Avondschot

In 2011 verschenen twee belangrijke boeken over de gebeurtenissen die leidden tot de onafhankelijkheid van Indonesië: ´Ogenblikken van genezing´ van Peter Schumacher, en ´Avondschot´ van Joop de Jong. Beide schrijvers werden bereid gevonden voor de Java Post van elkaars boek een recensie te schrijven. Enkele dagen geleden publiceerde de Java Post een recensie van De Jong van ´Ogenblikken van genezing´. Vandaag het oordeel van Schumacher over het werk van De Jong.

´Avondschot. Hoe Nederland zich terugtrok uit zijn Aziatische imperium ´ van Joop de Jong

Gerecenseerd door Peter Schumacher

Omslag van ´Avondschot´

Het is een hele pil, maar verveelt nooit.  Zelden is de diplomatieke strijd tussen Nederland en Indonesië zo gedetailleerd beschreven als Joop de Jong aan de hand van voornamelijk officiële overheidsdocumenten heeft gedaan. Het leeuwendeel van die documenten zijn vorige eeuw verzameld en vastgelegd in de uit twintig kloeke delen bestaande serie Officiële Bescheiden Betreffende de Nederlands-Indonesische Betrekkingen 1945-1950. Het laatste deel verscheen in 1996.  De hele serie is inmiddels gedigitaliseerd en voorzien van een goed zoekprogramma.[i]

In zijn boek Avondschot[ii], een vervolg op zijn eerder als proefschrift verschenen  Diplomatie of Strijd,  probeert de auteur aan te tonen dat er over de diplomatieke strijd tussen beide landen een veel genuanceerder beeld kan worden gedestilleerd, waardoor nieuwe inzichten ontstaan. De vraag die hier beantwoord dient te worden is of De Jong daarin is geslaagd.   Om een precies oordeel over het hele boek van bijna 800 bladzijden te vellen zou een bespreking vergen die tientallen pagina’s beslaat.  Ik wil mij dan ook beperken tot de episode die moet leiden tot een definitieve oplossing van het geschil, waarvan de kern handelt over de voorwaarden voor volledige onafhankelijkheid van Indonesië.  Daarbij is de harde wijze waarop Nederland begin 1949 in de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties is veroordeeld voor de (tweede) militaire actie tegen  de Republiek in Jogjakarta een nadrukkelijke factor. De eis is dat Nederland onmiddellijk zijn troepen uit Republikeins gebied terugtrekt,  de gevangengenomen leiders, zoals Soekarno en Hatta, vrij laat uit ballingschap op Bangka en deze laat terugkeren naar Jogja.  Nederland vindt die eisen onaanvaardbaar en ziet met zeer veel moeite kans om een nieuwe, genuanceerdere resolutie in Veiligheidsraad aanvaard te krijgen. In deze zogeheten Ruling aanvaardt Nederland de terugkeer van de Republikeinse delegatie naar Jogja, maar wel onder bepaalde voorwaarden waartegen de Republiek zich hevig zal verzetten. Aan terugkeer naar Jogja verbindt de VN de voorwaarde dat Indonesië akkoord gaat met een vooroverleg onder auspiciën van de VN-Commissie voor Indonesië (UNCI) . Daar zullen het tijdstip en verdere afspraken worden vastgesteld voor een Ronde Tafel Conferentie, die op zijn beurt weer moet leiden tot een spoedige onafhankelijkheid.  

Dirk Stikker (1897-1979)

De ´wapens´ die Nederlandse diplomaten, zoals minister van Buitenlandse Zaken D.U. Stikker en de diplomaat H. van Roijen daarbij hanteren, waren, zo legt De Jong zeer precies uit, tweeledig: zou Washington zijn been stijf houden dan was de kans groot dat de Nederlandse regering zou moeten aftreden en dan was men nog veel verder van huis. Daarnaast dreigde Den Haag het Atlantisch Pact, dat begin april 1949 zou worden ondertekend en dat Amerika als uiterst belangrijk beschouwde in het kader van de Westerse defensie, voorlopig niet te bekrachtigen. Den Haag wees Washington erop dat bepaald was dat er geen enkel onderscheid zou zijn tussen de leden van het Pact.  Dat gebeurde nu wel, omdat de VS een wapenembargo had afgekondigd tegen Nederland in verband met de militaire actie tegen de Republiek van december 1948. Overigens beschouwde een groot deel van de Tweede Kamer en het Kabinet de Ruling helemaal niet als een diplomatiek succes, maar meer als een nederlaag en een veel te grote concessie aan de Verenigde Staten en vooral aan de Republiek. Ondermeer door deze vaderlandse opstelling waren de problemen nog lang niet opgelost. Het was nu een zaak vooral Washington, dat in de persoon van Merle Cochran als Amerikaans voorzitter van de UNCI in Batavia gewoonlijk vierkant achter de Republiek stond, tot nog meer begrip voor het Nederlandse standpunt te bewegen. Kortom, het State Department moest effectief worden bewerkt. 

Missende schakels

Toen het maar steeds niet lukte om in Washington begrip te verwerven voor het Nederlandse standpunt verzon Stikker een list: hij vroeg zijn Belgische collega, de gezaghebbende Henri Spaak, met hun Amerikaanse collega Dean Acheson te spreken. België was een van de landen die op het punt stonden het Atlantisch Pact te ondertekenen. Spaak moest Acheson er van overtuigen dat Den Haag echt zou blijven dwarsliggen als Washington zijn harde anti-Nederlandse houding in het Indonesië-conflict niet zou wijzigen. Het had lang geduurd, maar eindelijk bleek Acheson doordrongen van de ernst van de situatie. Het leek wel, schrijft De Jong, dat de minister een spoedcursus Indonesië had gekregen. Spaak had, zoals Stikker had gehoopt, de weg vrij gemaakt voor een open gesprek tussen zijn Nederlandse collega en Acheson. Over de inhoud van het voor Nederland klaarblijkelijke gunstige verloop van het gesprek tussen Spaak en Acheson weet De Jong weinig te melden. En over de gevolgen weet de auteur slechts mede te delen dat er hier ´enige schakels ontbreken´. Dat is nogal luchthartig opgemerkt voor een historicus die op allerlei andere punten geen details schuwt. Wat wij nu dus niet weten is of, en zo ja op welke wijze,  Spaak zijn regering in Brussel uitgebreid heeft ingelicht over de belangrijke vriendendienst die hij Stikker verleende. De Jong moet de Belgische rijksarchieven  niet hebben geraadpleegd. Maar misschien is dit niet eens één van de missing links die De Jong bedoelt. Om welke vermoedelijke schakels gaat het dan wel?  De auteur brengt de lezer hier in verwarring en zou er beter aan hebben gedaan de ernst van die missende schakels te verklaren, of die leemten in het geheel niet te noemen, onder het bij historici bekende motto: de lezer hoeft niet te weten wat ik niet weet… 

Dean Acheson (1893-1971)

Begin april 1949 spreekt Stikker twee maal met Acheson, die zich nu veel inschikkelijker toont, niet in de laatste plaats omdat het Charter van het Atlantisch Pact in een,  ook voor Nederland aanvaardbare, gewijzigde vorm, is getekend.
Toch wordt de ommezwaai van Acheson door De Jong onvoldoende verklaard. Een spoedcursus Indonesië is een toch wat magere argumentatie. Er moet achter de schermen van het State Department veel meer aan de gang zijn geweest (missende schakels?).  Wie waren Achesons echte Azië-adviseurs en hoe kwamen die weer aan hun kennis?  Ik stel deze vragen omdat De Jong steeds terugkomt op het grote belang van de gesprekken tussen Stikker en Acheson.  Deze worden door de auteur als doorslaggevend en als een nieuwe historische ontdekking beschouwd.
Het lijkt er op dat De Jong zich niet in deze interne Amerikaanse ontwikkelingen heeft verdiept en zich bijvoorbeeld ook nooit heeft afgevraagd of de nationale Amerikaanse inlichtingendienst NSA wellicht de Nederlandse diplomatieke codeberichten kon lezen en dus precies wist wat Nederlandse diplomaten in hun schild voerden. Zoals de inlichtingenspecialist Cees Wiebes inmiddels heeft aangetoond wist de NSA inderdaad alles over het Nederlandse diplomatieke berichtenverkeer. Maar Nederland had ook een mol in de NSA, in de persoon van Joseph ‘Piet’ Petersen. Deze in 1953 ontmaskerde spion gaf aan de Nederlandse Marine Inlichtingendienst (MARID) Amerikaanse gegevens en codesleutels door die voor Den Haag zowel diplomatiek als economisch van groot belang waren. Daarnaast bediende hij uiteraard zijn superieuren in Washington met gedecodeerde Nederlandse berichten. Kortom, Amerika en Nederland bezaten belangrijke inlichtingen over elkaars diplomatieke voornemens, waar slechts enkelen van wisten. Veel over de kwestie-Peterson is nog steeds ‘zeer geheim’ en de archieven blijven, ook na 60 jaar, hermetisch gesloten.[iii] Om die reden kan hooguit een vermoeden bestaan dat de gevolgen van dit lek in de NSA van invloed is geweest op die plotseling veel betere Amerikaanse verstandhouding inzake Nederlands houding ten aanzien van Indonesië.  Gecombineerd met de onverklaarbare missende schakels in De Jongs verhaal had dit feit niet ongenoemd mogen blijven.

Nu Indonesië zich bereid heeft verklaard om deel te nemen aan een gemeenschappelijk overleg die moet leiden naar een Ronde Tafel Conferentie, is Stikker bereid een speciale diplomaat naar Jakarta te sturen. Dat is Herman van Roijen. Na een korte consultatie in Den Haag arriveert hij op 12 april 1949 in Batavia. Zijn tegenspeler is Mohamad Roem. Van Roijen wacht een zeer moeilijke taak. Niet alleen ten aanzien van de Indonesische eisen, maar ook moet hij rekening houden met de wensen van politiek Den Haag en met grote onrust binnen de Indische gemeenschap en binnen het KNIL, van generaal Spoor in het bijzonder. Na ruim een maand van onderhandelingen komt een er een akkoord, meer bekend onder de naam ´Van Roijen-Roem overeenkomst´.
Niet alleen heeft Nederland nu toegestemd met de terugkeer van Soekarno en zijn kabinet naar Jogja en met de terugtrekking van de Nederlandse troepen uit die stad, maar ook met een spoedige wapenstilstand. Aan Indonesische kant wordt het spel ook hard gespeeld, niet in de laatste plaats omdat ook Jogja bij iedere millimeter die het toegeeft de top van het nationale leger TNI op zijn weg vindt. Vooral generaal Simatupang lijkt aanvankelijk nauwelijks bereid tot concessies, maar ontpopt zich uiteindelijk ook als een intelligente reaalpoliticus.

Thriller

Mohamad Roem (1908-1983)

De Jong beschrijft de buitengewoon moeilijke diplomatieke en militaire schermutselingen op een wijze zoals ik die nog niet eerder heb gelezen. De radeloosheid, maar ook het geduld en het groeiende respect tussen Van Roijen en Indonesië’s minister van Buitenlandse Zaken, Mohamad Roem, is bijna een thriller, ondanks dat de lezer en de auteur al weten hoe het gaat aflopen. 
Dat heeft ook zijn nadelen. De Jong neemt m.i. te vaak aan dat de hoofdrolspelers een vooraf uitgestippelde strategie volgen, terwijl hij tegelijk toegeeft dat, naast slim diplomatiek manoeuvreren, ook toevalligheden een rol hebben gespeeld.  Hoe goed De Jong zich ook heeft gedocumenteerd, zijn reconstructie was nog beter geslaagd geweest als hij ook de tijd had genomen eens flink te duiken in het Indonesische staatsarchief Arsip Nasional. Ik had graag gelezen hoe minister Roem en zijn delegatie hun rumoerige achterban in bedwang hebben weten te houden. Vermoedelijk op de zelfde manier als de Nederlandse delegatie dat deed: Den Haag regelmatig voor een fait accompli zetten  met de dreigende boodschap: als de boel hier nu vast loopt zijn we nog veel verder van huis.

Het einde van de moeizame onderhandelingen vormt nog een spannend slot: zal er in Tweede en Eerste Kamer de noodzakelijke tweederde meerderheid worden gehaald om de Akkoorden die zijn behaald op de RTC goed te keuren? Het betreft immers een grondwetswijziging. In de Tweede Kamer komt het nog tot een 2/3 meerderheid van drie zetels, maar in de Senaat is de tegenstand groter en lukt het maar nét, als blijkt dat het draait om de driekoppige VVD-fractie. Stemt die tegen, wat de liberalen graag hadden willen doen, dan gaat de overdracht van de soevereiniteit voorlopig niet door, met alle gevolgen van dien. Na een spannend debat stemt de VVD-fractie uiteindelijk vóór en is de zaak gered. Over dit senaatsdebat en de stemming vermeldt De Jong niets meer dan dat er in de Eerste Kamer ook een tweederde meerderheid werd gehaald. Een historicus die mijns inziens een groot compliment verdient door kans te zien van deze gecompliceerde geschiedenis een boeiend boek te maken, heeft de plicht om op zijn minst twee alinea’s te wijden aan dit slotdebat, waarmee een weg vol obstakels en cliff hangers werd afgesloten. Maar De Jong vermeldt zelfs de precieze stemverhouding in de Senaat niet. Inconsistent en vreemd.  
Het is verdienstelijk dat De Jong met een aantal nieuwe gezichtspunten komt, maar waarom moeten al die collega-historici zo nadrukkelijk op hun ´tekortkomingen´ en gebrek aan inzicht worden gewezen? Ergerlijk.

Ten slotte: Het is doodzonde dat dit boek vanwege zijn omvang, zijn voor niet-historici te grote gedetailleerdheid en zijn prijs, veel mensen niet zal bereiken. Het is daarom te hopen dat er spoedig een populaire versie van hooguit 250 bladzijden van zal verschijnen met bijgesloten CD waarop een e-boekversie van dit indrukwekkende werk.
Ja en dan moet De Jong natuurlijk op dezelfde wijze aan de gang met de periode 1950 tot 1962. De officiële bescheiden over die jaren zijn digitaal te raadplegen. Misschien ziet De Jong kans de omstreden reputatie van wijlen minister van Buitenland Zaken Joseph Luns in de Nieuw-Guinea kwestie wat op te poetsen, of blijkt Soekarno minstens zo integer als president Kennedy en zijn broer Robert. Een uitdaging.

 

[i]  http://www.historici.nl/retroboeken/nib/
[ii] De auteur verklaart de titel van zijn boek als volgt:
´In het oude Indië werd bij het ondergaan van de zon een kanonschot afgevuurd. “Avondschot” symboliseert de schemering die viel over imperium in Azië. Het morgenschot zou nooit meer klinken.´
[iii] Cees Wiebes, Operation ´Piet´: The Joseph Sidney Petersen Jr. Spy Case, a Duch ´Mole´ inside the National Security Agency in het Brits kwartaalblad Intelligence and Security, augustus 2008.

______________________

Joop de Jong

Dr. J.J.P. de Jong (1941) werkte als hoofd van het Bureau Indonesië en als Aziëdeskundige bij het ministerie van Buitenlandse Zaken. Hij publiceerde verschillende historische artikelen en boeken over Azië, waaronder Diplomatie of strijd. Het Nederlands beleid tegenover de Indonesische Revolutie 1945-1947 en De waaier van het fortuin. De Nederlanders in Azië en de Indonesische archipel 1595-1950.
Avondschot werd uitgegeven bij Uitgeverij Boom, Amsterdam, 2011.
ISBN: 9789461052704.

P. Schumacher (1933) werd geboren in Sanga Sanga Dalem (Oost-Borneo) in het toenmalige Nederlands-Indië. Hij verbleef tijdens de Japanse bezetting in verschillende interneringskampen op Java. Eind december 1949 vertrok hij met zijn ouders en zussen naar Nederland.
Na een loopbaan als fotograaf verlegde hij zijn werk naar de journalistiek. Van 1975 tot 1993 werkte hij als redacteur/verslaggever voor NRC Handelsblad. Tussen 1982 en 1988 verschenen er vier drukken van zijn boek De Minderheden. Na zijn vervroegde uittreding in 1993 schreef hij nog een aantal gespecialiseerde boeken en tijdschriftartikelen, voornamelijk over Indonesië, dekolonisatie en WO II.
Een eerdere versie van Ogenblikken van genezing verscheen in 1996.
Ogenblikken van genezing werd uitgegeven bij Uitgeverij Van Gennep, Amsterdam, 2011. ISBN 9789461640420.

Dit bericht werd geplaatst in 8. Recensies en getagged met , , , , , , , , , , , , , , , , . Maak dit favoriet permalink.

4 reacties op Avondschot

  1. Jan A. Somers zegt:

    Het nieuwe boek van J.J.P. de Jong, Avondschot, heb ik nog niet gelezen. Zijn vorige boek (dissertatie), Diplomatie of strijd, dat de periode 1945-1947 behandelde, was heel gedetailleerd en leek mij zeer betrouwbaar. Bovendien vond ik het goed leesbaar, al moet je bij dit soort studies zorgen goed bij de les te blijven. Met een goed gekozen titel, perdjuangan atau diplomasi!
    Bij ‘geschiedenis’ krijg je een upgrade met ‘de kennis van nu’, die je in je ervaring van toen niet tot je beschikking had. Niemand van ons, de ervaringsdeskundigen van toen, hebben de oorlog/bersiap in zijn volledigheid beleefd. Ieder van ons zat gevangen in zijn eigen kleine oorlog (titel van Louis Paul Boon). De genoemde studie laat je een hele boel zaken begrijpen, het systeem van de chaos waar je slechts een kleine speler in was met overleven als enig doel.
    De oude mensen uit Indië wordt verweten zwijgzaam te zijn geweest over hun belevenissen. Ik kan dat wel begrijpen. In Nederland wordt veelal zwart/wit gedacht over ons koloniale verleden. De wrede koloniale uitbuiters tegenover de zielige ‘inlanders’, de bad guys en de good guys. De slachtoffers van Rawah Gedeh zijn echt, de bersiapslachtoffers (Nederlanders, Indonesiërs, Japanners, Chinezen, enz.) zijn gone with the wind. Indonesië heeft op 10 november zijn heldendag. De slachtoffers van de bersiap mogen op 15 augustus niet meedoen. Die hebben pech gehad, die waren op het verkeerde moment op de verkeerde plek. Soedah, laat maar … .
    De nieuwe studies leren ons veel over wat er werkelijk aan de hand was. Ik ben er veel rijker van geworden. Completer, dat is een beter woord. Ik denk dat het zwijgen blijft, het is te laat, niemand heeft er interesse voor. Totdat een graai-advocaat de bersiapslachtoffers ontdekt als een bron van inkomsten. Ik zou mij doodschamen, dan liever zwijgen. Met af en toe een zucht in de Java Post of Indisch4ever.

  2. ing.R.L.Mertens zegt:

    Ik heb Avondschot nog niet gelezen.Wacht tot het bij de Slegte/rommelmarkt te koop is, zoals zijn “Diplomatie of strijd”, die ik op rommelmarkt voor € 1,- heb aangeschaft. Wel heb ik diverse kranten/ Historisch tijdschrift recencies en zijn Summary gelezen. Nogal negatief m.u..v. het Parool: “Nederland deed het zo gek nog niet”. Al vanaf de Indonesische proclamatie in 1945 was de strijdkreet: “merdeka 100%, sekarang tetap!”. Het was Nederland dat in februari 1949 !! – zijn beleid van geleidelijke dekolonisatie (alsof het de Indonesische wens was) liet vallen en koos voor onmiddellijke overdracht, aldus De Jong na bestudering van (alleen) Nederlandse ambtelijke documenten. Welnu, na inname van Jogja (ingezet op kerstnacht 1948 – VN met kerstreces!) gelaste de VN dat de Indonesische regering in ere moest worden hersteld. De door Nederland gestichte deelstaten schaarden zich tot ontzetting van Nederland achter het VN-besluit en het drama was kompleet. De hoofdspelers: Beel haakte af, en generaal Spoor kreeg hartklachten en stierf. “Genadeschot” is een betere titel voor dit boek. De zo gewenste unie met onze koningin aan het hoofd, conform het Engelse gemenebest model (nog steeds in tact!) verdween na 1 jaar in de bung Karno’s prullebak. Revionistische kijk? De Jong behoort m.i. tot de categorie “witwassers” van ons (pijnlijke) verleden!

    • Jan A. Somers zegt:

      Gelukkig is er wel wat meer gebeurd in de diplomatie en de verhoudingen tussen de onderhandelaars dan Hr. Mertens denkt. Interessant is ook dat ‘bung Karno’s prullebak’ met nog meer verdragen is gevuld. Dat is in Indonesië de uiteindelijke plek gebleken voor meerdere resultaten van Internationaal recht. Jammer genoeg denken nog veel mensen uit Indië dat Indonesië bepaalde verdragen zal nakomen.

      • ing.R.L.Mertens zegt:

        – Het is de Nederlandse diplomatie, die geleid heeft tot dit-fait accompli na de inname van Jogja. Ned. had totaal geen grip meer op het gebeuren en stond in zijn hemd voor het VN forum. Pogingen van Beel met Sukarno/Hatta (hun taken zijn overgedragen aan de regering in ballingschap) tot een vergelijk te komen werden beantwoord met, verwijzing dat dan eerst conform VN resolutie, het gezag in Jogja in ere moest worden hersteld. (Indon.diplomatie!) En het geschiede: een triomferende Sukarno met parade in Jogja, na het vertrek van de Ned.troepen. Dat Nederland, zoals De Jong beweert, in 1949 koos voor directe overdracht (alsof het een geniale ingeving was), het kon niet anders! De Jong basseert zijn visie op Nederlandse documenten, die indertijd door Nederlandse bewindslieden/ambtenaren (zoals hij zelf) met een Nederlandse bril, de feiten “objectief” hebben vastgelegd. Van een historicus mag toch wel verwacht worden dat hij ook bv. de Indon./USA/Eng/Aus. archieven raadpleegt. — In bung Karno’s prullebak zit ook een Rondetafel artikel dat, “alle lusten en lasten van Ned.Indië overgaan naar de Indon. overheid” o.a. de salarissen van Indische ambtenaren/KNIL etc.uit de Japanse periode. Het zijn juist de mensen/regering uit Holland!(niet uit Indië) die nog steeds (tot op heden) verwachten dat de Indon.regering voor uitbetaling aan Ned!!!.krijgsgevangenen zorg draagt..

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s