Retour Birma spoorweg

Door Herman Keppy

Voor de 45ste keer wordt 18 augustus 2012 stilgestaan bij de slachtoffers van de aanleg van de Birma-Siam spoorweg. Dat gebeurt bij het speciale monument op het landgoed Bronbeek in Arnhem. Anderhalve maand later zal, als we de regering van Myanmar mogen geloven, worden aangevangen met de reconstructie van dezelfde ‘Dodenspoorweg’.

Spoorlijn Birma-Thailand

Naar schatting 240.000 dwangarbeiders werkten in 1942 en 1943 dertien maanden lang aan de spoorweg die van Siam, nu Thailand, naar de kust van toenmalig Birma leidde. De meesten, zo’n 180.000 arbeiders, waren Aziaten uit de regio, 85.000 van hen vonden de dood en kregen een anoniem graf. Uit  Nederlands-Indië zouden zo’n 7.500 Javaanse romusha’s zijn ingezet. Van de meer dan 60.000 geallieerde ‘prisoners of war’ die aan de spoorlijn werkten, werden de meesten van de circa 12.600 doden na de oorlog gelokaliseerd en herbegraven op een van de grote erevelden in Thailand, Myanmar of in het land van herkomst. Onder hen 2.800 Nederlanders, waaronder veel Indische Nederlanders die bij het KNIL hadden gediend.
Ondanks de ontberingen van de dwangarbeiders en de luchtaanvallen van geallieerden is de 415 km lange spoorlijn in oktober 1943 voltooid. Aanhoudende bombardementen en de kerende oorlogssituatie zorgden er echter voor dat de Japanners de spoorweg nooit hebben kunnen gebruiken. Na de oorlog werd het grootste gedeelte van de rails van het noordelijke traject in Thailand gerecycled voor het spoorwegnet elders in het land. Het tot nu nog in gebruikzijnde boemeltje stopt in de buurt van de befaamde Bridge on the River Kwai. Zonder aansluiting met Thailand en ook onder invloed van de na-oorlogse isolatiepolitiek bleek het 105 kilomer lange gedeelte van de spoorweg in Birma, nu Myanmar, volstrekt nutteloos. Slechts de reeds voor de oorlog bestaande spoorlijn langs de kust waarop de Birma-Siam spoorweg aansloot, is tot nu toe in gebruik.
De trein en wagons die er op rijden zijn als in de rest van Myanmar van het type ‘derdehands’. Passagiers reizen in coupé’s waarvan de ramen geen ruiten hebben, noch de deuropening een deur. Als de avond valt, zorgen meegebrachte kaarsjes voor verlichting.  

Gebrekkige infrastructuur

Als de Birma spoorweg inderdaad wordt gereconstrueerd, zal deze van de Thaise grens leiden tot het oorspronkelijk eindpunt Thanbyuzayat. Daar bevinden zich tegenwoordig een groot door het Westen gefinancieerd geallieerd ereveld, een klein museum en Japanse tempeltjes. Het zou een grote toeristische attractie van Myanmar moeten worden. Van daar kan het bezoek aan het land worden voortgezet. Al betekent dat urenlang doorreizen, per auto of trein naar havenplaats Mawlamyne (het oude Mulmein), dat zowaar een spoorwegverbinding heeft met Yangon (Rangoon). Met geluk twaalf uur reizen, beetje tochtig, geen verlichting en het kan druk zijn. Reizen per auto duurt even lang.
De infrastructuur van Myanmar laat vooralsnog veel te wensen over. Een comfortabeler trip per schip zou mogelijk moeten zijn, maar van toeristische scheepvaart is helemaal geen sprake. Rest het vliegtuig. De laatste jaren zijn er een aantal nationale luchtvaartmaatschappijen gekomen met splinternieuwe vliegtuigen die geregelde vluchten onderhouden tussen de belangrijkste plaatsen, waaronder Mawlamyne.
Het vliegtuig is trouwens het enige vervoermiddel waarmee toeristen uit het buitenland Myanmar nu kunnen binnenkomen. Er is slechts één officiële landverbinding met Thailand, bij Myawaddy, maar daarover reizen geen toeristen. Die grensovergang dient voor de in- en uitvoer van producten. Daarbij mogen de vrachtwagens uit Thailand het land niet verder in. Alles wordt in deze grensplaats op- en overgeslagen, auto’s met buitenlandse kentekenplaten komen in Myanmar derhalve niet voor.

Een slachtoffer

Op het ereveld van Kanchanaburi in Thailand markeert een plaquette het graf van Adriaan Kepel. Kepel was een Indisch-Nederlands burger, geboren in Kota Radja op 3 juni 1906.  Bij de mobilisatie kwam hij op bij de Koninklijke Marine als matroos-telegrafist. Misschien maakte hij de ellende in de Javazee mee, in ieder geval werd hij vlak daarna gevangen genomen en op transport gesteld om te werken aan de Birma spoorweg. Is hij ziek geworden, werd hij doodgeschoten? Het slachtofferregister van de Oorlogsgravenstichting meldt slechts dat hij op 6 september 1943 is gestorven in Brangkasi, Thailand. Via hetzelfde register is te zien dat meerdere Kepels zijn omgekomen tijdens de oorlog, broers en/of neven. Adriaan Kepel liet een vrouw en kinderen achter. Meer informatie niet bekend, het is een van vele familietragedies. Die van hem er uitgepikt, omdat wanneer zijn dna met dat van schrijver dezes zou worden vergeleken, er hoogstwaarschijnlijk grote overeenkomsten zullen optreden.

Ondertussen in Thailand

Gezien de gebrekkige infrastructuur, het tot nu toe gehanteerde isolement en ook de nog niet genoemde etnische spanningen in het gebied waar de spoorlijn eens lag, is de aankondiging van de reconstructie van de Birma spoorlijn een verbluffend bericht. Of is het slechts bluf? Aan de andere kant van de grens moet namelijk ook wat gebeuren. Sterker, daar moeten veel meer rails gelegd worden om de verbinding te herstellen. Een handicap daarbij is dat op de route inmiddels een dam is aangelegd met een groot stuwmeer. Als het oude traject wordt gevolgd, betekent dit ook  dat er moet worden getunneld. Dat gaat echter niet gebeuren. In Thaise media is weliswaar melding gemaakt van het voornemen om een nieuwe verbindingsroute met Myanmar te bewerkstelligen, maar het gaat daarbij niet om de reconstructie van de Birma spoorlijn. Het zou kunnen dat men in Thailand wel een weg, niet noodzakelijk een treinverbinding, laat aansluiten op de spoorlijn in het buurland.
Het zeker voor Myanmar gigantische project is eind mei van dit jaar tussen neus en lippen aangekondigd door de minister van Spoorwegen Aung Min. Daarbij benoemde hij de buitenlandse (financiële) hulp niet specifiek, maar gaf wel voortvarend aan dat al begin oktober de eerste spade in de grond wordt gestoken. ‘Zou wat zijn,’ merkt oud NRC-journalist Peter Schumacher op, ‘wanneer Japan betrokken is bij de reconstructie’. Ook Indonesië dat via de ASEAN (Associatie van Zuidoost-Aziatische Naties) sterk betrokken is bij Myanmar, zou mogelijk kunnen bijdragen. Al met al lijkt het erop dat, mocht de 105 kilometer Birma spoorlijn in Myanmar echt worden hersteld en in gebruik genomen, geen van overlevenden die nu nog wereldwijd de herdenkingen bezoeken, in leven is om die treinreis te maken.

x

Dit bericht werd geplaatst in 2. Japanse Bezetting, 1942-1945 en getagged met , , , , , , . Maak dit favoriet permalink.

16 reacties op Retour Birma spoorweg

  1. Karel S. zegt:

    Tja …, ik heb er genoeg in de familie gehad die blijvend schade hebben ondervonden van bovengenoemde gebeurtenissen. Nog maar kort voorheen gedwongen dienstplichtig in het KNIL en maar als te snel de capitulatie met als eindresultaat de befaamde bootreis naar elders !
    Ontstellend al die gebeurtenissen, heel erg en bedroevend …. het brengt je wel terug naar de basis van aller bestaan, dat wel ja ! Lopen om je ‘hachie’, dagelijks de terreurdaden van de ‘Jap’ te moeten ondergaan was geen pretje, lieve mensen van nu ! Zeker niet het van nabij mogen beleven van executies en dergelijke …op weerloze mensen. Er gaat iets in jou kapot. Verder al jouw hoop op familie, vrouw en kinderen, slechts een weerzien ….. voor velen van ons niet meer haalbaar. Degenen die het konden navertellen kwamen naderhand bij thuiskomst in de volgende verdrukking, namelijk de bersiap ! Had men nu niet eens zich kunnen bezinnen, teveel gevraagd
    wellicht. Moord en kapotmaken schijnt een onbewingbare dwang in mensen, daaraan verandert niets. Het blijft wel altijd zo verder gaan ! Voor vele ‘napraters van nu’ wellicht een hint. Wat waren we blij dat we thuis onder bescherming stonden. Wat zijn die oproerigen tekeer gegaan. Onvergetelijk en onvergefelijk ! Zinlose moord en doodslag. Hoe kunnen mensen zich zo te buiten gaan. Dat zal wel voor altijd een vraag voor mij blijven zonder antwoord. Een monument ter herinnering ? Laat me a.u.b. met rust met dergelijke. Een toeristische attraktie misschien ?
    Een schande noem ik het.

    • bokeller zegt:

      Voor 45e keer op ’t landgoed ”Bronbeek’ wordt stilgestaan bij de slachtoffers etc.. Nog sterker je kunt’t kosteloos aanschouwen ‘Hoe het m … Nederlands-Indië veroverde.
      Helemaal hoe ’t toeging mss.herken je één van deze tentoongestelde dode vijanden (fam.)
      Waarom .na een volle maand uitstel (na Pearl Harbour) Het Keizerlijk-leger glorieus een gelijkwaardig leger versloeg. Uitgebeeld door Japanse kunstenaars (toen) om het roemrijke verslag vast teleggen voor de Japanse thuisblijvers.
      Nu hier vertoond ,op een niet noemenswaardig akkefietje na ,Keurig gerangschikt met dd.
      tot de overgave van het Knil .Ook nog in ’t tehuis vh.Knil .Het moet kunnen !?
      Door diverse hooggeplaatsten aanbevolen .Dan de ”Bersiap” uit een bijzondere oogpunt tentoongesteld met voorbij gaan aan de gevoelens van de nu nog levenden.
      Kura !! siBo

  2. Walter zegt:

    Mijn oom Eugene vertelde dat ze dag en nacht werkten aan deze weg. Op een keer nadat ze de fundatie van een weg hadden opgebouwd gedurende de dag door manden met keien en modder naar boven te schouwen, merkte de Japanse bewaker dat de werkers s’nachts de hele zaak weer had afgebroken. De gevolgen waren dodelijk. Hij had later altijd last van zijn benen.

  3. Ed Voa zegt:

    Weer een interessant verhaal. Mijn vader had ook in Birma gezeten. Hij werkte in de keuken ook als kok. Hij had het dus niet zo zwaar als degenen die aan de spoorweg werkten. Uiteraard keek hij ook naar de oudejaarsconferences van Wim Kan. Zeer waarschijnlijk heeft Wim Kan ook van de kookkunsten van mijn vader mogen proeven. Gezien de ingredienten was dat niet zo best. Het enige dat mijn vader aan het kampleven in Birma overhield was zijn voorliefde voor koken. Dat kon hij als de beste. Na Birma nam hij dienst bij de Gadja Merah en aangezien hij een wiskundeknobbel had berekende hij waar de mortiergranaten mochten inslaan. Een echte indo, zo iemand zeurde niet. Na de oorlog was het pais en vree met de vijand. Toen was er oorlog, nu zijn we vrienden.

  4. Ed Vos zegt:

    Sorry; Ed Voa is Ed Vos. Mochten er toch frustraties – zo u wilt trauma’s — aan mijn ouwe heer te bespeuren waren, was dat zijn 5 rijbewijzen van motorfiets tot geschutstank ongeldig waren in Nederland. Hij zakte voor het eerste de beste rijexamen in Nederland, daarna heeft hij nooit meer autogereden. Zijn vorige administratieve baan voor de RI (!!) heeft hij nooit mogen uitoefenen in Nederland Maar er moest brood op de plank komen, en als onderhoudsmonteur ging hij aan de slag waar hij door zijn zelfstandige werkzaamheden veel andere lotgenoten indo’s ontmoette met wie hij over de goede oude tijd kon praten.
    Maar dat even terzijde 😉

    • Jan A. Somers zegt:

      Ik heb als 16-jarige (op mijn rodekruiskaart stond 18) autorijden in een ambulance geleerd van de Sikh’s. Geen examen, wel zelfstandig gereden voor het Leger des Heilsziekenhuis in Soerabaja. In militaire dienst militair rijbewijs gehaald, maar niet geldig als burgerrijbewijs omdat ik niet de functie van chauffeur had. Soeda, laat maar.

  5. Herman Keppy zegt:

    Dus toch de oude Voa, eh Vos. Mooie reactie, bedankt. Mijn vader mocht ook de Jeep en vrachtwagen rijden door berg en dal in Indonesië (met rijbewijs). Nooit meer een stuur aangeraakt in het vaderland, eh moederland, eh… kikkerland.

  6. Aelle zegt:

    http://www.treasuremountain.nl/
    Vandaag, 18 augustus 2012, wordt na de Dodenherdenking in Bronbeek, Arnhem, de film van Moniek Verhoeckx vertoond.
    http://www.ed.nl/nieuws/algemeen/binnenland/11488539/Re%C3%BCnie-voor-overlevenden-Dodenspoorwegen.ece

  7. Goed artikel Herman. Ik lees het nu, nadat ik je gisteren (tweemaal!) een hand gaf voorafgaand aan radio-interview met Alfred Birney. Mijn vader, geboren in 1906, werkte ook aan de Birma Spoorweg. Hij overleefde; anders was ik er niet geweest. Ik zou er wel heen willen. Eens. Ooit.
    Hartelijke groet, Anton de Goede

  8. Herman Keppy zegt:

    Zo zie je maar Anton, toeval bestaat niet. Wellicht sta je eens aan die spoorweg en besef je hoe erg het was om daar te werken in die hitte en vochtigheid, bij het besef dat de mannen ook nog eens ondervoed en oververmoeid waren.
    Gelukkig dat jullie precies op tijd in Hilversum waren voor de live-uitzending. Wel een spannend begin van het nieuwe seizoen.
    Mazzel en broge, Herman

  9. Paul Verhoeven zegt:

    Sinds augustus 2011 zijn via het Nationaal Archief 27173 Japanse registratiekaarten beschikbaar van de in totaal bijna 47000. Deze registratiekaarten van de krijgsgevangen KNIL en Marine in Nederlands-Indie geven in veel gevallen meer informatie over het lot van de krijgsgevangenen gedurende hun krijgsgevangenschap van 1942 tot en met 1945.
    http://www.gahetna.nl/collectie/index/nt00425
    Ik heb Adriaan Kepel opgezocht en zijn kaart is beschikbaar online:
    http://www.gahetna.nl/collectie/archief/inventaris/gahetnascan/eadid/2.10.50.03/inventarisnr/462/afbeelding/NL-HaNA_2.10.50.03_462_0335s
    De kaart is nog niet vertaald. De kaarten van de overleden KNIL militairen wel, maar de Marine kaarten waren voor augustus 2011 nog niet in deze index opgenomen, omdat ze nog bij het ministerie van defensie berustten.
    Je kunt hulp krijgen bij het vertalen van de kaart via de Stichting Oorlogsgetroffenen in de Oost:
    http://www.s-o-o.nl/index.php/nl/
    Je kunt ook zelf een en ander uit de kaart halen via de bijgeleverde informatie:
    http://www.gahetna.nl/collectie/index/nt00425/gebruik

    Wij merken op Bronbeek dat vooral de vele kamp-stempels interessante informatie opleveren:
    “Camp Branch and Registration Number
    Dit veld geeft de officiële namen van de krijgsgevangenkampen waar de krijgsgevangene verbleef, met daarnaast een nieuw uniek registratienummer dat bij elk kamp werd toegekend aan de krijgsgevangene. U kunt verplaatsingsgeschiedenis van een krijgsgevangene volgen. In de meeste gevallen worden de kampnamen verkort weergegeven in combinatie met stempels, handgeschreven Japans en nummers. In sommige gevallen heeft een persoon meer dan twee kentekens bij een kamp staan vanwege veranderingen in de kamporganisatie of vanwege administratieve redenen. Voor een overzicht van de stempels (van kampen en landen) zie de bijlage Stamp List. Een overzicht met kampnamen, locaties en aanvullende informatie aangaande de krijgsgevangenkampen treft u aan op POW Camps in Japan en POW Camps outside Japan.”

    De “Stamp list”, “POW Camps in Japan” en “POW Camps outside Japan” zijn klikbaar en leiden naar de site van het POW Research Network Japan, dat de vertaling van de kaarten van de overleden KNILlers reeds verzorgde.
    http://www.powresearch.jp/en/archive/camplist/outside_index.html

    Bronbeek en de stichting SOO in samenwerking met het POW Research Network, het Rode Kruis en het Nationaal Archief werken aan het toegankelijk maken van de informatie over alle geinterneerden in Nederlandse, Engelse, Amerikaanse, Australische en Japanse archieven.

  10. Ælle zegt:

    Twaalf reacties op de ‘Retour-Birma-Spoorweg’ mag van mij een dertiende krijgen of liever nog veel meer natuurlijk.
    Omdat twee ooms de B-S hadden overleefd, van wie ik er één kortstondig heb gekend, want hij stierf enkele jaren erna ( na aankomst in Nederland) aan een verschrompelde lever na het eten in gevangenschap van giftige paddenstoelen (zó werd ons verteld) terwijl de andere oom tijdelijk zijn verstand verloor, maar wel oud was geworden, zou ik een gedicht, geschreven door Marlies Liket, willen opdragen aan alle nabestaanden.
    BIRMA – SPOORWEG

    Elke nagel was een leven,
    elke schroef kostte hier bloed
    Mensen hebben zich gegeven,
    hebben jarenlang geboet

    Elke steen kostte pijn en spieren,
    elke stap een levenslicht
    Mensen kronkelend als mieren,
    wanhoop vormde het gezicht

    Elke dag heeft hier geleden,
    elke nacht was er de dood
    Mensen schreeuwend om de vrede,
    maar de aarde kleurde rood…

    Laatstgenoemde oom vertelde mij persoonlijk dat een visioen van zijn Moeder, mijn liefste Grootmoeder, hem had gered. Hij zag haar in de verte staan terwijl ze naar hem, haar jongste zoon, wenkte en zei: “Kom thuis, jongen.”
    Hij lag op sterven en moest het laatste hapje voedsel dat hem door zijn maat gevoerd werd binnenhouden om te overleven.

  11. Ælle zegt:

    Om een indruk te krijgen hoe het er toen uitzag is hier een artistieke afbeelding van een dysenterie ziekenboeg in Thailand, Kanu #1, juni 1943, door Schotse kunstenaar John ( aka Jack) George Mennie.
    http://www.johngmennie.co.uk/pow.html

    http://ww2today.com/21st-december-1942-struggle-to-survive-on-the-railway-of-death

Plaats een reactie