‘Dat geweld en racisme vast bestanddelen zijn van de koloniale geschiedenis is geen moreel maar een wetenschappelijk gegeven´

Hoogleraar Gert Oostindie over een thema waar veel Nederlanders niet aan willen: ‘Het is knap lastig een verhaal te vertellen waarin de trots op Rembrandt de schaamte over de slavernij niet in de weg staat.’

Door Sander van Walsum

Gert Oostindie (foto VK)

De vraag wat de historische betekenis is van 1 juli, zal door de meeste Nederlanders met een glazige blik worden beantwoord. De afschaffing van de slavernij op deze dag in 1863 is niet in het collectief geheugen opgeslagen. De nationale herdenking, bij het slavernijmonument in het Amsterdamse Oosterpark, zal een overwegend zwarte aangelegenheid zijn. En toch, zegt historicus Gert Oostindie, worden de thema’s kolonialisme, slavernij en slavenhandel niet langer genegeerd. ‘Dat geweld en racisme vaste bestanddelen zijn van de koloniale geschiedenis is geen moreel maar een wetenschappelijk gegeven. Zes miljoen vermoorde Joden vormen een ijkpunt in de geschiedenis; hetzelfde geldt voor de 12,5 miljoen Afrikanen die als slaaf zijn verhandeld. Dit zijn nu eenmaal de feiten.’

Het klinkt vanzelfsprekend, maar dat is het niet. Getuige alleen al het feit dat aan de honderdste verjaardag van de afschaffing van de slavernij, in 1963, in Nederland op geen enkele wijze aandacht werd besteed – afgezien van een optocht van Surinaamse vrouwen in klederdracht in de binnenstad van Amsterdam. En aan de onthulling van het Nationaal Slavernijmonument, in 2002, ging een debat vooraf met als inzet: is de afschaffing van de slavernij niet een te particuliere gebeurtenis om een nationáál monument te rechtvaardigen?

Uit de onthulling zelf bleek ook enige onwennigheid in de omgang met het slavernijverleden: witte en zwarte hoogwaardigheidsbekleders werden door hoge schotten van het Surinaamse en Antilliaanse publiek gescheiden. De media gaven bij voorkeur hooggeleerde deskundigen, zoals Gert Oostindie, het woord. ‘Een Nederlandse professor werd geloofwaardiger gevonden dan een Surinaamse of Antilliaanse activist. Dat is nu gelukkig wel voorbij. In die zin is er in relatief korte tijd echt veel veranderd.’

Dat debatten rond kolonialisme en slavernij aanleiding geven tot ruzies en verdachtmakingen doet daar niets aan af, zegt Oostindie – hoogleraar koloniale en postkoloniale geschiedenis, en directeur van het Koninklijk Instituut voor Taal-, Land- en Volkenkunde (KITLV) in Leiden. Zo vormt hij zelf geregeld het mikpunt van activisten die hem feitelijk het recht ontzeggen om zich als witte man met hun geschiedenis bezig te houden. Hij is weggezet als ‘kleurontkennende racist’, die met zijn wetenschappelijke benadering van de materie de verwerpelijkheid van slavernij zou miskennen. ‘Een typisch koloniale reflex’, aldus zijn critici.

Tijdens een rondetafelgesprek op het NIOD, eind januari, eisten zij dat Oostindie niet verder betrokken zou zijn bij het onderzoek naar de dekolonisatieoorlog in Indonesië. ‘Natuurlijk is het onaangenaam als je deskundigheid in twijfel wordt getrokken. Tegen het verwijt ‘je komt uit een koloniale context’ kan ik mij ook moeilijk verweren. Maar als ik eerlijk ben, heb ik ook wel begrip voor de frustratie van deze critici dat een thema dat voor hen zo belangrijk is in Nederland zo laat en met zoveel tegenzin is erkend als onderdeel van onze nationale geschiedenis.’

In hoeverre zijn de emoties van activisten relevant voor u, als wetenschapper?

‘Ik neem ze serieus. Ook als wetenschapper moet je je ervan bewust zijn dat we in een bepaalde tijd en context leven, en dat die van invloed zijn op de manier waarop we naar het verleden kijken. Niemand is onbevangen. Maar dat neemt niet weg dat we als onderzoekers de plicht hebben het verleden, inclusief de geschiedenis van kolonialisme en slavernij, rigoureus en volgens gangbare wetenschappelijke methoden te onderzoeken. Dat Nederland niet los is te zien van zijn koloniale geschiedenis is daarbij geen morele, maar een wetenschappelijke vaststelling.’

Die rigoureuze wetenschappelijke methode heeft geleid tot de conclusie dat slavernij in 1770 goed was voor zo’n 5 procent van ons nationaal inkomen.

‘Je kunt erover twisten of dat veel is of weinig. Maar de vaststelling dat het hele systeem niet zo winstgevend was als vaak wordt gedacht, doet niets af aan het feit dat men in de 17de en 18de eeuw zonder scrupules investeerde in slavenhandel en slavernij in de hoop goud geld te verdienen. Dat dit resulteerde in gruwelijk leed van Afrikanen, daarbij werden hoegenaamd geen ethische kanttekeningen geplaatst.’

Tezelfdertijd was slavernij in de Republiek der Zeven Verenigde Provinciën verboden.

‘Nou ja, laat in de 18de eeuw en onder veel voorwaarden. De lijn tussen slaaf en zwarte page was flinterdun. Ze werden mooi aangekleed, zodat hun eigenaren met hen konden pronken. Tot het begin van de 18de eeuw geldt dat als er al sprake was van een debat over de toelaatbaarheid daarvan, het uitsluitend ging over: kan het híér wel? Dat het daar, in de overzeese gebiedsdelen, gebeurde, vonden vrijwel alle betrokkenen oké. Heel hypocriet allemaal.’

Kennelijk heeft die dubbelhartigheid lang nageijld.

‘Zeker, en we weten daar nog altijd geen goed raad mee. Dat kwam bijvoorbeeld tot uiting bij de grote VOC-herdenking in 2002. Daar werd een mooie bijeenkomst met hooggestemde woorden aan gewijd in de Ridderzaal, in aanwezigheid van de koningin, de minister-president en andere hoogwaardigheidsbekleders. Drie maanden later gaven dezelfde prominenten cachet aan de opening van het slavernijmonument. Eerst werd gejubeld en daarna werd het boetekleed aangetrokken. Er werden twee verhalen verteld die één geheel zouden moeten vormen.’

Met dat ene, coherente verhaal lijkt het nog niet zo te lukken.

‘Iedere natie heeft de neiging om een verhaal over zichzelf te fabriceren dat vooral fijn en inspirerend is. Wie het over die zogenoemde schaduwkanten wil hebben, wordt al snel van spelbederf beticht, en dan worden de hakken in het zand gezet. Het antwoord is niet: het mooie verhaal voor het lelijke verruilen. Dat is ook niet bevorderlijk voor de cohesie van een land waarvan de samenstelling de laatste decennia ingrijpend is veranderd. Maar natuurlijk is het knap lastig een verhaal te vertellen waarin de trots op Rembrandt de schaamte over de slavernij niet in de weg staat.’

Maar hoe kun je een verbindend verhaal vertellen over, bijvoorbeeld, de oorlog in Indonesië?

‘Door niet op te treden als een soort inquisiteur die over het verleden praat als een poel van fouten en misstanden van anderen. Twee jaar geleden werd mij gevraagd een toespraak te houden voor Indië-veteranen. Die uitnodiging verraste mij enigszins, omdat ik kort tevoren een zeer kritisch boek (Geweld in Indonesië, 2015) had geschreven over het optreden van het Nederlandse leger in Indonesië.
Om onaangenaamheden te voorkomen, heb ik tevoren met een aantal veteranen gesproken. Ik zei: jullie komen straks bij elkaar om vijfduizend gesneuvelde kameraden te herdenken. Dat begrijp ik goed, ik ben erbij, maar ik wil in mijn rede ook de ruim 100 duizend Indonesiërs noemen, die tijdens het conflict zijn gedood. Daar hadden ze geen enkel probleem mee. Ik wil maar zeggen: als je geen veroordelende positie inneemt, roep je ook minder tegenkrachten op.’

Misschien niet bij de veteranen, maar wel bij activisten die u verwijten te begripvol te zijn tegenover de Nederlandse militairen.

‘Dat is mij inderdaad kwalijk genomen, dat ik in het boek op zoek ging naar de motieven van mensen die over de schreef gingen. Die voerden daar allerlei verklaringen voor aan: dat ze bang waren, dat ze omgebrachte kameraden wilden wreken, noem maar op. Mijn critici zeggen dat je je dan identificeert met de daders, maar dat doe ik niet. Ik probeer mij te verplaatsen in het gedrag van mensen onder ongewone omstandigheden.

Ik wil weten waarom Nederlanders toen in Indonesië gingen vechten en waarom velen echt meenden dat de Indonesiërs wilden dat zij daar bleven. Daarbij wil ik niet vervallen in de makkelijke conclusie dat die Nederlanders enorme stommelingen waren. Dat was nu juist het hele punt: talloze weldenkende mensen hebben de koloniale verhoudingen nooit ter discussie gesteld. Wie zegt dat u of ik verstandiger had geoordeeld?’

Hoe komt het dat deze thema’s pas nu in de belangstelling staan?

‘Mede door de postkoloniale migraties naar Nederland. Er leven hier nu veel mensen die kunnen zeggen: wij zijn hier, omdat jullie daar waren. Zij brachten de koloniale geschiedenis letterlijk thuis, bij ons. En die groepen zijn allang voldoende geïntegreerd om een politieke lobby te kunnen voeren, ook om de andere Nederlanders ervan te doordringen dat die koloniale geschiedenis van ons allen is.
Kenmerkend voor het belang van die lobby is het feit dat voormalige koloniale machten als Spanje en Portugal vrijwel niets doen aan de herdenking van de slavernij. Hoe dat komt? Ze hebben geen noemenswaardige Caraïbische gemeenschap die hen met dat verleden confronteert.’

Maar het verleden van Surinamers en Antillianen is weer heel anders dan dat van mensen met wortels in voormalig Nederlands-Indië.

‘Dat maakt de omgang met het koloniaal verleden inderdaad extra ingewikkeld. Voor mensen uit de Caraïben, vaak nazaten van Afrikanen, is weinig goeds te zeggen over kolonialisme. De Indische gemeenschap, die in omvang veel groter is, was juist door en door verbonden met de koloniale samenleving. Indische Nederlanders, en ook Molukkers, raakten met de dekolonisatie vooral iets kwijt: een cultuur en een vaderland. Hun trauma’s hangen daarnaast samen met de Japanse bezetting en met de Bersiap, moordpartijen tijdens de vroegste fase van de Indonesische onafhankelijkheidsstrijd.
Toen zij zich noodgedwongen in Nederland vestigden, merkten ze dat men hier niets meer met die koloniale toestanden te maken wilde hebben. Het koloniaal verleden? Dat werd de mensen aangerekend die er vandaan kwamen. De rest van de Nederlandse bevolking, en in het bijzonder de politiek, waste de handen in onschuld, en ging over tot de orde van de dag.
De gevoelens over kolonialisme lopen dus erg uiteen. Er is niet één koloniale biotoop en één koloniale ervaring. Er zijn veel verschillende perspectieven. Het is onze opgave als historici het verleden zo te beschrijven dat we die verschillen begrijpelijk maken en daarmee recht doen.’

x

Dit artikel verscheen eerder in de Volkskrant, 30 juni 2019

Dit bericht werd geplaatst in 9. Java Post. Bookmark de permalink .

48 reacties op ‘Dat geweld en racisme vast bestanddelen zijn van de koloniale geschiedenis is geen moreel maar een wetenschappelijk gegeven´

  1. Ziska Kountul-Loth zegt:

    Maar de geschiedenis herschrijven en iedere keer naar het verleden grijpen om je zin te krijgen is ook niet correct.

    Verstuurd vanaf mijn iPhone

    • R.L.Mertens zegt:

      @ZiskaKoutul-Loth; ‘om je zin te krijgen etc.’- Is natuurlijk absurd. Maar herschrijven omdat zoveel onrecht/onwaarheid niet beschreven/vastgelegd is, is natuurlijk correct. Waarheidsvinding moet de drang zijn om wat geschied is vast te leggen. En niet het ‘witwassen’ van ons verleden. Als voorbeeld; JPCoen alleen als held te beschouwen/vast te leggen mag/kan. Maar ook dat hij het gehele Bandanese volk (15000 inwoners; mannen,vrouwen, kinderen en ouderen) heeft vermoord(!), zoals door hem in een brief aan de Heren is gemeld; ‘om Godswille heeft omgebracht’! En Banda daarna in perken(=tuinen) indeelde en met slaven bevolkte. Zodat de inkomsten van notenmuskaat ( alleen recht) in VOC handen bleef. -Ooit hierover op school geleerd/gehoord?

      • Dominicus van den Bergh zegt:

        Heer Mertens, werd reeds in 1956 onderwezen bij ons op de lagere school evenals schoolfilms (zaterdagmorgen) over de heroische walvisvaart.

  2. Jan A. Somers zegt:

    “waarom Nederlanders toen in Indonesië gingen vechten” Het blijft misschien een beetje dom van mij, maar Nederland heeft te maken met volkenrechtelijke/staatsrechtelijke afspraken. Zoals die werden gemaakt bij de Japanse capitulatie. Dat Japan veranderingen in staatkundige verhoudingen zou terugdraaien en dat de vooroorlogse status quo zou worden hersteld. Met de In Nederland/Indië voor de koloniale verhoudingen gemaakte afspraken van een Rijksconferentie over staatkundige verhoudingen. Maar ja, in de juristerij is het steeds een spanning tussen ‘sollen und sein’. Wat in Indië vertaald bleek te worden in de spanning tussen perdjuangan dan diplomasi.

    • RLMertens zegt:

      @JASomers;’een beetje dom etc.’- Nederlend heeft te maken volkenrechtelijke/staatsrechtelijke afspraken etc. Maar ook met het door Nederland dd.24/9’45 ondertekende (volkenrechtelijke!) Atlantisch Handvest(voorloper van VN) ; Elk volk heeft het zelfbeschikkingsrecht! Het verloochende het in het allereerste gesprek met de Republiek tussen vdPlas en Hatta. Batavia op 4/10’45; geen zelfbeschikkingsrecht= dus geen merdeka(!) met daarbij gevoerde provocaties; Soekarno ea. de collaborateurs, voor het gerecht slepen etc Waarop Soekarno 5/6-10-’45 een algehele voedsel boycot afkondigde. En bersiaaaaap volgde! In plaats van , door de Britten verlangde overleg, stuurde Nederland troepen. Om zoals vanouds met overmacht de opstand neer te kunnen slaan! Na 4 jaar een ‘politie oorlog’ volgde……merdeka!
      note; in onze geschiedenis is zowel het Atlantisch Handvest als dat eerste gesprek vd.Plas-Hatta weggepoetst!

      • Jan A. Somers zegt:

        “Maar ook met het door Nederland dd.24/9’45 ondertekende (volkenrechtelijke!) Atlantisch Handvest(voorloper van VN) ” Nou, daar was die Rijksconferentie/RTC nou net voor bedoeld. Al lang vóór dat Atlantisch Handvest!!! Maar niet WILLEN begrijpen is voor mij ook moeilijk hoor.

      • R.L.Mertens zegt:

        @JASomers; ‘was die Rijksconferentie/RTC voor bedoeld’- O ja, ik denk dat door de ondertekening van het Atlantisch Handvest, het zelfbeschikkingsrecht van Indonesië is vast gelegd/gegarandeerd! En de nog te houden Rijksconferentie met instemming van het Indonesisch zelfbeschikkingsrecht moest aanvangen!
        Echter Ned. krabbelde terug via de 7 dec.HM rede; met zelfstandigheid in het vooruitzicht etc. Ondanks het klemmend beroep van min.Soejono juist dit zelfbeschikkingsrecht in de rede te benoemen.
        Gen.Soedirman zei het al; Nederlandse beloftes zijn niets waard! Vandaar dat TNI tegen elk compromis was.
        Waarom denkt u nou; waardoor/waarom bersiap is ontstaan? Over WILLEN begrijpen gesproken!

      • Jan A. Somers zegt:

        ” het zelfbeschikkingsrecht van Indonesië is vast gelegd/gegarandeerd! ” Maar dat zelfbeschikkingsrecht moet wel worden geregeld. Soevereiniteit met de hele economische balans die moeten worden overgedragen. Dat kost een hele tijd onderhandelen, daar was die RTC voor bedoeld (en is het ook geworden zoals het hoort). En al deze zaken bespreken kan alleen een in sfeer van orde en rust.

      • Jan A. Somers zegt:

        “Gen.Soedirman zei het al; Nederlandse beloftes zijn niets waard! Vandaar dat TNI tegen elk compromis was.” Een generaal is een gewoon mens, die ook een mening mag hebben. Over en uit. En een leger hoort in de kazerne te zitten, is tenslotte ondergeschikt aan de regering..

      • Peter van den Broek zegt:

        Dat hier op Javapost nog steeds gesteggeld wordt over het Atlantisch Handvest (Augustus 1941) vind ik wel wat vreemd. In de Indonesische pers en in de Volksraad had het nieuws over het Charter reeds geleid tot kritische vragen in de richting van de Nederlands-Indische regering nog vòòr de Japanse inval. Deze verklaarde echter dat dit zelfbeschikkingsrecht niet opging voor de interne situatie zoals in Nederlands-Indie maar voor NATIES (sic) die bezet waren door TOTALITAIRE machten (sic) En Nederland rekende zich niet daar niet toe in de context van Nederlands-Indie. Dit was het starre zelfbeeld dat Nederland geschapen had over haar rol in Nederlands-Indie tegenover de nationalisten. Voor, tijdens en na WO2.

        Tijdens de Japanse bezetting veranderde de politieke situatie in Nederlands-Indie waarvan de Nederlander zijde totaal onbekend was. Daarnaast onderschatte de Nederlanders o.a. Van Mook, Van Ooyen en Helfrich, de omvang en de kracht van de republikeinse beweging.

        Tijdens de Bersiap verschenen er teksten in het Engels op gebouwen en trams (zie foto’s) in de grote steden met verwijzing naar het Atlantisch Handvest. Het zal de gewone man niets gedaan hebben, maar bij de ontwikkelde Nederlanders gaven deze teksten wel degelijk aanleiding tot een zeker schuldgevoel. De Indonesiers hadden immers GELIJK (zie ook H.Th Bussemaker Bersiap opstand in het paradijs, p.327 en de Parlementaire Enquete Commissie PEC 1956.

        Maar in wezen was deze tekst bedoeld voor de Britse m.n. Brits-Indische militairen, die in hun eigen land met een gelijksoortig probleem werden geconfronteerd.

        Daargelaten dat de discussie over het Charter geen onderwerp van discussie is in het dekolonisatiedebat.

      • Jan A. Somers zegt:

        In augustus 1941 waren de voorbereidingen van de toekomstige Rijksconferenrie (RTC) al begonnen. De Nederlandse regering sloot zich aan bij de opvatting van Churchill dat het om het Atlantische gebied ging, de door Duitsland bezette gebieden die bij het Grootduitse rijk zouden worden gevoegd. Net als de opname van Indie in de Japanse Nanyo. Sorry, even uit het hoofd vanwege omstandigheden.

      • RLMertens zegt:

        @PetervandeBroek; ‘geen onderwerp van discussie etc.’- Men praat/klaagt honderd uit over bersiap/geweld maar de voornaamste oorzaak; geen Indonesisch zelfbeschikkingsrecht= geen merdeka wordt niet genoemd! * ‘bezet door totalitaire machten etc.’- Staat deze omschrijving in het Handvest? Het is gg.Tjarda’s interpertatie; alleen bestemd voor Europese kolonieën(?); Nederland die in nazi tijd; een kolonie van Duitsland was?

      • RLMertens zegt:

        @JASomers; ‘Nederlandse beloftes zijn niets waard etc.’- Een terechte opmerking van gen.Soedirman; zie hoe Sharir’s/vMook poging om met Nederland/Veluwe conferentie in vergelijk te komen. En beider aftreden tot gevolg had!
        * Engelse teksten in 1945; De Republikeinse onafhankelijkheid teksten bereikten, over de Nederlandse hoofden heen, het wereld forum/VN! ( de eerste klap is een daalder waard!) En met succes!

  3. Hedi Hinzler zegt:

    Jullie moeten eens de bronnen lezen hoe de lokale mensen hun eigen volk behandelden. Bijv. P.L. van Bloemen Waanders, Aanteekeningen omtrent de zeden en gebruiken der Balinezen, inzonderheid die van Boeleleng. Dat is niet mis wat daar gebeurt… hoe de radja’s hun volk behandelden…. Voor Zuid Bali idem dito. Lees maar eens de Awig-Awig Desa uit Karangasem. Maar dat is natuurlijk te veel gevraagd van de gemiddelde Nederlander.

    • Maud Lebert zegt:

      Beste Hedi HInzler, misschien heeft u het niet goed begrepen, maar bij het interview met Gert Oostindie gaat het om het schrijven van ‘ een onderdeel van de Nederlandse geschiedenis’ en niet over de geschiedenis van Bali of welk eiland dan ook. Ik heb de ‘Aantekeningen..’ die U heeft aanbevolen, niet gelezen, weet dus niet wat erin staat, maar weet alleen maar, dat deze autor het 200 jaar geleden geschreven heeft. Na ja! Denkt u soms, dat in Europa de lijfeigenen beter behandelt werden? U heeft denk ik ook de discussie op dit portaal over de behandeling van contract koelies door Nederlanders op de plantages in Sumatra niet gelezen en dat was niet 200 jaar geleden.
      De emoties lopen op dit portaal nogal hoog en dat is okay. Maar men moet realistisch blijven. Dat betekent voor mij, dat als u de ‘Aantekeningen.. etc’ van voor 200 jaar geleden ter berde brengt, u dit tegenover zou moeten stellen met het feit hoe de adel in Europa met zijn lijfeigenen omging en hoe de omstandigheden waren, waarin deze moesten leven. Het is allemaal geschiedenis en dat is voltooid verleden tijd.
      Mijn beste wensen
      Maud Lebert

  4. Ben Janssen zegt:

    Wat de discussie over Indië tegenwoordig moeizaam maakt, is dat het wetenschappelijk historisch debat (dus objectief in kaart brengen wat is er vroeger is gebeurd) wordt ontregeld door mensen die het onderwerp bekijken vanuit één bepaalde invalshoek/overtuiging (bijv. met een puur anti-koloniale bril op, of (bestaan die eigenlijk?) puur pro-koloniale bril). Waar wetenschapper Gert Oostindie neutraal de feiten en omstandigheden op een rijtje probeert te zetten, wordt hij flink onder vuur genomen ( oa als ‘kleurontkennende racist’ – zie het artikel) door groepen die een heel ander belang hebben dan een objectieve, genuanceerde geschiedschrijving; die willen immers alleen hun eigen geluid, hun eigen gelijk horen. (De media zou in dit licht ook wat kritischer mogen zijn wie wel en niet een platform verdient). Ik hoop van harte dat het KITLV professioneel en in objectiviteit zijn werk blijft doen, zonder te luisteren naar de ketelmuziek van belangengroepen/activisten.

    • R.L.Mertens zegt:

      @BertJanssen; ‘ vanuit één bepaalde invalshoek etc.’- klopt, omdat men vermoedens heeft etc. etc. maar eerder bevreesd zijn voor de ….uitkomsten/het resultaat! Mi. is het onderzoek; van door ons gepleegde oorlogsmisdaden totaal overbodig; zie Limpach; de Brandende Kampongs van gen.Spoor! – Wellicht denkt de overheid, dat een 2e onderzoek toch een ietwat genuanceerder uitkomst kan opleveren tgv. ‘de regering(en), die toen voor dit Indië debacle algeheel(!) verantwoordelijk was/waren! – Wat de Republiek/Indonesiër aan misdaden zouden hebben gepleegd, is mi. simpel te traceren door de (Indonesische) oorzaken/tegenmaatregelen van bovengenoemde door ons gepleegde misdaden eveneens te benoemen/omschrijven. -Dit onderzoek in samenwerking met de Indonesiërs uit te voeren/doen, lijkt een oeverloos/nutteloos te worden. Immers; wij hebben onze nazi/Jappen geschiedenis toch ook niet met Duitsland/Japan vastgelegd. En …het bespaart mi, vele miljoenen aan ‘onkosten’. ( wat beter besteed kan worden …aan uitbetalingen van geleden schade aan onderdanen/slachtoffers van/door toenmalig regeringsbeleid. Zowel tijdens de Japanse tijd als ‘politionele periode ‘!!.

      • Peter van den Broek zegt:

        Citaat van dhr Mertens :………Dit onderzoek gaat over; door ons gepleegde gepleegde oorlogsmisdaden tijdens ‘die politie oorlog in Indië 1945-1949……….
        Dat is juist het probleem.
        Bijvoorbeeld 2 weken geleden ging het tijdens de dekolonisatiediscussie louter over het sexueel geweld van Nederlandse militairen tegen Indonesische vrouwen. Maar de slachtoffers vielen aan beide zijden.

        Toen ik na afloop van de sessie de onderzoeker Stef Scaiola (Luxembourg University/KITLV) over het Indonesische geweld (bij vrouwen afsnijden van borsten e.d.) aansprak kreeg ik een antwoord waaruit ik begreep dat dat soort geweld niet past in het onderzoek, dus wordt niet onderzocht. Dat gegevn stelt het onderzoek over de dekolonisatie wel in een opmerkelijk daglicht.

        De opmerking dat ……door de (Indonesische) oorzaken/tegenmaatregelen van bovengenoemde door ons gepleegde misdaden eveneens te benoemen/ omschrijven, simpel te traceren is, klinkt toch wel wat raar uit de mond van dhr Mertens. Laat hij maar wat voorbeelden met bijbehorende details noemen.

      • R.L.Mertens zegt:

        @PetervandenBroe;’tegenmaatregelen van door de Republiek gepleegde misdaden’- Die door de Republikeinse/bersiap gepleegde misdaden te omschrijven is toch simpel? Als voorbeeld; – Op de weg in de buurt van kampong/desa A is een trek bom tot ontploffing gebracht, bij het passeren van een KL truck. Kampong desa wordt onder vuur genomen. Schieten op alles wat beweegt. Daarna wordt kampong/desa A in brand gestoken.( rest van de bewoners die het overleefd hebben creperen van de honger, omdat al hun etenswaren in die verbrande hutjes lagen) – Bij het doorzoeken van een huis wordt een vrouw dood gevonden; borsten afgesneden etc. Alle bewoners( die er nog zijn; oud, jong, vrouw, man) van de kampong moeten aan te treden. De mannen( die er nog zijn) worden apart genomen en daarna gemitrailleerd. =In de tv.doc; Tabé toean vertelt een TNI ‘er hoe hij zijn desa na tuchtiging van het Knil terug vond; alle mannen/jongens waren in hun knieschijf(!) geschoten! (opdat ze eventueel na eventuele genezing kreupel blijven!) -In dezelfde tv.doc. vertelt een Inlandse vrouw hoe haar kampong met artillerie vuur werd gebombardeerd. Omdat er in de buurt een KL patrouille in een hinderlaag liep. -Rare voorbeelden uit mijn mond? Lees; MvandenBrekel; Massa executies op Sulawesi; getuigenissen van de inwoners op de gebeurtenissen zoals vermeld de officiële documenten in het Nationaal Archief, Den Haag.

      • Peter van den Broek zegt:

        Tijdstip en nauwkeurige plaatsaanduiding ontbreken. Waar hebben we het dan over?

      • R.L.Mertens zegt:

        @PetervandenBroek; ‘tijdstip etc.ontbreken’- Ik gaf u slechts voorbeelden. In alle militaire rapporten worden acties; tijdstip en…. (vermoedelijke) oorzaken/aanleidingen be/genoemd. Zie Excessen Nota, Limpach; Brandende Kampongs. Het door Ned. te benoemen aanleiding van de Republiek etc. zal ongetwijfeld reacties van Indonesië ontlokken. En zodoende tot waarheidsvinding/omschrijving leiden van wat beide partijen aan ‘structurele misdaden’ hebben gepleegd.

  5. Lieuwe de Haas Weston Connecticut USA zegt:

    De Nederlanders vervoerden de meeste slaven van Afrika naar de Amerikaas, daarom lieten ze Nieuwe Amsterdam op Manhatten in de steek, waarom denk je dat al die heren huizen in Amsterdam zijn gebouwd, het waren fijne jongens vroeger in het verleden!

    • Indisch4ever zegt:

      Men schat het aandeel slaven wat Nederlanders brachten naar Amerika op 5% .
      Die Amsterdamse herenhuizen zijn vooral betaald door andere activiteiten, bijv de oostzeehandel. Ook door VOC-winsten, evenzo niet fris van geweld en slavernij

      • Jan A. Somers zegt:

        Voor de Nederlandse handel in Afrikaanse slaven moet je ook niet in Amsterdam zijn. Middelburg is the place to be! UNESCO Werelderfgoed. En in Nederland geen interesse voor.

  6. Lieuwe de Haas Weston Connecticut USA zegt:

    De Nederlanders waren een van de grootste handelaren in slaven opgepikt in Africa, vandaar al die herenhuizen in Amsterdam!

    • R.L.Mertens zegt:

      @LievendeHaas; ‘slaven handel etc.’- Dit onderzoek gaat over; door ons gepleegde gepleegde oorlogsmisdaden tijdens ‘die politie oorlog in Indië 1945-1949’. Graag uw mening hierover? Anders wordt het te roewet!( te draaierig)

  7. R.L.Mertens zegt:

    @LievendeHaas; ‘slaven handel etc.’- Dit onderzoek gaat over; door ons gepleegde gepleegde oorlogsmisdaden tijdens ‘die politie oorlog in Indië 1945-1949’. Graag uw mening hierover? Anders wordt het te roewet!( te draaierig)

  8. Peter van den Broek zegt:

    Ik heb dat boek van H.Th. Bussemaker over de Bersiap pas aangeschaft, er staan best interessante dingen in die tegen heersende vooroordelen ingaan , maar het boek is pas van 2005. Niet iedereen neemt de moeite het boek te raadplegen.

    Trouwens de Bersiap in Soerabaja wordt in 70 pagina’s beschreven. Interessant zijn de 2 kaartjes van Soerabja waarbij de posities van zowel het Britse legermacht en de Indonesische nationalisten als het Britse aanvalsplan voor 10 November 1945 en het tijdsverloop in de slag in Soerabaja zijn vermeld.
    Voor mij is geen verrassing dat Bussemaker de 49th Indian Infantry brigade(commanding officer col. Pugh, opvolger van de vermoorde Brigadier Malleby) positioneert op het Marinevliegkamp Morokrembangan, op iets minder dan 1 Km van de Werfstraatgevangenis.
    Let wel het havengebied wordt door Bussemaker ruim geinterpreteerd. Opvallend is de vooruitgeschoven aanvalspositie van de 3/9 Gurkha Rifles. Blijkbaar zijn 10 Gurkha’s van deze eenheid al vroeg in de ochtend van 10 November 1945 de Werfstraatgevangenis binnengedrongen. Dat was ook niet zo ver lopen van de Britse linies.

    Toevallig heb ik ook een Britse kijk op deze aanval n.l. Richard Macmillan in zijn boek “The British Occupation of Indonesia ook uit 2005”. Interessant is de schatting van Bussemaker van de Britse verliezen. Meelhuijzen (sic) baseert zich op Ruslan Abdulgani? Richard Macmillan baseert zich op Britse bronnen. Ik ben geinteresseerd in die dode Gurkha bij de inval in de Werfstraatgevangenis.

    • R.L.Mertens zegt:

      @PetervandenBroek; ‘bersiap door h.Bussemaker etc.’- Bij zijn presentatie van het boek hem de vraag gesteld; waarom wordt het Atlantisch Handvest niet genoemd/besproken.
      Alzo ook de allereerste (provocerende) gesprekken met Hatta, Boeg etc. Hij heeft mij geen antwoord gegeven, slecht gemompeld over te weinig aanwezige Knil/Kl militairen toen.

      • Peter van den Broek zegt:

        Bussemaker en het Atlantisch Handvest?

        Dhr Bussemaker noemt het Atlantisch Handvest 3x in de Samenvatting en Conclusies van zijn boek:
        1) Zie mijn voorgaande reactie op 8 juli 2019 , p.327 in het boek.
        2) Hij maakt een opmerking over Mountbatten,:…..”.die volstrekt overtuigd was dat op basis van het Atlantisch Handvest de volkeren van Azie recht hadden op hun eigen lotsbestemming” (p.337)
        3) En als laatste merkt hij op…….. ” De Nederlandse regering bleek blind voor de bepalingen in het Atlantisch Handvest van 1941 en de uitwerking daarvan in de organisatie van de Verenigde Naties in 1945″(p.340).

        Dhr Somers maakt de terechte opmerking dat Nederland zich in 1941 aansloot bij de opvattingen van Churchill. Ik herhaal in 1941. Maar sindsdien veranderde er veel:

        Op 1 januari 1942 werd het Handvest bevestigd door de Declaration by United Nations. In totaal ondertekenden 26 landen deze verklaring. Ook de Nederlandse regering in ballingschap ondertekende de Declaration by United Nations. Bij de oprichting van de VN werd het Atlantic Charter als uitgangspunt gebruikt.

        In het najaar van 1944 in Dumbarton Oaks kwamen vertegenwoordigers uit China, de Sovjet-Unie, de Verenigde Staten en Groot-Brittannië bijeen om een voorstel op te stellen hoe deze volkerenorganisatie eruit zou komen te zien. Tijdens de conferentie van Jalta in februari 1945 besloten Roosevelt, Stalin en Churchill tot de conferentie in San Francisco.

        De Verenigde Naties werden op 25 april 1945 tijdens de ‘United Nations Conference on International Organisations’ in San Francisco opgericht. Twee maanden later, op 26 juni, waren er 50 lidstaten (sic) die het Handvest van de Verenigde Naties ondertekenden. Met Polen, dat later toetrad, kwam het originele aantal op 51 leden. Ook een delegatie uit het Koninkrijk der Nederlanden was hierbij aanwezig!!!!!!!!! Maar heeft Nederland toen getekend?

        Het verbond ging niet gelijk aan de slag. De organisatie startte officieel op 24 oktober 1945, nadat de vijf permanente leden van de VN-veiligheidsraad samen met de meerderheid van de andere leden het Handvest ratificeerden.
        https://www.niod.nl/nl/70jaar-wo2/verenigde-naties-opgericht

        Opmerkelijk is dat de Filipijnen (ex-kolonie VS) op 24 Oktober 1945 als lid tot de Verenigde Naties toetrad . Op 4 juli 1946, werden de Filipijnen onafhankelijk!!!

        Nederland trad pas op 10 December 1945 als lid toe tot de VN.

        Ik wil hiermee alleen maar zeggen dat niet het Atlantisch Handvest maar de oprichting van de VN maatstaf is voor het dekolonisatiebeleid van Nederland. Interessant lijkt mij te weten hoe het Nederlandse lidmaatschap van de VN eind 1945 zich verhoudt tot haar optreden in Nederlands-Indie.

        Daarnaast speelt vooral resolutie 27 van 1 augustus 1947 een belangrijke rol, waarbij de Veiligheidsraad zich actief begint te bemoeien met de dekolonisatiebeleid van Nederland. Let wel deze resolutie werd aangenomen tijdens de 1ste poltionele actie!!!
        resolutie 27: De Veiligheidsraad merkte tot zijn bezorgdheid de vijandelijkheden op tussen de Nederlandse krijgsmacht en de Republiek Indonesië. Beide partijen werden door de Veiligheidsraad opgeroepen tot een onmiddellijk staakt-het-vuren, en bemiddeling of een andere vreedzame methode om hun conflict op te lossen en de Veiligheidsraad van de vooruitgang hieromtrent op de hoogte te houden.

        exit Atlantisch Handvest

      • Jan A. Somers zegt:

        Voor Nederland was de inwerkingtreding op 10 december 1945. Vergeet niet dat een verdrag in Nederland pas in werking kan treden na goedkeuring door het parlement. Dat was zo kort na de oorlog nog vertraagd. Ik weet niet of de minister het al vóór 24 oktober had ondertekend. Ga het ook niet opzoeken, niet van belang.

      • Peter van den Broek zegt:

        Of het van belang is, kan ik op het eerste gezicht niet beoordelen. Maar het is wel interessant om te weten. hoe het net na de oorlog in Nederland toeging. Als het aan sommige personen in die tijd had gelegen hadden we een parlementaire democratie à la Nederlands-Indie gekregen met een soort Volksraad als 1ste Kamer, tweede Kamer exit en opgeruimd staat netjes. Maar dan stond wel de legitimiteit en geloofwaardigheid van Nederland op het spel.

        Na de oorlog konden verkiezing voor het parlement niet direct georganiseerd worden en daarom werd er o.g.v. Staatnoodrecht een “Tijdelijke Staten-Generaal” ingesteld , die beperkte bevoegdheden had. Voor de inwerkingtreding van het VN-verdrag wilde het “Tijdelijke Parlement” daarover wel stemmen dwz wilde het verdrag al dan niet ratificeren. Zo hoort dat in een parlementaire democratie en zo geschiede. Na ratificatie van het verdrag kon Nederland op 10 December 1945 als lid tot de VN toe treden.

        art. 4 van het Handvest van de VN is best opmerkelijk
        Membership in the United Nations is open to all other PEACELOVING states which accept the obligations contained in the present Charter and, in the judgment of the Organization, are able and willing to carry out these obligations.

        Hoe verhoudt zich het “peaceloving” met de toenmalige situatie in Nederlands-Indie?
        Met het VN-Handvest in de hand had Nederland samen met de Republiek Indonesia eigenlijk pas op 27 December 1949 als lid tot de VN kunnen toetreden.

      • Jan A. Somers zegt:

        “sommige personen in die tijd ” Mag toch in een democratie? Er zijn zoveel mensen die wat willen. Zo ook enkele (zeer) hoge militairen die wat wilden ondernemen samen met lui uit de club van Engelandvaarders. (ik wil het nog net geen coup noemen!) Dat waren nog eens wilde tijden!
        “Hoe verhoudt zich het “peaceloving” met …” Niet moeilijk toch? Net als Engeland en Frankrijk, ook leden van de VN! Per 15 augustus 1945 lag het gezag tijdelijk in handen van SEAC, in afwachting van de Nederlandse mogelijkheden. Maar SEAC had ook geen capaciteit, krachtens de capitulatievoorwaarden lag het gezag daarom deels nog in Japanse handen. Vanaf begin 1945 lag het gezag in een groot deel van Indië in Australische handen, met het burgerlijk bestuur bij NICA. Dit alles was redelijk peacefull, niet gericht op oorlog, maar gericht op herstel van de staatkundige status quo. Na overname door Nederland van het gezag van SEAC (vanaf februari/maart 1946) hadden de Indonesiërs problemen met de legale volkenrechtelijke soevereiniteit van Nederland (het Koninkrijk was lid van de VN!). Oorlog? Gewoon opstand tegenover handhaving! Pas op 27 december 1949 was het koninkrijk geen soeverein meer in Indië, en kon de toen soeverein geworden RIS lid worden van de VN. Netjes door Nederland voorgedragen zoals het hoort. Jammer dat de tentoonstellingbouwers bij het IHC dat allemaal niet wisten. Overigens een tentoonstelling met heel veel informatie!

    • RLMertens zegt:

      @PetervandenBroek; ‘Atlantisch Handvest 1941 etc.’- Waarom Bussemaker indertijd mij niet er op gewezen heeft, is mij een raadsel. Ik heb zijn boek daarna ook niet gekocht. Echter toch postuum dank aan Bussemaker en U voor de vervolg uiteenzetting. Want het zelfbeschikkingsrecht staat ook in de VN artikelen, dus ook dd.25-04-1945 te San Francisco door Nederland ‘moet’ zijn ondertekend. Wat deed Nederland dan daar anders? Derhalve nog vóór de Proklamasi 17- 08-1945! -Tegen beter weten in (desnoods tegen de VN in, aldus enkele ministers) startte het de ‘1e politionele actie’. Verzet strijder, oprichter van Vrij Nederland HM.van Randwijk in een vurig protest; ‘wat ons volk voor alles nodig heeft, in dit beslissende uur, dat is dat wij ons hart zuiveren van meer dan 3 eeuwen overheersingscultuur(!), van zijn huichelarij en zelfbedrog, zijn- naar de eisen van de moderne tijd, ethisch gecamoufleerd machtswellust’!. Van Randwijk werd daarna verguisd!

    • Jan A. Somers zegt:

      “Voor mij is geen verrassing dat Bussemaker de 49th Indian Infantry brigade(commanding officer col. Pugh, opvolger van de vermoorde Brigadier Malleby) positioneert op het Marinevliegkamp Morokrembangan,”
      Om de slag om Soerabaja te begrijpen moet je wel iets weten van de dislocatie van de Britse troepen.
      Op basis van de succesvolle acties van een Australische divisie in het grote gebied in Indië buiten Java, en het daaropvolgende bestuur door NICA, dacht Mountbatten voor herstel van het gezag op Java één divisie nodig te hebben. Op 2 september 1945 werd hem hiertoe de 5th Indian Division toegewezen. Die divisie was echter nog lang niet beschikbaar, voorlopig moest hij het nog doen met het Japanse gezag. Voor de aanlanding van die divisie werd gedacht aan Soerabaja vanwege de goede haven- en transportfaciliteiten. Op 23 september arriveerde kapitein-ter-zee P.J.G Huyer met een kleine staf, als eerste geallieerde vertegenwoordiger in Soerabaja. Huyer had van Patterson opdracht gekregen de havens van Soerabaja te inspecteren.
      Vanwege de verslechterde situatie in Soerabaja kon op een gegeven moment niet meer worden gewacht op die 5e divisie. Op 25 oktober landde de 49th Brigade (geleend van de 23th Indian Division), onder brigade-generaal A.W.S. Mallaby, versterkt tot Group met transport- en verzorgende eenheden met het oog op RAPWI-activiteiten. Met ook de bedoeling dat deze brigade deel ging uitmaken van de 5th Indian Division. Na een grote overval op een evacuatietransport braken zware gevechten uit. Na een mislukte bestandsovereenkomst, waarbij Soekarno en Hata waren betrokken, werd Mallaby gedood, en trok de brigade zich terug op het havengebied en marinevliegkamp Morokrambangan als bruggenhoofd.
      Vanaf 5 november 1945 landden de eenheden van de 5e divisie, bestaande uit vijf onderdelen. In dit verhaal zijn de details niet zo belangrijk, ik noem er hier twee:
      Op Morokrambangan betrok de 9e brigade een aantal posities vóór de zwaar gehavende 49e brigade, zodat deze zich in alle rust kon hergroeperen. Die 9e brigade kreeg tot taak de westflank af te schermen voor aanvallende Indonesische strijdgroepen uit de richting van Grisee.
      9th Indian Infantry Brigade, onder commando van Brigadir H.G.I. Brain:
      2nd West Yorkshire Regiment
      3/2 Punjab Regiment
      1st Burma Regiment.
      Bij twee van de eenheden van deze 5e divisie was een Gurkha-regiment, hier op Morokrambangan dus niet.
      De 49e brigade bleef in het gebied van de havens ten westen van de Kali Mas.
      De 123e brigade, versterkt met het B-eskadron van de 11e Cavalerie, werd belast met de bezetting van het noordelijk stadsdeel, het gebied van de Rode Brug, Werfstraatgevangenis en Boeboetangevangenis.
      123rd Indian Infantry Brigade, onder commando van Brigadir E.J. Denholm Young:
      2/1st Punjab Regiment
      1/17th Dogra Regiment
      3/9th Gurkha Rifles
      De boeken van Bussemaker en mij zijn ongeveer gelijktijdig uitgegeven (2005). Wij hebben hierover een keer vergaderd bij Walburg Pers, waar al eerder (2000) ook het boek van Meelhuijsen is uitgegeven. Hij was er ook bij. In mijn boek zijn zes pagina’s gewijd aan Soerabaja, meer was niet relevant voor het onderwerp van mijn boek. Bij Bussemaker zo’n 70 bladzijden, bij Meelhuijsen 304.

      • Peter van den Broek zegt:

        Ik begrijp iets niet:
        – de 49e brigade (ex brigadier Mallaby, daarna col. Pugh) bleef in het gebied van de havens ten WESTEN van de Kali Mas
        – de 9e brigade kreeg de taak de WESTflank van de 49e brigade af te schermen voor aanvallende …. uit richting Grisee (WEST-Soerabaja)
        – de 123e brigade, versterkt met het B-eskadron van de 11e Cavalerie, werd belast met de bezetting het gebied van de Rode Brug, Werfstraatgevangenis en Boeboetangevangenis: dat is toch ook het WESTELIJK deel van Soerabaja!!!

        Maar welke Britse brigade ten OOSTEN van de Kali Mas zou oprukken langs de Kali Semampir, naar het Industriegebied te Sidotop en de Chinese en Arabische wijken?

        Ik heb een kaartje o.b.v. situation reports waar duidelijk het geografisch Noorden is aangegeven.

      • Jan A. Somers zegt:

        Tja, als u niets weet/begrijpt over de stad Soerabaja, zult u over het leven daar, de bersiap, de Britse interventie en het wederopleven van de stad alles weten, maar niets begrijpen.
        “de 49e brigade (ex brigadier Mallaby, daarna col. Pugh) bleef in het gebied van de havens ten WESTEN van de Kali Mas” Klopt toch? Dat is Tandjong Perak e.o.!
        “de 9e brigade kreeg de taak de WESTflank van de 49e brigade af te schermen voor aanvallende …. uit richting Grisee (WEST-Soerabaja)” Nee, die 49e brigade was allang naar het havengebied vertrokken. Maar u weet toch dat de grote aanval, van Noord naar Zuid was begonnen? Met voor de aanvallende troepen ten westen van de Kali Mas een kwetsbare Westflank? Die moest worden afgedekt!
        ” de 123e brigade, versterkt met het B-eskadron van de 11e Cavalerie, werd belast met de bezetting het gebied van de Rode Brug, Werfstraatgevangenis en Boeboetangevangenis: dat is toch ook het WESTELIJK deel van Soerabaja!!! Niet HET westelijk deel van de stad, dat is een relatief klein gebied in de stad direct ten westen van de Kali Mas. Het noordelijk stukje van de lange centrumstrook, die loopt van ongeveer het Willemsplein, via Toendjoengan naar Simpang. In het grote gebied ten westen van de Kali Mas, van Perak tot Wonokromo, opereerden meerder Britse eenheden.
        “Maar welke Britse brigade ten OOSTEN van de Kali Mas zou oprukken ” Dat weet ik niet uit mijn hoofd, was voor mijn verhaal ook niet relevant. Maar oostelijk van de Kali Mas ligt veel meer dan u noemt. Van Noord naar Zuid: Oedjoeng, havenfaciliteiten langs de kali, Arabische wijk, Chinese wijk, Europese wijken Ketabang en Goebeng, het grote industriegebied tot aan de olieraffinaderij, het waterwingebied na Wonokromo. Die eenheden hadden geen last van aanvallen op hun flanken. In het westen de Kali Mas en in het oosten Straat Madoera, zoals u misschien weet ook water.

      • Peter van den Broek zegt:

        Op welke bronnen Meelhuijsen de dislocatie van het Britse leger op Java baseert is een raadsel.

        Bussemaker geeft nij de slag om Soerabaja als bron aan A. Brett-James ” Ball of fire: the 5th divison in the second WW,hfst 32 (1951) ern niet Meelhuijsen. . Bij mijn Bersiapverhaal baseer ik me op R. Macmillan “The British Occupation In Indonesia 1945-1946 (2005) en de war diaries van de verschillende brigades op Java.

        Britse militaire bronnen geven aan dat in 1945 het commando over Java was toegewezen aan de 23e divisie van gen.maj. Hawthorn. De 3 Infanterie brigades van deze divisie waren als volgd over Java verdeeld:
        West-Java (1e Brigade),
        Midden-Java (37e Brigade)
        Oost-Java m.n. Soerabaja de 49e brigade van brigadier Mallaby.

        De 5e divisie had tot eind Oktober op Java niks te maken.

      • Peter van den Broek zegt:

        Tevens beschikt Meelhuijsen niet over de juiste Britse militaire bronnen of hij begrijpt niet hoe het Britse leger bij de bezetting van Soerabaja in 1945 georganiseerd was.

        Het gaat om de positie van het Britse leger op 9 November 1945, de dag vòòrdat de hoofdaanval op 10 November 1945 begon, waarbij Jack Boer en zijn Gurkha’s betrokken waren

        Bron: oorlogsdagboeken (War diaries) van de verschillende brigades.
        1)De overblijvende onderdelen van 49e brigade hadden zich teruggetrokken op en rond het marinevliegkamp en vliegveld Morokrambangan.

        2)De 123e brigade van brigadier Denholm-Young bevond zich tussen de 49e Brigade en de Kali Mas, n.l. de Westoever. De aanvalslijn van deze brigade loopt van het vliegkamp in een rechte lijn tot aan de Werferdabrug bij de Kali Mas., let wel de Bataviaweg bevindt zich binnen de Britse linies.

        3)Meelhuijsen “vergeet” ook te vermelden dat de 9e brigade aan de andere kant van de Kali Mas bevond, aan de Oostoever met als aanvalslijn Citadelweg-Pekoelen naar de Kali Semampir.

        De gen. maj. Mansergh van de 5e divisie was begin November 1945 tot commandant van Oost-Java benoemd, dwz hij had toen ook het commando van de 49e divisie, eerst behorend tot de 23e divisie, overgenomen

        De Britten hadden niet alleen het vliegveld maar ook de haven Tandjoeng Perak , inclusief de marinehaven van Soerabaja volledig afgeschermd.

      • Peter van den Broek zegt:

        correctie: hij (Mansergh) had toen ook het commando van de 49e brigade, eerst behorend tot de 23e divisie, overgenomen

  9. Robert zegt:

    Sander van Walsum praat een end weg en noemt niet eens de slachtoffers van de Bersiap tijd! Onschuldige mensen die werden gemarteld en vermoord zg voor een “beter doel”, de “onafhankelijkheid” met nieuwe meesters die even of meer gewelddadig zijn dan de oude meesters. Is geschiedenis een wetenschap? De zg wetenschappers zijn toekangs djaplah en omong kosong kletsers. True science teaches, above all, to doubt and to be ignorant.

  10. Peter van den Broek zegt:

    1) De “kwetsbare” Westflank van de 49e brigade, dat het Marinevliegkamp als bruggehoofd heeft?

    Ik weet niet waar Meelhuijsen zijn verhaaltje op baseert, hij is zeker niet van Soerabaja want deze Westflank bestaat wel uit het brede “Boezemkanaal” en de nog bredere “Landingskom”, vòòr de oorlog landingsplaats voor de watervliegtuigen van de Marine Luchtvaartdienst MLD. Dat is op luchtfoto’s uit die tijd duidelijk te zien. Dus niks kwetsbare Westflank noch dat de 9e brigade daar geplaatst was door gen. Mansergh, commandant van de 5e divisie. Daargelaten dat een volledige (9e) brigade ter bescherming van de restanten een andere (49e) brigade militair niet zo logisch klinkt.
    Er valt weinig te begrijpen.

    • Jan A. Somers zegt:

      Ik heb helemaal niet de westflank van de 49e brigade genoemd, die deed ook helemaal niet mee met de opmars en had dus geen flank.. Maar dat is niet mijn probleem. Bovendien pleeg ik hier geen wetenschap, daar is dit de plek niet voor.

  11. Peter van den Broek zegt:

    Ik begrijp niet wat in dit verband onder wetenschap wordt verstaan.

    Wat ik wel weet, is dat dhr Buitenzorg met veel zorg op een duidelijke en verantwoorde wijze gedocumenteerde en interessante artikelen publiceert. In mijn reacties poog ik op zijn minst aan deze criteria te voldoen. Ik kan toch moeilijk verhalen uit mijn duim zuigen? Waar is deze plek dan anders voor?

    Trouwens War diaries geven aan dat de 49th Infantry brigade van col. Pugh betrokken was bij de slag in Soerabaja, althans dat wordt aan gen. Christison Commanding Officer AFNEI en Mountbatten gemeld . Deze brigade viel op 10 november vanaf de Westkant (Westflank van de Britse hoofdaanval?) Soerabaja aan.

    • Jan A. Somers zegt:

      @met veel zorg op een duidelijke en verantwoorde wijze gedocumenteerde en interessante artikelen publceert.@ Bedankt voor de waardering van mijn verhalen in Javapost!

  12. Peter van den Broek zegt:

    Op basis van Britse militaire bronnen mag nu wel duidelijke zijn hoe de Britse militaire posities zijn op 9-10 November 1945:
    van het Marinevliegkamp en vliegveld Morokrambangan in een lijn tot aan de Ferwerdabrug bij de Kali Mas. Van de Oostoever van de Kali Mas loopt de lijn verder langs de Citadelweg-Pekoelen naar de Kali Semampir, zie ter orientatie de overzichtskaartjes in het boek van Dr. Bussemaker “Bersiap Opstand in het paradijs p. 220/248.

    Jack Boer en zijn 10 Gurkhas , de laatsten zijn op 9 November in het havengebied Tandjoen Perak aangeland, bereiken halverwege de Perak- Boulevard de grens van de Britse linies. Van daaruit is het minder dan 900 meter naar de Westmuur van de Werfstraatgevangenis.

  13. Peter van den Broek zegt:

    De Britten komen met de Indonesiers eind oktober/begin november een buffer zone tussen de gevechtslinies overeen waarbinnen zich geen gevechtseenheden mogen bevinden.
    Het gebied tussen de Perak boulevard en de Werfstraatgevangenis, kampong Pesapen, is op 10 November welhaast verlaten. De Indonesische bewoners ontvluchten kampong Pesapen om de op handen zijnde Britse hoofdaanval te ontwijken .
    Jack Boer, zijn 10 Gurkhas en de Stuart tank met ondersteuningseenheid kunnen zodoende de Werfstraatgevangenis ongestoord bereiken.

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s