veelal de Engelse term “clash”, een term die minder partijdig is. Zelfs vele oud-slachtoffers in Indonesia gebruik(t)en deze term.
Om het Engelse woord clash te gebruiken voor de beschrijving van een eenzijdig bloedbad van vrouwen en kinderen op een beestachtiche rituele manier is een insult to injury.. De Bersiap was een laffe moordpartij van o.a. babies
Wat ik gezien heb als jongen van 11 jaar is verschrikkelijk. Dat dit zo maar opzij geschoven wordt is niet alleen schandalig maar ook medeplichtig. Ga eens naar het NIOD.
Dat men het woord Bersiap in Indonesië niet gebruikt, voor de orgie van geweld na de Japanse bezetting, doet er helemaal niet toe. Wij, voormalige medebewoners van de archipel, hebben nooit bezwaar gemaakt tegen het gebruik van het woord Revolusie door Indonesiërs, om die periode aan te duiden. Dat er een racistisch motief aan de benaming wordt toegekend is absurd. Heel veel van de slachtoffers waren zelf nakomelingen van Indonesiërs. Zij zullen geen enkele neiging hebben hun eigen familie als minderwaardig te beschouwen, eerder liefdevol en toegewijd.
Mijn website https://MyIndoWorld.com geeft genoeg aan wat ik ervan denkt. Maar daar naast kreeg ik ook van juist jonge Indonesiers, zelf een student aan de universiteit van Bandung en een student/publisher, vragen. Want in wezen hadden ze eigenlijk geen kennis van de Bersiap en waren geschokt over het geschrevene. Toen ze aan het onderwijzend personeel gingen vragen. Hun antwoord was meestal, dat ze hier les kregen inde vakken die naar de toekomst zijn gericht. En het verleden moeten ze met rust laten. Er is zeker een deel van de Indonesiers, die blijkbaar in het onderwijs in een toekomst worden gedwongen en velen mogen niet weten wat er in het verleden was gebeurd. Indonesie is toekomst gericht. Velen net als ik waren al bij het begin van het Nl onderzoek al sceptisch.
Ik heb niet begrepen wat de heer Reybrouck bezielde toen hij het boek schreef. Ik heb uit betrouwbare bron vernomen dat hij op een signeersessie van zijn boek toe gaf dat van Indonesische kant geen medewerking was voor research over de Bersiap periode.
Hoera, alweer gelukt om grote groepen ouderen op de kast te jagen! Wanneer houden deze wreedheden nu eens eindelijk op?
Wellicht is het goed om ook de interpretatie van gebeurtenissen in Indonesië in de Bersiap Periode publiek te maken, van een ander Indonesische historicus, die op basis van eigen wetenschappelijk onderzoek, tot de conclusie komt dat de Indonesische lezing van één van de heftigste ontsporingen van hun vrijheidsstrijd, herziening behoeft. Lees hieronder zijn verhandeling in het Engels.
Abdul Wahid is a lecturer for the history department, Gadjah Mada University, Yogyakarta, and is a visiting fellow at KITLV Leiden, The Netherlands.
The battle of Surabaya 10 november 1945.
The epic battle that took place in Surabaya on Nov. 10, 1945 was one of the most heroic and violent episodes of the Indonesian Independence War. The Allied Forces, led by the British Army, launched a massive attack, deploying the most-modern weaponry at their disposal, including 24,000 troops, 25 pounders and 3.7 howitzer artilleries, five Destroyer warships, 24 Sherman tanks and 24 Thunderbolts and Mosquito bombers to occupy the city.
It was reported that in the first day alone, the Allied Forces dropped about 500 bombs. It was only after three weeks that the Allies Forces could secure the city. As a consequence, the city was devastated while casualties were immense, taking of more than 40,000 lives, mostly civilians.
The Indonesian government declared Nov. 10 National Heroes Day to commemorate this event, with the hope that the new generation could emulate the spirit of those who sacrificed their lives for the love of their country.
For this reason, the government has promoted the story of the battle through the media, historical writings, movies and school curricula. However, this widely reproduced official version has been emphasizing the militaristic aspect of this event, putting the non-combat civilian aspects slightly aside. Thus, the historical reconstruction of the battle basically covers only one side of story while ignoring many other issues.
What were the real reasons behind the Allied Forces’ decision to launch such a brutal and bloody assault on Surabaya? American historian William Frederick, in the Journal of Genocide Research, 14th edition 2012, revealed another motive behind the Allied Forces’ attack.
From personal correspondence letters written by officers in charge of the attack, he found out another possible motive that links to the preceding events, apart from the killing of British Army officer Brig. Gen. AWS Mallaby on Oct. 30, 1945.
The letters of Colonel LHO Pugh ‘ the deputy of General EC Mansergh the commanding officer in Indonesia ‘ to his wife, for example, explicitly stated the Allied Forces’ mission was to punish the Indonesians […] who had beheaded the British officer, brutally murdered Dutch civilians, including women and children.
Our national historiography of the period between 1945 and 1949 has been constructed a ‘sacred period’
According to Frederick, the last part of Mansergh’s letter referred to the killing of hundreds Dutch and Eurasian civilians who had just been released from Japanese internment camps by Indonesian militia and youth groups in October 1945. In addition, many Chinese and other Indonesian minority groups such as the Ambonese and Timorese, who were suspected of being Dutch spies or stood on the Dutch side, were also victims of the mass killings.
The fact became uglier as Frederick ‘ using survivor’s testimonies ‘ found out that the perpetrators were not only mobs consisting of members of independent fighters or criminals, but also members of prominent or even (deviant) military officers. Frederick concluded that unlike in other parts of urban Java, the killings in Surabaya were committed in a more systematic way, not only by uneducated villagers but also by educated youth.
If Frederick’s analysis is right, then we have a new understanding of the Surabaya affair, which was apparently much complex than what we learned from school textbooks.
As a matter of fact, the killing of Dutch, Eurasian and Indonesian minority groups (Chinese, Ambonese, Timorese, etc.) civilians in Surabaya was the only dark chapter of the wave of violence against thousands of others that took place almost simultaneously in most of urban Java and Sumatra, from September 1945 until around early 1946.
This period has been recalled in Dutch historiography as bersiaptijd or ‘get-ready period’, which barely has a place in our national historiography, although the total lost was immense, about 25,000 Dutch and Eurasian, 10,000 Chinese and thousands of other Indonesian minority groups.
Should we wonder why there was a long silence in our history?
The fact is that our national historiography of the period between 1945 and 1949 has been constructed a ‘sacred period’, when all Indonesians struggled to defend their newly gained Independence and when the destiny of our nation-state was endangered of being subverted by returning colonialism. Under such understanding, a militaristic approach championed historical writing, while other non-combatant affairs or non-physical struggles were sidelined.
Historical reconstruction was framed under nationalistic sprit as an effort to mold the very notion of Indonesian nationalism. This can be seen vividly through a myriad historical writings during the period, which emphasized the role of prominent (military) figures or contribution of certain organizations (religion, ethnic groups) and regions to this historical metanarrative.
Any ‘unnecessary’ stories were deemed irrelevant and consequently had no merit to have a place in historical writings. Or worse, any deviant story during the period was considered as having tainted the very sacred notion of the Indonesian revolution.
The period of 1945-1949 was a violent one. Various forms of violence occurred involving almost all groups of society. The Bersiap killings were part of the omnipresent violence during this period, along with collateral violence in ‘formal’ military battle or military operations as well as internal violence among Indonesians.
Undoubtedly, Indonesians suffered biggest losses during the period as thousands of civilians died, families were disunited and displaced, properties and sources of income were gone.
But, under the current historiographical mainstream, these losses have been simply classified under the term of ‘sacrifice’ at the will of the people, without further explanation. Meanwhile, the losses of those considered ‘Dutch subjects’ were completely ignored. No humanitarian concern has entertained the losses of these people.
I have no intention to take side or scapegoat particular groups involved in the conflict of 1945-1949, but I simply want to remind everyone to critically understand the history of the Indonesian decolonization period.
As such, I maintain that the extant mainstream of historical writings about the period are basically political and need to be refreshed. In the case of the violence in 1965, new takes on that time have been produced and have made us realize that state-sponsored historical narratives have been very much in favor of ‘the winner’, particularly the military, who then took power.
By criticizing its most ‘sacred history’, Indonesia will grow, not only because it honors its heroes and heroines but also because it open-heartedly accepts the darkest episode of its history.
____________________
@JoukeSchotel; ‘are basically political etc.’- Echter waarom dan ook niet het politieke element uit die periode benoemen uit de analyse; waarom/waardoor bersiap? Want politieke beslissingen hebben nou eenmaal een weerslag op de achterban! Zo ook bersiap; want juist in die periode kwamen alle elementen van uit de bevolking te voorschijn; van moed tot moordlust! Wat is geschied moet beschreven/vastgelegd worden! Waarheidsvinding is de leidraad en niet anders! Dus nogmaals; waarom/waardoor is bersiap ontstaan/gebeurd?
Mooi stukje van die andere Indonesische historicus, Abdul Wahid, kennelijk ook geen onbekende in Nederland, want “a visiting fellow at KITLV Leiden”.
Hij schrijft onder meer: “This period has been recalled in Dutch historiography as bersiaptijd or ‘get-ready period’, which barely has a place in our national historiography, although the total lost was immense, about 25,000 Dutch and Eurasian, 10,000 Chinese and thousands of other Indonesian minority groups.
Should we wonder why there was a long silence in our history?”
Collega Triyana verbreekt nu die lange stilte periode, maar die mag van hem de naam “Bersiaptijd” niet dragen omdat die “racistisch” zou zijn. Mijn klomp breekt. Hij en zijn bazen in Indonesia schamen zich nu kennelijk over die fase in de vrijheidsstrijd. Dat binnen de vigerende schaamtecultuur er dan over gezwegen wordt begrijp ik ook. Uit de film “De Stille Kracht” uit de zeventiger jaren v.d.v.e. is mij de zin bijgebleven “Niet goed praten over dese”. Maar historicus Triyana gaat m.i. té ver als hij beweert en eist dat het woord “bersiap” losgekoppeld moet worden van de naam van die periode, omdat het riekt naar “racisme”.
In de in ons landje heersende “weg-met-ons” stemming (n.m.m. uitvinding uit de vijftiger jaren v.d.v.e. van Jacques Gans, columnist van “De Telegraaf”) slaat de schrik het Rijksmuseum in de benen bij het horen en zien van de vingerwijzing naar “racisme” en haalt het meteen bakzeil. Ik vind dat laf.
Overigens lijkt mij het getal 25.000 wel wat hoog voor alle bersiap slachtoffers, geel, groen en blauw, maar als een serieuze Indonesische historicus dat zegt, dan moet ik er in geloven.
De heer/mevrouw Jouke Schotel schrijft “Wellicht is het goed om ook de interpretatie van gebeurtenissen in Indonesië in de Bersiap Periode publiek te maken, van een ander Indonesische historicus, …… enz.”
Wat let u! Tenminste een mailtje naar het Rijksmuseum en NRC Handelsblad, redactie@nrc.nl. Ik juich het van harte toe.
Zoals u suggereerde heb ik het artikel van Abdul Wahid aan de redactie van het NRC toegestuurd (CC Rijksmuseum) en gevraagd hierover te publiceren. Even terzijde Jouke is een jongensnaam.
Excuses, meneer Schotel. Ik leerde lang geleden in Den Haag een meisje kennen, genaamd Jouke. Dacht dat het Fries was. Ze had een Friese achternaam, eindigend op “ma”. Van daar mijn voorzichtige benadering, gender neutraal zo gezegd.
Ik zond eergisteren ook een ingezonden stukje per email aan mijn lijfblad NRC. Hieronder de prompte reactie, waaraan waarschijnlijk geen mens aan te pas is gekomen:
Quote
Geachte,
Hartelijk dank voor uw e-mail. Wij streven ernaar zo veel mogelijk berichten persoonlijk te beantwoorden. Gezien de grote hoeveelheid aan lezersreacties is dat niet altijd mogelijk. Wij hopen op uw begrip hiervoor.
Met vriendelijke groet,
Redactie van NRC
Unquote
Begripvol wacht ik op antwoord, dat waarschijnlijk nooit zal komen. Wellicht is uw stukje een beter lot beschoren.
Over Bersiap gesproken!
Kan goed merken via de commentaren, dat er Indo’s hun families niets tijdens de BERSIAP niets hebben meegemaakt. Mijn familie daarentegen een tiental werden afgeslacht teruggevonden. In Bandung oa. de familie Waardenburg-Chevalier. Mijn vrouw was al op 2 jarige leeftijd een wees door dezelfde Bersiap. Hele familie uitgemoord. Dit gebeurde o.a. in Malang op Java. Onze ervaringen beschouw ik de BERSIAP tegen onze Indische families als GENOCIDE!
R Geenen zegt 12 januari 2022 om 6:41 pm: “Over Bersiap gesproken!
Kan goed merken via de commentaren, dat er Indo’s hun families niets tijdens de BERSIAP niets hebben meegemaakt”.
Oeps … hoe weet u dat zo zeker, meneer Geenen? Niet iedereen hangt net als u zijn sores bij iedere gelegenheid die zich voordoet aan de grote klok
@RGeenen; ”GENOCIDE etc.’- Oh ja? Weet u wel; de betekenis? Op de VN genocide lijst 1951(!) staat het helemaal niet(!) vermeld! – U kunt vanwege uw familie bij de VN een verzoek indienen, aangaande Indische regeringslijst, Batavia 1947; ca 5500 (Indo)Europese slachtoffers!
Veel begrippen uit de koloniale geschiedenis kunnen als rascistisch beschouwd worden. Nederlands Indie was een samenleving met scheiding naar ethnische achtergrond. Bersiap term dus gewoon handhaven. De ethnische scheiding in Nederlandsch Indie was een voorbeeld voor het apartheids systeem van Zuid-Afrika. De term Bersiap kan dus gewoon gebruikt worden.
@Bersiap; ‘waarom/waardoor etc.’- Nederland ondertekende te Londen 24/9-1941 het Atlantisch Handvest; elk volk heeft het zelfbeschikkingsrecht! Het verloochende(!) het in het 1e. gesprek met de Republiek te Batavia 4/10-1945 tussen vd.Plas en Hatta; geen(!) zelfbeschikkingsrecht= geen merdeka! Dus amok=bersiap! Elk gevolg heeft nl. altijd(!) een oorzaak!
*note; ik heb die bersiap moeten ondergaan!
De Bersiap periode was genocide op de Indo’s, de Chinezen en Indonesiërs die verder wilde gaan na de capitulatie van Japan. Papua Merdeka laten we daar eens mee door gaan.
“Wat als Nederland niet was teruggekeerd?”
Antwoord: dan was de genocide onverminderd doorgegaan tot de laatste Indo, Chinees en alle Indonesiërs die ‘gecollaboreerd’ hadden (gewoon gewerkt met en onder het Nederlands-Indië bewind), waren afgeslacht.
Net zoals in de jaren 60 met de Communisten is gebeurt.
@Pascal; ‘Nederland niet was teruggekeerd etc.’ – Door terug te keren om Indië tot her bezetting(!) ontstond juist bersiaaap! Wij, buiten de kampen werden gedurende Japanse tijd, leefden tussen de Indonesiërs in, werden toen ongemoeid/links gelaten! Du moment van Mook 4 okt.1945 te Batavia arriveerde – en bovenvermeld gesprek vd.Plas (ass.van Mook, die verboden werd met de Republiek te praten) – Hatta plaats vond; geen merdeka(!) en Soekarno 5/6 okt.1945 een voedsel boycot afkondigde, brak de hel los!
Wij, buiten de beschermede kampen, werden geslachtofferd door Nederlands beleid!
Geachte heer Mertens,
Heeft u na de proclamatie in een gebied geleefd, waar de TNI, mocht daar überhaupt al sprake van zijn geweest nog enigzins de orde kon handhaven? Alleen al in de periode August tot Oktober zijn er vele weerloze vrouwen, kinderen en baby’s afgeslacht.
In andere gebieden waar de vrijheidsterroristen de gevangenissen hebben open gesteld, waar moordenaars, verkrachters en ander tuig waren opgesloten, daar heeft de meest barbaarse terreur plaatsgevonden.
Celebes, u weet wel van de held Kapitein Westerling die orde op zaken heeft gesteld, het TNI had daar geen invloed.
Ook de Indonesische bevolking was blij met de komst van iemand die die gruweldaden kon en heeft gestopt
R.L. Mertens zegt 14 januari 2022 om 11:20 pm: “Door terug te keren om Indië tot her bezetting(!) ontstond juist bersiaaap!”
Ach …. de heer Mertens ziet in alles een mooie gelegenheid om zijn mantraatje tegen Nederland af te draaien.
De bersiapmoorden op weerloze burgers, vrouwen, kinderen en mannen: Eigen schuld, dikke bult volgens de heer Mertens.
Vrouwen verkracht, borsten afgesneden en in stukjes gehakt tijdens de bersiap: Eigen schuld dikke bult, volgens de heer Mertens.
Kinderen in stukjes gehakt: Eigen schuld dikke bult, volgens de heer Mertens.
Hoe kortzichtig kan een mens in zijn obsessieve belandahaat zijn?
@Pascal/delaCroix; ‘belanda haat etc.’ – Inderdaad, die haat ontstond al 3,5 eeuw toen land en volk werd geëxploiteerd! Het verloochen van de door ons ondertekende Atlantisch Handvest (voorloper van de VN), Londen 24-9-1941; ‘elk volk heeft het zelfbeschikkingsrecht!’ in het 1e. gesprek met de Republiek, Batavia dd.4-10’45
vd.Plas-Hatta; geen zelfbeschikkingsrecht= geen merdeka. Dus amok= bersiap! Zo simpel is het; oorzaak en gevolg! – Nederland had gehoopt dat de Britten deze opstand zouden neerslaan, aangezien onze troepen nog niet op sterkte waren. De Britten weigerden en vertrokken feb.1946 ( na het gedoe in Soerabaja; ook door toedoen van het hijsen van onze driekleur!) – Het is Nederland, die toen bersiap uitlokte! Wij, buiten de kampen werden geslachtofferd voor her bezetting(!) van Indië! – oom vermoord, tante voor dood getroffen tijdens de vlucht naar een beschermde Jappen Kamp. Nb. hebben wij die hele Japanse tijd onder/tussen hen geleefd; links gelaten en ongemoeid! – @ ‘orde handhaving etc.’- Jazeker in Ambarawa na 17/8 werd feest gevierd, ieder Inlander liep juichend met een rood wit speldje. Overal verschenen feestende hossende mensen.( allen wij keken sip) Riepen elkaar met geestdriftig toe; merdeka! Tetap/zeker was de reactie. Kampbewoners gingen naar de pasar. Er was ruilhandel. Ik ruilde fruit voor tapioca meel (om een lekkere pudding te maken). Kampbewoners vertrokken per trein naar hun bestemmingen. Er kwamen voedsel droppings waarbij de Indonesische politie meehielp(!) om afgezwaaide dropping met koelie’s bij de kampen te bezorgen!! Mijn Tottok oom verscheen en verbleef bij ons – Echter na het vlag incident in eind sept.’45 Soerabaja; onze verscheurde vlag bij het vm.Oranje hotel, werd de kreet bersiap en sloeg de sfeer om. Op 5/6-10’45 werd een voedsel boycot door Soekarno in gesteld. Er werd fanatiek op lantaren palen geslagen en bersiaaap/ boenoeh Belanda/dood aan de Hollanders geroepen. Niemand van onze 3 families dorst naar buiten. Ons huis hebben we geblindeerd. Onheilspellende dagen en nachten volgden. Siaaap klonk het onheilspellend. Op een avond kwam een groep pemoeda’s onze voordeur rammen en riepen; toean Belanda; keloear; dapat gadjih!-Hollander kom buiten, je krijgt je salaris. De deur werd krakend open gegooid en 5 man grepen mijn oom uit de armen van mijn huilende tante, die ampoen/genade riep en sloegen hem met een zwaard op lichaam en hoofd. Het bloed spoot naar alle kanten. Ieder familielid, aan de grond genageld, riepen om ampoen, ampoen/ genade genade. Toen onze Javaanse oma ( wat een moed!!!) naar voren stapte en hen toeroep te stoppen; sleepten zij mijn oom mee naar buiten. Later bleek, dat hij indertijd gevangenis bewaarder was, en deze wraak actie verkreeg van zijn voormalige vooroorlogse gevangenen! – Doordat de kampen ook belaagd werden heeft toen een Britse/Japanse uitval plaats gevonden, waardoor wij vluchtend het kamp konden bereiken. Mijn oom, ondergebracht in ‘zijn eigen gevangenis'(!), is bij die uitval eveneens bevrijd. Met zwaar bewaakte konvooien zijn we(met angst) daarna naar Semarang getransporteerd.- Heb dit verhaal nb, pas geleden nog met mijn nicht( van die oom) ‘door-geleefd’!!
Voor dat de Hollanders (en Portugezen) er kwamen, waren de boeren lijfeigene / slaven van de Sultans en de Hollanders hebben voor verbetering gezorgd.
Wellicht beter dan werd er nu met de Papua’s gebeurt.
Met de komst van de Hollanders is er een heel nieuw volk ontstaan, de INDO.
Generatie op generatie op generatie.
Dat willen we nu in Nederland toch ook?
Of moeten we iedereen weg sturen?
De Engelsen hadden hun eigen Issues met India
De oprisping van die Indonesiër heeft gelukkig ook positieve dingen in gang gezet https://www.youtube.com/watch?v=zOxd4gap84c
Naar aanleiding van dat korte filmpje in het stadhuis van Den Haag: Ik, Ronald Schuitema, walg ervan; een besiap monument in Den Haag??🤮🤮🤮
Laten we dat hopen, mevrouw/meneer Wensel. Dank voor inzending van het pleidooi van de heer Kruis. Ik ben geen Joetjoep bezoeker en het zou mij anders dus zijn ontgaan.
Dat er nog geen bersiapmonument op een prominente plaats in Nederland is, moet “de Indische Gemeenschap” en met name het Indisch Platform als door de regering officieel aangewezen vertegenwoordiger van die gemeenschap, zich aantrekken.
Misschien dat de Indische gemeenschap en alle clubs die pretenderen die gemeenschap te vertegenwoordigen, de lethargie nu eens van zich af moeten schudden, de handen ineen slaan, de concurrentiestrijd vergeten en zich hard maken voor de oprichting van een monument ter nagedachtenis aan die duizenden bersiapslachtoffers, totoks, Indo’s, etnische Chinezen én Indonesiërs die ook maar werden verdacht van Nederlandse sympathieën.
Ik heb mij er altijd over verbaasd dat binnen de kortste keren wel een prachtig monument voor de slachtoffers van MH 17 tot stand is gekomen. Ik gun het de nabestaanden van de 300 slachtoffers van die ramp van ganser harte, maar ….. waarom 76 jaar na dato dan geen Bersiapmonument ter nagedachtenis aan een gebeurtenis van ongekende omvang en wreedheid in de contemporaine geschiedenis, die duizenden NEDERLANDSE ONDERDANEN van diverse rang, stand en kleur trof OP NEDERLANDS GRONDGEBIED?
Den Haag, de meest Indische stad van Nederland en weduwe van Indië, lijkt mij ook de meest voor de hand liggende plaats voor zo’n monument en waarom dan niet in dat mooie park bij het Indisch Monument. Ruimte genoeg.
Wijlen de heer Jan Somers stelde zich al tevreden met een bankje bij de waterpartij, waarop hij kon rusten en mijmeren over wat er “toen, daar ginds” gebeurde. Ik ben geen man van groot, groter, grootst, maar het mag van mij wel iets meer zijn dan een bankje. In ieder geval iets waardigs met een dikke plaquette waar het verhaal van de bersiap voor eeuwig in gebeiteld staat. Ter informatie van het hele Nederlandse volk.
Het behoeft geen verder betoog dat ik het initiatief van mijn bijna naamgenoot Kruis, PVV vertegenwoordiger in de Haagse gemeenteraad, vol ondersteun. Als het initiatief zou stuk lopen op de centjes, dan hoop ik dat de Indische Gemeenschap voor één keer bangoen zal worden en eensgezind de dompèt wijd open zal willen trekken. “Gotong rojong” zo gezegd.
@PierredelaCroix; ‘bersiap monument etc.’- Naast het Indië monument; een monument dat het einde van Indië markeert door de Japanse overweldiging. Nu dus ook een monument voor de slachtoffers vanwege het Indië debacle. Inderdaad; een archief plek van en voor tranen! Bij de opening natuurlijk aanwezig; het van Heutsz peloton en… hotemetoten/nazaten van het type; Hollands vlag je bent mijn glorie… – Geschied verdwazing of is het tropenkolder?
Beste Sobats, Ik ben verward, ik ben de weg kwijt.
Het woord Bersiap heb ik als 11-jarige jongen sinds oktober 1945 in Semarang gebruikt. Waar is de Vrijheid van meningsuiting? Als wij het woord Holocast verkeerd gebruiken is Nederland te klein en kunnen we zelfs voor het Gerecht gedaagd worden. Mogen wij nu ook niet meer over het leed dat wij geleden hebben niet praten, niet vertellen?
De Birma-Spoorweg waar mijn vader werkte en gelukkig, als een gebroken man op 23 juli 1946 eindelijk uit Thailand terug kwam; Pakan Baru Spoorweg waar een dierbare Indische vriend is om gekomen en een ander dierbare zes weken na de bevrijding; de houthakkers kampen in Banyubiru, enz. Mensen hier hebben geen oorlog meegemaakt en zij zeggen nu wat wij wel en niet mogen zeggen.?? Alle mensen die in deze en andere kampen zaten hebben geleden.
Bussemaker heeft indertijd een goed en interessant boek over de “Bersiap” geschreven: heette dat niet “Bersiap”? Helaas is hij overleden.
Ik heb het geluk gehad om tussen 1980 en 1994, elk jaar drie tot vier maanden, in mijn geboorteland te werken. Door de gehele archipel: Van Aceh en Lampung via Java, Kalimantan en de Molukken vanaf Morarai tot aan Wetar, Babar tot Tanimbar. Met heel veel plezier en zeer goede herinneringen. Uitvoerig hebben wij, kennissen en niet kennissen over het verleden gesproken. Van beide kanten waren er geen “hardfeelings”. Het grote probleem voor mij was dat mijn Javaans en Maleis beneden peil was.
Ik voelde mij daar meer thuis dan hier.
Indonesia is een mooi en rijk land. Helaas is de corruptie enorm.
11 februari 2022 komen de andere rapporten uit over ons verleden. Wees paraat!
Het voorstel om een monument op te richten steun ik van ganse harte. Een uitstekend idee. Misschien ook een idee om een klein replica te laten maken , die je kan kopen. Net als indertijd het “jongetje” van Bangkong en Banyubiro.
Met wel gemeende groeten, Jan de Vos
@jhdevostnc; ‘niet over praten etc.’- Ja, natuurlijk wel, zoals nu. Echter begrippen overdrijven om zodoende wat geschied(!) is ; genocide noemen. Om zo de schuld bij de andere partij van dit conflict te bewerkstellen is mi. geschied vervalsing! In de genocide lijst verdrag 1951(!); staat bersiap helemaal niet vermeld! Het genocide noemen is zelf; het ridiculiseren van dit gruwelijk gebeuren! Uit de regeringslijst Batavia 1947; ca 3000 namen zijn genoteerd en ca.2500 als vermist werden beschouwd in totaal dus 5500 slachtoffers! Hoeveel Indonesiërs/Chinezen ea.? – Ik ben woest op dat uitschot, dat hun lusten liet botvieren op weerloze mensen. Nog woester(!) ben ik op ons politiek beleid, die dit veroorzaakte, want zomaar zonder enige redenen moorden bestaat niet; elk gevolg heeft oorzaak. En die oorzaak is de verloochening van de door ons ondertekende(!) 24 sept. 1941(!) Atlantisch Handvest (voorloper van de VN); elk volk heeft het zelfbeschikkingsrecht! Bij het gesprek vd.Plas -Hatta 4/10-’45;(!) geen zelfbeschikkingsrecht= geen merdeka! Dus amok= bersiap! Ook de Republikeinse leiding begreep dat dit verder voorkomen moest worden ivm. met reputatie schade bij het buitenland; vandaar de oprichting van door afd.Popda beschermkampen! Bersiap periode is zeker een smet(!) op hun strijd, na 3,5 eeuw bezetting! Vandaar dat Bonnie (zoals mi. vele historici doen) de benaming liever niet gebruikt/cq verdonkeremanen. Wij gebruiken in onze geschiedenis het woord; ‘politionele acties’ voor een complete oorlog met met land- zee- en luchtstrijdkrachten, waarbij meer dan 200.000 Indonesiërs; soldaten en burgers omkwamen! En dat nb. net na wereldoorlog! Voor orde rust was de kreet. Voor de Indonesiërs? Wat een gotspe!
@RLMertens,
In de jaren 60 zijn er 750.000 tot 1.000.000 Indonesiërs door Indonesische vrijheidsterroristen afgeslacht. Niemand kon dat voorkomen want dat was een binnenlandse aangelegenheid.
Terug naar 1946, zonder de komst van de Hollanders en dankzij de Ghurka’s, de Molukkers, de Papua’s en het KNIL is dat dodenaantal door militair ingrijpen gelukkig voorkomen.
Maak u liever druk om wat er nu gebeurt met die Papua’s.
Papua Merdeka
Ach heer Pascal, alles wat niet in het nauwe denkraam van de heer Mertens past is aan dovemans oren gepraat en geschreven.
@Pascal; ‘ Indonesische vrijheidsterroristen etc.’- In jr’60(!) ook gedood al door vrijheidsterroristen terroristen? Welke vrijheid? @ terug naar 1946; bersiap is periode okt.- dec.1945; toen wij/ik, buiten de beschermde kampen, onbeschermd(!) tussen de Indonesiërs bevonden. Wij, vrouwen, kinderen, oudjes, zonder vaders werden het 1e.doelwit(!) van die agressie! De 1e lichting mariniers kwamen pas na febr..1946, toen de Britten vertrokken( na de slag in Soerabaja) en de Indischen ca. 50.000(!) in Republikeinse beschermkampen terecht kwamen. Om daarna in 1947 met begeleiding van de TNI/Popda naar Nederlands gebied getransporteerd te worden. Opmerkelijk is ook, dat direct daarna juli’47 de ‘1e. politionele actie’ werd ingezet. Ons leger was toen al op sterkte(!); Romme; ‘als de Britten weg zijn; stoten we door’ en Drees sr. ‘onze jongens zijn hier toch niet voor niets gekomen’. @ Papoea’s etc.- een treurnis; een koloniaal erfenis: van verdeel en heers! In 3 eeuwen, niet naar hen omgekeken en dan plots; voor het zelfbeschikkingsrecht (!) (niet voor het goud etc.?) der Papoea’s ; wat een gotspe! @ PierredelaCroix; kom op met je tegen argumenten!