De vorige trein

Gebruik van het woord ‘bersiap’ staat ter discussie. Bert Immerzeel graaft in zijn geheugen, en komt uit in…. Utrecht.

Utrecht Centraal

Door Bert Immerzeel

Jaren geleden reisde ik met de trein via Utrecht Centraal. Het was een doordeweekse, wat druilerige dag en er waren vertragingen. Toen ik met de roltrap afdaalde naar het spoor, zag ik al hoe laat het was. Er stond weliswaar een trein te wachten, maar naar het leek niet op mij. De deuren stonden open, maar er kon eigenlijk niemand meer bij. Alle sta- en zitplaatsen waren vol, en de balkons puilden uit van de passagiers. Met wat duwwerk en veel verontschuldigingen wurmde ik me toch naar binnen.

Daar stonden we dan allen te wachten op, ja, wat? De officiële tijden klopten sowieso niet, dus we mochten slechts hopen op een spoedig vertrek. Gesproken werd er nauwelijks. De meeste passagiers zaten op hun telefoon te kijken of staarden peinzend naar het plafond of naar hun voeten. Iedere minuut kwam wel weer een nieuwe passagier bijna rennend van de roltrap om te moeten merken dat al die haast voor niets was.

En ja, hoor! Daar kwam er weer een: een jonge vent die toch zo brutaal was dat hij zich naar binnen moest dringen. Een bijna onmogelijke opgave, maar het zou hem lukken. Toen hij binnen was, leek hij zich te bedenken: ‘Is dit de vorige trein?’, vroeg hij aan de wachtenden om hen heen. Een stilte was het antwoord.

‘De vorige trein?’ Wat is dat? De volgende trein was het vrijwel zeker, maar de vorige?

Vijf minuten later vertrokken we dan eindelijk. De hele reis, die voor mij een half uur duurde, bleef ik kauwen op die ene vraag: wat is de vorige, en wat de volgende? En zag die vraag in verband met alles wat ik op dat moment belangrijk vond, maar vooral met mijn eigen leven. En kwam er niet goed uit.

Inmiddels schrijven we 2022, een jaar waarin de geschiedenis van Indië/Indonesië ruime aandacht zal krijgen. In februari worden de eerste resultaten openbaar gemaakt van het nationaal onderzoek naar de periode 1945-1950, en opent het Rijksmuseum de deuren voor de tentoonstelling ‘Revolusi’. Als voorafje bij deze laatste gebeurtenis werd in de media al druk gediscussieerd over de vraag of het woord ‘bersiap’ mag worden gebruikt. Gastcurator Bonnie Triyana vindt van niet: het begrip zou etnocentrisch zijn, en racistisch. Verder zou de aandacht voor de Indo- en Chinese slachtoffers het zicht ontnemen op het feit dat er ook Indonesische slachtoffers waren.     

Ik heb moeite met zijn redenering. Taal is altijd in beweging. Nieuwe woorden worden gelukkig niet gelegd langs de meetlat van het politiek correcte, al was het alleen al omdat hun betekenis later weer kan veranderen. In dit geval: ‘bersiap’ is een Indonesisch woord, gebruikt door de nationalisten vóór de oorlog. ‘Bereid je voor op de onafhankelijkheid’, leek het te willen zeggen. Nog geen tien jaar later schalde het ‘bersiap’ door de straten en werd het door de slachtoffers geassocieerd met moord- en lynchpartijen. De Indonesiërs kennen het woord niet, zegt Triyana nu. Kan zijn, maar bewust of onbewust hebben ze het dan vergeten.

En, zegt Triyana, door de nadruk te leggen op het slachtofferschap in 1945-1946 wordt voorbijgegaan aan het feit dat de Europeanen zich in vooroorlogse jaren deel schuldig maakten aan racisme. Misschien, maar de Europeanen bevonden zich in 1945-1946 in de rol van slachtoffer. Het woord ‘bersiap’ wordt echter slechts gebruikt voor die periode. Er is geen misverstand op dit punt. Als we het over de bersiap hebben, dan weet iedereen waarover we spreken. Als we zouden kunnen kiezen zouden we, beter dan in het Nederlands het begrip ‘bersiap’ te verwijderen, het weer kunnen toevoegen aan het Indonesisch. Lijkt me leerzamer.

Triyana wil wél het begrip bersiap verwijderen uit een Nederlandse tentoonstelling, maar komt, anders dan ‘geweldsuitingen’, niet met een goed alternatief. Als bersiap en bersiapperiode niet meer mogen, wat dan wél?

De Britse periode? Niet goed bruikbaar, want Indië viel officieel onder Geallieerd gezag, en da´s niet hetzelfde. Plus, in grote delen van de archipel hadden de Indonesiërs het gezag al in handen.Verwarrend.

Merdeka periode? En misschien meteen maar er achteraan rampok(an)periode en bamboe roentjingperiode? Bij ‘merdeka’ wordt misbruik gemaakt van het mooie begrip dat het vrijheidsstreven van de Indonesiërs zo treffend uitdrukt. ‘Rampok’ en ‘bamboe roentjing’ leggen nog meer de nadruk op de Indonesiërs als daders. Het zijn woorden die de Indonesiërs misschien beter kennen, maar verder geen oplossing bieden voor de bezwaren van Triyana.

Vóór het zover komt dat ‘bersiap’ hetzelfde lot ondergaat als ‘slaaf’ en ‘blanke’, kunnen we het voorlopig beter bij het oude laten en ons geen misverstanden laten aanpraten.    

Inmiddels zijn 75 jaar verstreken. De vorige trein rijdt niet meer.

 

 

Dit bericht werd geplaatst in 9. Java Post. Bookmark de permalink .

35 reacties op De vorige trein

  1. Een mooie, afgewogen tekst Bert. Laten we eerst de komende tentoonstelling maar eens afwachten. En over die vorige trein gesproken, die reed langs inmiddels gepasseerde stations.

  2. Ziska Kountul-Loth zegt:

    Ach in Indonesia zaten ze op het dak vaak met koopbaar.

    Verstuurd vanaf mijn iPhone

    • RLMertens zegt:

      @Ziska Kountul-Loth; ‘zaten ze op het dak etc.’- In de jr.’20/’30 waren de treinen in Indië ingedeeld in 1e., 2e. en 3e,klas. Voor Inlanders was er zelfs een aparte 3e.klas!

  3. kalemol zegt:

    Tegenstanders van het hanteren van de term Bersiap zeggen dat Bersiap ‘niet iets IS’, maar dat het hier primair om een Nederlandse term handelt, en wel één die is ontstaan in de koloniale tijd en het doel had ‘vooral het lot van de ‘eigen’ gemeenschap te belichten.’ (Remco Raben)
    Zij zeggen dat weliswaar de (Indisch-)Nederlandse gemeenschap zwaar is getroffen door het moorddadige geweld van Indonesische zijde. Maar het zou een historisch goed verdedigbare keuze zijn om aan dit anti-Nederlandse geweld wel aandacht te schenken ‘maar de TERM Bersiap niet te gebruiken, omdat die het zicht op de bredere geweldsdynamiek ontneemt en daarmee de geschiedenis geweld aandoet.’
    Naar verluidt werd zo rond september, oktober 1945 ‘Bersiap’ geroepen als een Nederlander, totok of indo, langs een stadskampong liep. Jongetjes die om deze reden op wacht stonden riepen dit om de grote jongens te waarschuwen. Vervolgens stormden die knapen, gewapend met bamboe roentjings en goloks op de nietsvermoedende slachtoffers af. Vrouwen werden standaard eerst verkracht en vervolgens getjintjangd. In mijn recent uitgegeven ‘Sluipschutters in de tuin’ (Walburgpers) beschrijf ik wat ik op het Nationaal Archief ben tegengekomen over de Bersiap-tijd.
    De vroege Bersiap lijkt gekenmerkt door spontaan geweld. Iemand slaat met een bamboe stok tegen een brugpijler, jongens stromen toe en vervolgens trekt men op naar een wijk waar Belanda’s wonen. Maar al snel probeert het Indonesische leger vat te krijgen op het volksgeweld, de rol van de Slag om Soerabaja en de machteloosheid van Soekarno en de zijnen mag hierin niet ongenoemd blijven.
    Uit twee documenten blijkt de mate van georganiseerdheid van de Bersiap. Document A is een proces verbaal van een deelnemer aan dit geweld. Hij spreekt over het uitroepen van die ‘siap’ door de dorpsoudste. Ging je niet mee dan was je een mata mata moesoe en werd je geliquideerd. Hij vertelt dat de deelnemers namen en adressen kregen van de slachtoffers. Die lijst had de loerah op zijn beurt gekregen van de markas (het hoofdkwartier).
    Document B is afkomstig van een legeronderdeel. Daarin wordt uit de doeken gedaan wat de dorpelingen moeten doen wanneer de ‘siap’ wordt uitgeroepen. Interessant is ook dat het leger de dorpelingen oproept ‘rampokkers’ te melden en aan te geven. Het leger zal dan korte metten met ze maken. Rampokkers als in criminele bendes. Ergo van spontaan anti-Nederlands ontwikkelt de Bersiap zich naar een georganiseerde terreur gericht tegen Nederlanders.
    Dat de volkswoede zich ook richtte op Ambonezen, Menadonezen, Mardijkers en bovenal Chinezen was en is bij alle Indische Nederlanders bekend. Ook leden van deze groepen werden tijdens de Bersiap periode verkracht, gemarteld en vermoord. Niemand die daar ooit over heeft gezwegen of dit heeft ontkend. Maar de slogans: ‘belanda boesoek’, ‘boenoeh belanda’ of haatkreten specifiek gericht tegen indo’s verwijzen toch echt naar een Nederlands etnische component tijdens de Bersiap.
    Dat er tijdens de Bersiap-periode, maar zonder die kreet te gebruiken, ook werd gemoord door communisten, republikeinen, lokaal nationalisten en jihadisten onderling staat buiten kijf. Voor dat geweld wordt in Indonesië de term ‘berdaulat’ gebruikt meen ik. Voor de vervolging van de mata mata moesoe bestaat volgens mij geen aparte term.
    Bersiap is dus een term die verwijst naar anti-Nederlands geweld, zowel spontaan als georganiseerd. Bij dat anti-Nederlandse geweld ook begrepen het geweld tegen de herkenbare inheemse KNIL-groepen als de Menadonezen en de Ambonezen. Met de Bersiap beoogden de Indonesische extremisten niet anders dan een etnisch koloniale reiniging. Eén die zijn finale bereikte in het uitzetten van de warga negara’s, de spijtoptanten, in 1962.
    Al met al alle reden om de term Bersiap te blijven gebruiken als aanduiding van de ramp die Nederlanders in Indië is overkomen. Van de circa 300.000 Nederlanders zijn er minimaal 5.500 afgeslacht (Kemperman, Niod): een ramp van ongekende omvang in de Nederlandse geschiedenis. Zij werden, het kan niet nadrukkelijk genoeg gezegd worden, afgeslacht omdat zij Nederlander waren zoals u en ik. En die ramp mag geen naam krijgen omdat in deze periode ook duizenden anderen zijn afgeslacht? Noem het geen Armeense genocide, want er zijn ook Assyrische christenen en Grieken vermoord? I rest my case.

    • R.L. Mertens zegt:

      @kalemol; ‘door spontaan geweld etc.’- Zomaar spontaan geweld zonder oorzaak? Niets ontstaat zomaar!- Ambarawa; na 15/8’45 klonk uit de kampen uitbundig het Wilhelmus met de driekleur fier in de lucht. De kampbewoners bezochten de pasars en er werd ruilhandel gedreven. Na de uitroeping van hun proklamasi 17/8-’45 was het feest. Overal verschenen rood/wit vlaggen. En ieder Indonesiër droeg een rood/wit speldje/versiering. Men groette elkaar met merdeka; tetap/zeker, was dan de reactie. Kampbewoners keken vreemd naar al het gedoe. Men vond de Inlander brutaler geworden. In de grote steden ‘hielpen’ Indische jongens de Jap om die rood/wit vlaggen van gebouwen te verwijderen! Wat natuurlijk tot vechtpartijen leidde. Toen in Soerabaja het vlagincident plaats vond 19/9-’45, waarbij de driekleur op het vm.Oranje hotel;( verboden voor honden en inlanders) verscheurd werd tot het rood/wit en dit nieuws overal in Indië via de radio bekend werd, veranderde de situatie. De kreet werd bersiap en naarmate de tijd verstreek siaaaap, boenoeh belanda/dood aan de Hollander. Waarbij er op lantaren palen en alles wat metaal werd geslagen/geroffeld en daardoor een sinistere klimaat ontstond. Er was een voedselboycot afgekondigd,( achteraf; doordat uit het gesprek va.Plas – moh.Hatta 4/10’45; geen merdeka de uitkomst was) en de meute werd fanatieker. Wij, vrouwen, kinderen, oudjes; zonder vaders (!) buiten de beschermde(!)kampen werden het 1e (!)doelwit van hun agitatie. Dagen lang hebben we; 3 gezinnen, zonder voedsel etc, in ons geblindeerde woning verstopt! Dankzij een uitval van de Britten/Japanners werden we ontzet. – Van Mook wist, door info van de Britten, dat wij buiten die kampen in gevaar waren. En dan toch provocerend; niet praten met de Republiek, een Japans maaksel, Soekarno een collaborateur etc. etc.- Wij, buiten de beschermde kampen werden geslachtofferd door het beleid; herbezetting van Indië. Een vergelijk, zoals ook door de Britten steeds werd geadviseerd had duizenden onschuldigen het leven gered!

      • Pierre de la Croix zegt:

        R.L. Mertens zegt 26 januari 2022 om 9:36 pm: “Zomaar spontaan geweld zonder oorzaak? Niets ontstaat zomaar!”

        Niets, maar dan ook niets rechtvaardigt het lafhartige excessieve geweld van de moordenaars en rampokkers die in de bersiap te keer gingen op weerloze burgers! Ik hoor en lees dat wat zij deden zelfs “genocide” genoemd zou mogen worden.

        Wanneer dan de heer ing. R.L. Mertens hun daden toch keer op keer meent te moeten rechtvaardigen en vergoelijken met de suggestie dat de bersiapslachtoffers het er zelf naar hebben gemaakt in de vooroorlogse koloniale tijd (“niets ontstaat zo maar”), dan zal hij zeker ook vierkant achter de acties van de kapitein Raymond Paul Pierre Westerling op Celebes staan en achter alle andere acties van het Nederlandse leger die in kwaad daglicht zijn komen te staan, onder meer die bij Rawa Gedeh. Want ook daar was immers sprake van reactie op actie en dus van eigen schuld dikke bult. Hadden die Indonesiërs maar geen guerilla moeten beginnen.

      • R.L. Mertens zegt:

        @PierredelaCroix;’ tekeer ging tegen weerloze burgers etc.’- Dus, door de oorzaak aan te tonen waardoor: dat brute optreden; rechtvaardig(!) ik die moordpartijen die nb. tegen mijzelf en familie zijn bedreven? Over krom redeneren gesproken. – Exact ook wat ons Nederland’s beleid in die tijd was; geen merdeka, provoceren en als dan de ellende uitbreekt de ‘vermoorde onschuld uithangen’ om het ganse volk op te roepen, zich te melden als oorlogsvrijwilliger(!), Om ‘rust en orde’ te brengen in die ontzaglijke chaos. Om die arme inlanders te behoeden/bevrijden voor/van enkele onruststokers, oproerkraaiers; Soekarno, Hatta ea’ – *Nog even de 2020 tv.doc ; onze jongens in Indië van Coen Verbaak bekeken; tachtigers die indertijd bij terugkomst 1950 uitgemaakt werden voor moordenaars etc.! Ze konden hun verhaal over hun ervaringen daarna niet meer kwijt; niet bij hun familie; want die begrepen het toch niet. Zelfs hun kinderen niet. Op de vraag; hoe zij zelf erop terugkijken? Na minuten lang stilte; met in het tv.beeld ; een begraafplaats met allemaal witte kruizen; ‘alles was voor niets….!’
        note; – Rawah Gedeh in dec.1947 door KL eenheden; op zoek naar één(!) terrorist; ene Lucas. Lucas onvindbaar, daarna 150 dorpelingen, vermoord. De majoor, die de actie uitvoerde werd niet vervolgd. De VN/Goede diensten werd ingeschakeld en deed onderzoek!
        – Z-Celebes; febr.- maart 1946; Westerling; ‘gezonde nationalisten (!) gaan vrijuit!’ Hij richt zich op de bandieten/terroristen. De dessa bevolking wordt bijeengeroepen; de mannen vanaf ca.15 jr. eruit gekozen. Vervolgens door hem bepaalt, soms op aanwijzing van de dorpsgenoten, wie bandiet/terrorist is. En vervolgens met een welgemikt pistoolschot door hemzelf tussen de ogen geschoten: standrecht! Op 22/2-’46 na felle protesten van de te op te richten Federale Staten grijpt gen.Spoor in en Westerling wordt van zijn opdracht ontheven. Opvallend is het, dat zijn naam in de Excessen Nota 1969 niet(!) wordt genoemd!

      • Pierre de la Croix zegt:

        Ach meneer Mertens, wat kunt u toch weer lekker draaien wanneer u zich via uw eigen uitspraken in het nauw gedreven voelt en hoeveel woorden hebt u niet nodig om uw gezicht te redden. Ik laat het hier maar bij.

      • R.L. Mertens zegt:

        @PierredelaCroix; ‘in het nauw gedreven etc.’- Oh ja? Erkennen wat werkelijk is gebeurd is voor u/hen die ‘koloniaal denken’; moeilijke kost.. Waarheidsvinding door; oorzaak en gevolg, met het debacle als slot; niet te pruimen. Vandaar die moordpartijen op te schalen; het als genocide= volkeren moord te bestempelen! Om zo de ware schuldige van dit drama als van ouds te verdoezelen/toetoepen

      • kalemol zegt:

        “Een vergelijk, zoals ook door de Britten steeds werd geadviseerd had duizenden onschuldigen het leven gered!’ Dat is om velerlei redenen de vraag. Ten eerste is het de vraag of Soekarno bereid was tot enig vergelijk met de Belanda’s te komen. Hij zei: waarom praten? Sekarang Merdeka, tetap Merdeka! Daarnaast, gesteld dat hij had willen praten, hoe zou zijn achterban hierop reageren? Lees JJPdeJong, Het leger wilde van geen compromissen weten. Tegenover diplomasi stond perjuangan. Er was geen middle ground. Bovendien hadden de Nederlanders geen idee of Soekarno nou wel of geen massabeweging achter zich had. Hij kon iig het bloedbad van Soerabaja niet voorkomen.

      • R.L. Mertens zegt:

        @#Kalemol; ‘een vergelijk etc.’- Was zeker mogelijk in die beginfase sept/’45! Bij instemming van het door ons ondertekende Atlantisch Handvest aug.1941; akkoord met het zelfbeschikkingsrecht= merdeka! Dan was bersiap nimmer ontstaan! En met een overgangsperiode/tijd van bv. 1-2 jaar. Dan hadden we nog zeker meer profijt(uiteraard in samenspraak met de Republiek) van onze bezittingen; ondernemingen, bedrijven, fabrieken, raffinaderijen etc Dit hebben Britten voor ogen gehad, zoals zij het met India hebben bereikt!- Ik ben zelf in India geweest en heb met hen uiteraard over Indië gehad; the stupid Dutch! – Maar wij waren te hebberig! We dachten die peloppors met geweld, zoals het daarvoor eeuwen gebeurde, te kunnen liquideren. Hoogmoed komt voor de val!
        – Lees JdeKadt; De Indonesische Tragedie; hij heeft daar ’38-’49 alles meegemaakt; ‘Wat ons overblijft, dat is het beseffen wat we gemist en verknoeid hebben! De schaamte over zoveel bekrompenheid, onbekwaamheid en zelfgenoegzaamheid! @ JJPdeJong= een rijksambtenaar, die alle rijks propaganda als zijn bron gebruikt om zgn de Indonesische kwestie te belichten! @ leger wilde geen compromis; dat is 1947(!) de door Nederland aangeklede Linggadjatti; Nederland in overgangsfase soeverein(!) en eiste dat de TNI opgeheven moest worden om over te gaan tot een RIS leger. Nb. de TNI ruggengraat van de Revolusi! En daarbij dus nog onder(!) commando van gen.Spoor! Wat een aanmatiging; en natuurlijk was de TNI daarop tegen. Nederland saboteerde die hele overeenkomst om, de troepen waren op sterkte, tot actie over te gaan. Om pesthaard Djokja te vernietigen. En dat nb. in weerwil, wat de overeenkomst art.17 bepaalde; ‘elk geschil voor te leggen aan het Internationale Hof van Justitie’. * -Als tiener in Soerabaja ’45-’49, lazen we ook De Wapenbroeders= een leger voorlichtingsblad vol met Neerland’s bravoure; Mannen van de daad etc. En werd een debacle!

  4. edewaal zegt:

    De verhalen over wat er gebeurde na de capitulatie van Japan ken ik slechts vanuit de familie. Tegelijkertijd wilde men er eigenlijk niet over praten. Dankzij bovenstaande berichten kan ik wat beter beschermd de tentoonstelling gaan bekijken. Dank!

  5. Pierre de la Croix zegt:

    Buitenzorg over de uitspraken van gastcurator Bonnie Triyana: “Ik heb moeite met zijn redenering. Taal is altijd in beweging. Nieuwe woorden worden gelukkig niet gelegd langs de meetlat van het politiek correcte, al was het alleen al omdat hun betekenis later weer kan veranderen”.

    Ik verwijs niet graag naar eigen werk, maar in dit verband verstout ik mij dat toch te doen en refereren aan mijn posting van 24 januari 2022 om 12:16 pm, onder het thema “Bersiap negeren ….”, waarin ik aandacht vroeg voor het artikel “Propaganda bij wijze van geschiedschrijving” van schrijver en historicus Ian Buruma”.

    Reacties daarop zouden mij zeer plezieren.

    Verder ben ik het eens met de beeldspraak van Buitenzorg over “De vorige trein” die werd gemist. De Britten zouden zeggen: “All water under the bridge”.

    Wel zou ik het toejuichen wanneer er eindelijk in Nederland, liefst in Den Haag (want de meest Indische stad van Nederland en weduwe van Indië), bij het Indisch Monument (plaats genoeg), een waardig, stijlvol monument komt ter nagedachtenis aan die duizenden bersiapslachtoffers, blauw, rood, groen, geel van kleur, maar allemaal mensen en Nederlands onderdaan, op Nederlands grondgebied wreed gemarteld, vermoord en beroofd. Waarom kan binnen de kortste keren wel een prachtig monument voor de MH 17 slachtoffers (max 300?) verrijzen en 76 jaar na dato nog niets, nada, nothing, tidak apa-apa voor de vele duizenden onschuldigen die als bersiapslachtoffer het leven lieten?

  6. Hoflien zegt:

    Inspirerend verwoord Bert. Het roept veel op, dus is het nodig.

    Eens hoorde ik een gebroken stem van 81 jaar mij plotseling vertellen dat hij nog maar een jongen was van 15 jaar toen hij net uit het Jappen kamp kwam waarin zijn vader in zijn arme aan de ontberingen en straffen was bezweken. Het is september 1945 als hij in de trein stapt op weg naar zijn moeder en twee zusjes in Bandung. Tegenover hem een Indische dame die hij groet. Hij kent de taal en weet zijn weg te vinden, hij is immers geboren in Indië. Zijn moeder en zusjes, zelf net de vrouwenkampen overleefd, wisten dat vader niet terug zou komen en dachten dat ook zijn zoon het niet had overleefd. Maar de knul stapt vol van leven in de trein. Een trein die vol was met passagiers en met een schok, midden in de sawah, tot stilstand kwam. Rumoer en verbaasde gezichten was wat de jongen in zijn directe omgeving waarnam. Maar het plotselinge gegil deed hem langs het gangpad kijken. In de ander wagon leek een gevecht. Duwen en trekken, deuren die open gingen en toen een vreselijk gegil. Toen de jongen, nieuwsgierig als een jongen kan zijn, zijn hoofd uit het raampje stak om te kunnen zien wat daar toch allemaal gebeurde waren het de afgehakte hoofden van blanke mensen die uit de trein werden gesmeten met hun levenloze lichaam erachter aan. Stralen bloed verkleurde blond haar was de zin waarna de oude stem een zucht liet horen. De jongen, laten we hem Jan noemen, blanker dan blank en met de meest heldere blauwen ogen die mij op het moment aankeken en met vocht vilde. Hij praat door gepaard met wilde handgebaren en zwaaiende armen bewegingen om de paniek uit te beelden…. Het gevecht, zijn gevecht.. in de oorlog tegen de Japanners was er een geweest voor zijn leven. Hij was door die verschrikkelijke jaren heen gekomen de vrijheid tegemoet. Maar daar, in die trein lag zijn lot. Hij zou eindigen ‘aan de klewang van de pemoeda’s’. Zijn zusjes en moeder zou hij nooit meer zien. Hij zou zijn moeder de laatste woorden van zijn vader niet kunnen vertellen. Verslagen zakt hij terug op het bankje van de trien zijn hoofd neergeslagen in wanhoop ,hangend aan zijn schouders, als zijn laatste minuten wegtikken. De oude breekbare stem verteld verder; ‘als het gegil en rumoer dichtbij komt ziet hij tegenover zich de Indische dame. Klein van stuk, met grijzende haren. Haar donkere ogen kijken in de diepe wateren van zijn blauwe ogen die angst, intense angst laten zien. Zij springt op als de mannen komen. Het is de beurt van deze blanke jongen om zijn hoofd te verliezen. Zij schreeuwt met al haar kracht dat dit haar djongos is. ‘Deze is van mij!’ Ze werpt haar lichaam voor de jongen als zij duidelijk maakt dat de jongen door haar is gekocht en haar eigendom is, ‘hij gaat voor mij werken’, roept ze uit. Zo ontglipt de jonge Jan zijn lot. Hij heeft zij leven te danken aan deze fiere Indische dame. Hij zal zijn moeder en zussen weer zien. En daarop een land waarvan wordt gezegd dat dat vanaf dan zijn thuis is. Jan wordt in Nederland zelf vader, opa en overgrootvader. Inmiddels is hij 91 jaar. Toen Jan zijn verhaal aan mij vertelde zei zijn lieve zorgzame vrouw dat hij, dat jongetje, nog altijd in die trein zit en ’s nachts ligt te gillen. Daarop viel Jan bij met een handgebaar van “laat maar zitten” , ‘het is de hele oorlog en die Bersiap bij elkaar, die ik elke nacht tegenkom in die trein. En het station is nog lang niet in zicht.

    • Pierre de la Croix zegt:

      Een aandoenlijk verhaal waarop niets valt af te dingen. Is ook niet mijn bedoeling.

      Ik moet n.a.v. deze geschiedenis wel onwillekeurig denken aan net zulke gevallen, waarbij mannen met macht zich lieten intimideren door vrouwen – maar wellicht zijn er ook voorbeelden waarbij machteloze mannen betrokken waren – en vervolgens niet deden wat ze van plan waren te doen.

      Ik herinner mij een verhaal van Jappo’s, die ergens in een vrouwenkamp jonge meisjes wilden selecteren en wegvoeren voor dienst in hun soldatenbordelen. Hun boze voornemens werden verhinderd door geïnterneerde vrouwen die luidkeels protesteerden en de poort blokkeerden. De Jappo’s zagen af van hun voornemen, terwijl zij toch de macht hadden om hun plannen uit te voeren. Wat was er dan plotseling in hun kepala’s, althans in de kepala van de bevelvoerende Jappo, omgegaan? Een gedachte aan vrouw en dochters thuis misschien, of het beeld van een verloren oorlog en berechting door de overwinnaars op het netvlies? Wellicht een wonder, een ingreep van Toean Allah himself? Stille kracht?

      Een voorbeeld dichter bij huis: Wij, mijn (“inlandse”) grootmoeder, moeder, tante, oudere zus en ik (Pa deed iets aan een spoorweg voor de Jappo’s in Birma/Siam) waren zogenaamde buitenkampers. Op een dag kregen we huiszoeking. De Jappo’s waren altijd op zoek naar wapens, radio’s en andere verboden zaken. Een paar Javaanse politiemannen onder leiding van een Japanner, over de vloer. Ze maakten bij het doorzoeken van het huis nogal wat lawaai en mijn grootmoeder, als altijd gekleed in haar sarong en kabaja, zei dat ze het kalmer aan moesten doen, want “de sinjo” – ik, 3 jaar oud, haar anak mas – sliep. Volgens de overlevering moet de Japanner bedremmeld hebben gekeken, zijn excuses hebben aangeboden en zijn mannen de aftocht had bevolen. Mijn moeder en tante verstijfd van schrik door het optreden van hun moeder. Er hadden op zijn minst harde klappen kunnen vallen.

      Terug naar het verhaal van die dappere Indische dame die het blonde totok joch in bescherming dorst te nemen en kordaat optrad. Met respect, maar lieten die dappere Pemoeda’s haar en haar beschermeling ongemoeid omdat zij schreeuwde dat hij haar eigendom, haar djongos was, of was er toch iets anders dat deze helden tegen hield.

      Zij was een Indische dame, dus van gemengden bloede, Belanda Indo. Dat moet de pemoeda’s niet zijn ontgaan en, zoals algemeen bekend, hadden zij het niet juist op hun neefjes en nichtjes de Indo’s gemunt? Was het dus iets anders wat die moordlustige pemoeda’s tegen hield?

      Just my 2 pennies. No offense meant.

      • hoflien zegt:

        * mijn vergissing…de dame in de trein was een inlandse vrouw.

      • Pierre de la Croix zegt:

        That’s different cook! Verklaart veel.

      • Pierre de la Croix zegt:

        Nochtans verdient die inlandse vrouw alle lof voor haar kordate optreden. Als die pemoeda’s eenmaal mata gelap zijn, dan is er immers geen houden meer aan en sparen ze eigen volk ook niet.

        Een barmhartige Samaritaanse, zo gezegd.

  7. jhdevostnc zegt:

    Aan alle sobats.
    Het verhaal van Pierre de la Croix over een Monument op te richten naast ons Nationaal Monument juich ik zeer toe. Ik heb dit al eerder gesteund. Wel zou ik graag dat Indonesiërs, Chinezen en anderen mede herdacht worden. Wij hadden verschillende klieken onder onze vriendenkring uit deze groep. Het waren allemaal “Ooms en Tantes”. Wanneer komt er een goede tentoonstelling? Ooit gehoord van het Boek van, Martin Bossenbroek, “de Wraak van Diponegoro”. Interessant.
    Groeten Jan de Vos tnc

    • Pierre de la Croix zegt:

      hdevostnc zegt 26 januari 2022 om 8:10 pm: “Aan alle sobats.
      Het verhaal van Pierre de la Croix over een Monument op te richten naast ons Nationaal Monument juich ik zeer toe. Ik heb dit al eerder gesteund. Wel zou ik graag dat Indonesiërs, Chinezen en anderen mede herdacht worden”.

      Dak voor de steunbetuiging heer De Vos. Ik schreef dat het monument dat ik voor ogen heb is “ter nagedachtenis aan die duizenden bersiapslachtoffers, blauw, rood, groen, geel van kleur ….”, waarmee ik bedoelde mensen van alle kleuren, gezindten, rangen, standen, leeftijden, vrouwen, kinderen, mannen.

      Welke organisatie die claimt de belangen van de Indische gemeenschap te behartigen, neemt het voortouw?

  8. Kees de Voogd zegt:

    Mijn vader heeft zich deze maand in zijn graf omgedraaid. Uit zijn memoires blijkt een diepe liefde voor Indië en hij beschrijft daarin de verschrikkingen van de kamptijd en de bersiap. Onze familie heeft ongelofelijk veel geluk gehad, iedereen heeft de oorlog en bersiap overleefd. Mijn vader heeft altijd een hekel gehouden aan Japanners, met Indonesiërs had hij geen moeite ondanks de gruwelen die hij tijdens de bersiap heeft meegemaakt. De slachtoffers van deze periode zijn het gevolg van ethnisch geweld, de poging om ze te beschouwen als betreurenswaardige slachtoffers op het altaar van de Indonesische vrijheidsstrijd is mijns inziens een mooi voorbeeld van “victim blaming”.
    In zijn memoires beschrijft mijn vader ook de periode die lag tussen de capitulatie en de japanse bezetting. Hij schrijft dat in Kedoeng Halang rampokkers als een golf voor de Japanse troepen uitliepen en in de kampongs vooral in de Chinese buurten huishielden. Blijkbaar zijn deze rampokkers na de Japanse capitulatie gewoon doorgegaan waar ze in 1942 mee waren gestopt.

    • Pierre de la Croix zegt:

      Kees de Voogd zegt 28 januari 2022 om 1:13 pm (onder meer): “De slachtoffers van deze periode zijn het gevolg van ethnisch geweld, de poging om ze te beschouwen als betreurenswaardige slachtoffers op het altaar van de Indonesische vrijheidsstrijd is mijns inziens een mooi voorbeeld van “victim blaming”.

      Met permissie, maar als ik “victim blaming” vrij vertaal, dan kom ik op zoiets als “slachtoffers (in casu van de bersiap moorden) beschuldigen van/de schuld geven van”. Van wat?

      De slachtoffers van de bersiapmoorden hadden niets misdaan wat hun wrede lot zou rechtvaardigen. Why were these victims to blame and if they were, for what?

      Ben alleen nieuwsgierig.

      Verder schrijft U: “In zijn memoires beschrijft mijn vader ook de periode die lag tussen de capitulatie en de japanse bezetting. Hij schrijft dat in Kedoeng Halang rampokkers als een golf voor de Japanse troepen uitliepen en in de kampongs vooral in de Chinese buurten huishielden”.

      Dat stemt overeen met wat ik van mijn ouders en anderen die in die tijd volwassen waren, hoorde. Toen de Japanners op Java waren geland vluchtten velen in paniek de bergen in, hun huizen onbewaakt achterlatend of bewaakt door een ingehuurde “djaga” uit de kampong of de vertrouwde “kebon”. In de meeste gevallen hielp dat niet veel en vonden de vluchtelingen hun huis leeg geroofd terug. De Japanner hield niet van ordeverstoringen en maakte korte metten met rampokkers. Die hielden zich dan ook koest tijdens de Japanse bezetting. In het machtsvacuüm dat ontstond na 15 augustus 1945 begonnen zij zich weer te roeren, al dan niet in combinatie met moordpartijen.

      • Kees de Voogd zegt:

        Victim blaming wordt actueel gebruikt in de onthullingen over the voice of holland, de vrouwen zouden immers zelf aanleiding tot misbruik hebben gegeven omdat ze vrouw waren. Het narratief over het schrappen van de term Bersiap baseert op hetzelfde principe, de slachtoffers waren immers impliciet voorstanders van het koloniale bewind omdat ze blank, indo of chinees waren.
        Mijn vader beschrijft dat het geweld van de rampokkers in de kampongs plaatsvond, en dat zij zich in hun huis hadden gebarricadeerd.

      • Pierre de la Croix zegt:

        Dank voor de uitleg, meneer De Voogd.

        Er is één regular op dit blog en I4E die consequent aan “victim blaming” doet als het gaat om de bersiapslachtoffers, want hij suggereert voortdurend dat dezen (dus ook de kinderen), hun verschrikkelijke dood vonden als gevolg van het vooroorlogse koloniale beleid, dus feitelijk “eigen schuld dikke bult” en “don’t blame the henchmen”. Zo’n suggestie is doortrapt, getuigt van weinig mede gevoel en respect voor de slachtoffers en vergoelijkt excessief geweld.

        Het onbegrijpelijke is bovendien dat deze regular zijn wet van oorzaak en gevolg niet van toepassing vindt op het optreden van het Nederlandse leger in Indonesië in het algemeen en dat van bepaalde legeronderdelen en hun commandanten in het bijzonder. De betrokken mannen van KL en KNIL waren intrinsiek moordenaars, zo niet notoire psychopaten en hun slachtoffers, b.v. die van de kapitein Westerling op Celebes, waren allen onschuldige tani’s die alleen vredig hun sawahs bewerkten en hun karbouwen hoedden.

        Onze regular, indien bij zijn volle verstand, meet dus schaamteloos met 2 maten. “That’s not cricket” zouden mijn Britse vrienden met veel gevoel voor understatement zeggen.

  9. Kees de Voogd, helemaal met je eens, je vader en ik waren buren in Kedoeng Halang. Op de,van Heutzweg 5 woonden wij en je vader op nr1.Je vader heeft met mijn broer gevangen gezeten,
    Zou graag contact hebben met je. De Bersiap is onze ”tweede oorlog”, daarom nu knokken tegen verdoezelen van die tijd door geschiedvervalsers. Jethee

  10. Indisch4ever zegt:

    De commotie rond het woord bersiap was dat men ineens dacht dat het Rijksmuseum het woord bersiap had geschrapt/had verbannen omdat het Museum vond dat het een racistisch woord was. Men vreesde dat ook de Indonesische geweldsexcessen op de komende expositie te weinig getoond zou zijn. En mogelijk dat het woord bersiap en de Indische geschiedenis in die periode in de toekomst verbannen zou blijven.

    Veel leed, veel pijn, veel emotie, veel boosheid.

    Maar het museum verklaarde dat het woord bersiap wel gebruikt zou zijn in de expositie en in het boek. Ik neem aan dat dit al het plan was voor de ophef van 11 januari, maar door een opiniestuk van Triyana en de krantenkoppen van het NRC werd het idee de wereld ingeslingerd dat voor die datum besloten was het woord helemaal niet te gebruiken omdat…. het racistisch bevonden werd.
    Het was alleen de gastcurator Triyana die deze mening had, zegt de directeur later. Nu begreep ik dat men het woord bersiap niet wilde gebruiken als primaire tijdsaanduiding voor het najaar 1945 in Indonesie.
    Mij best… als de Indonesische geweldsexcessen in de expositie en het boek duidelijk behandeld zou worden.

    Straks zullen veel mensen vinden dat de Indonesische geweldsexcessen te weinig aandacht kreeg en de Nederlandse excessen weer teveel. Dat wordt dus een roerige maand februari, omdat ook de boeken van het dekolonisatieonderzoek verschijnen, met veel aandacht op tv en radio.

    Dit is de volgende trein,binnen een paar dagen.

    • R.L. Mertens zegt:

      @Boeroeng; ‘veel boosheid etc.’- Zie hoe het Rijksmuseum/historici(!) omgaat met het Indisch leed! Dwz. het leed van Indo(!) families ( vrouwen, kinder, zonder vaders en oudjes) die buiten de beschermde kampen bevonden. Door weigering van het zelfbeschikkingsrecht cq. overleg met de Republiek met daarbij provocerend beleid (de Tottoks zaten toch in beschermde kampen) werden wij Indo’s; het 1e doelwit van bersiaaap/boenoeh Belanda; dood aan de Hollanders! – Hoe marginaal het Rijksmuseum omgaat met feiten!

  11. Pierre de la Croix zegt:

    R.L. Mertens zegt 7 februari 2022 om 9:28 pm: “Hoe marginaal het Rijksmuseum omgaat met feiten!”

    En hoe abject en ziekelijk het is om steeds weer over de ruggen van de bersiapslachtoffers – duizenden weerloze vrouwen, kinderen en mannen van allerlei landsaard – en hun nabestaanden je eigen stokpaardjes te berijden en ontkennen dat de schuldigen van die misdaden de laffe daders zelf zijn en niets en niemand anders.

    • R.L. Mertens zegt:

      @PierredelaCroix; ‘over de ruggen van de bersiap slachtoffers etc.’- Dus ook over mijn(!) rug en de ruggen van mijn vermoorde oom en overige tantes, neven en nichten? Ik noemde de houding van het Rijksmuseum ‘marginaal’, omdat de aanduiding bersiap niet duidelijk/opvallend werd vermeld(!), wel in de omschrijving. Waarom? Bersiap als feit(!) was/is Indisch leed en hoort bij Revolusi. zoals ook de hongerwinter bij nazi tijd Nederland hoort! Dat bersiap een vlek op de Revolusi is duidelijk, vandaar dat Bonnie het liever weglaat. Want niet alles verloopt vlekkeloos bij een revolutie/opstand. Vandaag hoorde ik vanuit Sophiamuseum; een relaas van een onderzoeksteam lid over wat geschied is; ‘dat ook de achtergronden( hoe en waarom!) van feiten meegenomen worden’!
      – Oorzaak en gevolg- is de weg naar waarheidsvinding!
      *Maw. bersiap is niet zomaar gebeurd! Ook niet vanwege een gezagsvacuüm!

      • Pierre de la Croix zegt:

        Ach meneer Mertens, u leest maar begrijpt niet of erger, wil of kan niet begrijpen. Voor uw gemak herhaal ik nog maar eens mijn tekst van 7 februari 2022 om 11:16 pm:

        “En hoe abject en ziekelijk het is om steeds weer over de ruggen van de bersiapslachtoffers – duizenden weerloze vrouwen, kinderen en mannen van allerlei landsaard – en hun nabestaanden je eigen stokpaardjes te berijden en ontkennen dat de schuldigen van die misdaden de laffe daders zelf zijn en niets en niemand anders”.

        “Abject en ziekelijk”. Dat is toch duidelijk Nederlands?

      • R.L. Mertens zegt:

        @PierredelaCroix; ‘laffe daders zijn etc.’- Heb ik beweerd, dat zij helden waren? -Gewoon begrijpend lezen! Zie mijn antwoord aan Geenen.

      • Pierre de la Croix zegt:

        R.L. Mertens zegt 12 februari 2022 om 10:33 pm: “@PierredelaCroix; ‘laffe daders zijn etc.’- Zie mijn antwoord aan Geenen”.

        Wat u ook schrijft meneer Mertens, het komt altijd op het zelfde neer. Oude koek reeds duizend maal opgediend, gelardeerd met veel uitroeptekens en citaten uit andermans werk om indruk te maken. Niets verrassends, niets origineels uit eigen kepala. Alleen die mantra: “Belanda boesoek”. Wat bezielt u?

        Waarom zou ik nu per se uw antwoord aan de heer Geenen moeten lezen? Staat daar eindelijk iets nieuws in?

      • R.L. Mertens zegt:

        @PierredelaCrois; ‘Oostindisch doof etc.’- Zie/lees de Indische Doofpot; zo boesoek als maar het kan!

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s