Verlenging backpay-regeling

Vandaag, 3 november 2016, informeerde staatssecretaris Martin van Rijn de Tweede Kamer met een ´Voortgangsrapportage oorlogsgetroffenen en Herinnering WOII´.

Vergaderende ambtenaren Binnenlands Bestuur, ca. 1940

Vergaderende ambtenaren Binnenlands Bestuur, ca. 1940

Uit de voortgangsrapportage:

“In verschillende stappen heeft de Nederlandse overheid na de Tweede Wereldoorlog getracht om aangedaan onrecht waar mogelijk te herstellen. De besluitvorming rond “Het Gebaar” in 2000 was daarbij een belangrijk moment. Er is toen een regeling getroffen voor de verschillende groepen van oorlogsgetroffenen en besloten tot een aantal verdiepende onderzoeken. Voor twee resterende onderdelen vindt op dit moment afronding van het rechtsherstel plaats. (backpay en rechtsherstel Roma en Sinti – JP) 

Collectieve erkenning

Eind vorig jaar heb ik met uw Kamer uitgebreid stilgestaan bij de NIOD-rapporten die vanuit Het Gebaar zijn opgesteld rond de Indische Kwestie. Op verzoek van uw Kamer heeft dit geleid tot een backpay uitkeringsregeling. Daarnaast heb ik samen met uw Kamer geconstateerd dat het niet mogelijk is gebleken met de Indische gemeenschap tot een individuele regeling te komen voor het onderdeel oorlogsschade. Wel bleek bij het debat brede steun om te zoeken naar een passende wijze van een brede ‘collectieve erkenning’ van hetgeen men in Nederlands-Indië en na aankomst in Nederland heeft meegemaakt. Gezien het bijzondere belang hiervan – en de door mij gedane toezeggingen in betreffende AO’s – zal ik u hier via een aparte brief over informeren. De behoefte aan een Indische pleisterplaats – en de rol van het Indisch Herinneringscentrum daarbij – zal hiervan onderdeel uitmaken. Vooruitlopend hierop kan ik u reeds melden dat ik in overleg met het Indisch Platform heb afgesproken de Uitkeringsregeling Backpay met een jaar te verlengen, zodat met name potentiële rechthebbenden die niet in Nederland wonen ruim voldoende gelegenheid krijgen een aanvraag in te dienen.”

De backpay-regeling wordt dus met een jaar verlengd, zodat ook in 2017 nog aanvragen kunnen worden ingediend. Binnenkort volgt nog een brief over een ´brede collectieve erkenning´.

x

Dit bericht werd geplaatst in 9. Java Post. Bookmark de permalink .

21 reacties op Verlenging backpay-regeling

  1. Ron Geenen zegt:

    “”””””””””””besloten tot een aantal verdiepende onderzoeken. “”””””””””

    “Zoals afgebeeld op de foto boven het artikel.

  2. Wal Suparmo zegt:

    Men wordt mij hier ooit verteld dat het alang afgesloten is. En de brief wat ik van de SvB heb ontangen is om er een rechtzaak van te maken bij de Rechtbank in Denhaag.. Wat natuurlijk gemeen is en fauwe kul omdat ze mijn capaciteiten weten. gezien mijn possitie.

  3. Jan A. Somers zegt:

    We praten de laatste tijd alleen maar over ‘backpay’. In mijn herinnering is dat oorspronkelijk alleen de nabetaling van de in de oorlog niet betaalde salarissen. Maar het lijkt mij dat het een soort containerbegrip is geworden waar al het Indisch verdriet is ondergebracht. Terwijl die salarissen juridisch een heel aparte zaak is. Terwijl sommige zaken meer ereschuld zijn dan rechtmatig. Of heb ik het mis?

  4. joost van bodegom zegt:

    De staatssecretaris is volgens zijn zeggen op zoek naar een pleisterplaats als collectieve erkenning van ons Indische oorlogs- en na-oorlogs verleden.
    Noem het wat mij betreft maar onze Passanggrahan. Als daar ook nog een lekkere pantjoeran bij zit kunnen we alle ellende van ons afspoelen. Ben benieuwd waar dat in Den Haag zal komen….

    • Jan A. Somers zegt:

      Dat is geen rechtsherstel! Handje ophouden en netjes dank je (sorry: U) wel zeggen.

    • Ron Geenen zegt:

      “”””””””””””De staatssecretaris is volgens zijn zeggen op zoek naar een pleisterplaats als collectieve erkenning van ons Indische oorlogs- en na-oorlogs verleden.””””””””””””

      Pleisterplaats? Van de ledenlijst van onze INDO tijdschrift weet ik dat er buiten de leden in Nederland er ook Indo’s in 17 andere landen wonen. Wij die in die 17 landen buiten Nederland wonen zijn dus de Buitenlanders of wel de Buitenkampers. En zij die in Nederland wonen zijn, veronderstel ik, de Inlanders, die in uw pleisterplaats als Binnenkampers zitten. Dus oppassen, want er zijn op het Binnenhof zeer waarschijnlijk nog steeds personen die met een koloniale gedachte rondlopen. Het is maar een vermoeden, maar ik ben al heel lang weg.

  5. Eddy Fredriksz. zoon van Carel Marie Fredriksz, exgevangene, Mauere- Flores Jappenkamp, het zogenaamde Blom-Kamp! zegt:

    Mijn vader is reeds op 99, 6 jaar in juli 2015 overleden en mijn stiefmoeder als langs levende kon geen aanspraak maken, inmiddels is zij in dit jaar 18-06-2016 ook overleden.
    Wat een “kul”, laat de echtgenoten recht blijven hebben maar ook de kinderen!
    Indisch Platform, jullie hebben weer gefaald!

    • Ron Geenen zegt:

      Mee eens met uw schrijven.

      • Helemaal mee eens, met u mijnheer Freddriksz, ik had aan mijn vader en schoonvader moeten zeggen, jullie mogen nog niet doodgaan hoor, pas op of na 15 augustus 2015, anders hebben jullie geen recht meer op jullie nóóit uitbetaalde salaris. Tis te schandalig voor woorden.

      • Ron Geenen zegt:

        Een Indische dame heeft bijna 100 jaar gewacht op haar centjes. Te vergeefs. Ze is 99 jaar geworden en ik ga a.s. maandag naar haar begrafenis om haar een laatste eer te bewijzen.

      • Ook ik ben het met de reactie van de heer Fredriksz eens, en ik hoop dat er gerechtigheid komt, maar ik heb er een zwaar hoofd in, het gaat niet om een gift, maar een verplichting om het nóóit uitbetaalde salaris alsnog uit te betalen.

  6. Charles Christiaan Weijdemuller zegt:

    Ook ik CC Weijdemuller jr. op Java geboren 26-01-1948 zoon van CC Weijdemuller senior geboren te Paree Indonesia den 27 sten Juli 1908 samen met mijn broers en zusters ook recht op een back pay-regeling (nabetaling).

  7. Meijer zegt:

    Vind ik ook schandalig voor nabestaanden als echtgenoot nog in leven is 15augustus 2015 is een dag om nooit te vergeten mijn vader is 90 jaar en mijn moeder heeft er geen recht op moest gedwongen naar Nederland vluchten en wat hebben ze gekregen niks en velen van onze indo’s.

    • Ron Geenen zegt:

      “”””””””””””en wat hebben ze gekregen niks en velen van onze indo’s””””””””””””

      O, ja wel, net als de meeste andere Indo’s, kregen ze de rekening gepresenteerd voor de voorschotten op kleding en meubels, waarbij 60% van het inkomen werd ingehouden.
      Tegenwoordig heet dat de vinger krijgen.

  8. Ron van der Burgh zegt:

    Schrijnende voorbeelden die hiervoor worden aangehaald. Ik vind het een grote schande dat het Indisch Platform zich zo heeft laten inpakken. Juist in dergelijke principiele kwesties moet je de rug recht houden en je niet laten afschepen. Feit is dat er door de NL overheid jarenlang geen salaris aan deze Nederlandse militairen is uitbetaald (schrijnend omdat andere krijgsonderdelen wel hun achterstallige salaris hebben gehad). Was dit wel gebeurd dan had dit de vermogenspositie van de betreffende familie verbeterd. Het is dus redelijk dat iedere krijgsgevangene of zijn nabestaanden een dergelijke compensatie krijgt. Of dat dan € 25.000 moet zijn laat ik in het midden. Gerechtigheid is belangrijker dan de hoogte van het bedrag. Nu hebben velen dit grote onrecht meegenomen in hun graf.. Dus wat mij betreft: goede eerste fase Indisch Platform, nu doorpakken en het dossier goed afronden.

  9. Jan A. Somers zegt:

    Ik zie steeds wijzen naar het IP. Maar wie van onze reageerders heeft contact opgenomen met dat IP, niet alleen om te vragen of boos te doen, maar ook om steun te betuigen? En misschien zelfs aanbieden om mede actie te ondernemen, te helpen. Of liever gezellig blijven wachten? Ikzelf hoef dat niet en mijn ouders zijn al lang geleden overleden. Hebben ook geen backpay gehad. Maar hebben ook nooit hun handje willen ophouden. Dat heb ik ook van hen geleerd.

    • Ron Geenen zegt:

      “””””””””””””Hebben ook geen backpay gehad. Maar hebben ook nooit hun handje willen ophouden. Dat heb ik ook van hen geleerd.”””””””””””””””

      Wie het breed heeft, laat het breed hangen, niet. Wijlen mijn moeder zou het heel goed gebruikt kunnen hebben. Plotseling een paar extra centjes zouden een weelde voor vele arme in de steek gelaten Indo’s zijn geweest.

    • Ron van der Burgh zegt:

      Daar heb je een punt. Ik ga zeker contact opnemen met het Indisch Platform. Om mijn teleurstelling aan te geven maar ook om steun en hulp te bieden bij het zetten van volgende stappen

  10. Ronald Thumann zegt:

    Anti Discriminatie Bureau Zeeland schreef aan de heer R. Thumann:
    “Goes, 17 oktober 2016

    Geachte leden van het College voor de Rechten van de Mens,

    Hierbij verzoeken wij het College voor de Rechten van de Mens (hierna: het College) om een onderzoek in te stellen naar onderstaand voorval.

    Mogelijk handelt het zich hier om ongelijke behandeling op grond van ras op het terrein sociale bescherming. De klacht heeft betrekking op de Backpay regeling welke onder de ministeriële verantwoording valt van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport en wordt uitgevoerd door de Sociale Verzekeringsbank te Leiden. De uitkeringsregeling Backpay staat het de Nederlandse staat toe om een éénmalige uitkering toe te kennen aan hen die als ambtenaar of militair ten tijde van de Japanse bezetting van Nederlands-Indië in dienst waren van het Nederlands-Indisch Gouvernement en aan wie gedurende deze periode geen dan wel onvolledig salaris is uitbetaald.

    Juridisch kader
    In artikel 1 AWGB is bepaald dat onder indirect onderscheid ook ras wettelijk beschermd is.

    In artikel 7a, eerste lid, AWGB, is bepaald dat onderscheid op grond van ras is verboden bij sociale bescherming, daaronder begrepen sociale zekerheid en sociale voordelen.

    Artikel 26 van het Internationaal Verdrag Inzake Burgerrechten en Politieke Rechten (IVBPR) bepaalt dat de volken van de leden van de Verenigde Naties allen gelijk zijn voor de wet en zonder discriminatie aanspraak hebben op gelijke bescherming door de wet. In dit verband verbiedt de wet discriminatie van welke aard ook en garandeert een ieder gelijke en doelmatige bescherming tegen discriminatie op welke grond ook, zoals ras.
    Uit aanhangig advies (onder punt 15) behorend bij oordeel 2007-152 van de Commissie Gelijke Behandeling, thans sinds 2002 het College valt op te maken dat Nederlands of Europese wetgeving ook op onderdanen welke niet woonachtig zijn binnen de EU van toepassing kan zijn als de regeling waarvoor de niet EU-onderdaan in aanmerking komt tevens op hem betrekking heeft.

    1. Situatie
    1.1 Staatssecretaris van Volksgezondheid, Sport en Welzijn de heer dr. M.J. van Rijn (hierna: de staatssecretaris) heeft op 7 december 2015 in onderhandeling met het Indisch Platform een akkoord bereikt. De uitvoering van dit akkoord heeft geresulteerd in de Uitkeringsregeling Backpay. (bijlage 1)
    1.2 Om in aanmerking te komen voor de uitkeringsregeling moet de betrokkene volgens artikel 3 van de Uitkeringsregeling Backpay voldoen aan 3 voorwaarden. Te weten:
    a. Op 15 augustus 2015 in leven zijn;
    b. Niet door de rechter veroordeeld zijn wegens collaboratie met de Japanners;
    c. Gedurende (een deel van) de Japanse bezetting niet de Japanse nationaliteit hebben.
    1.3 In een brief aan de Tweede Kamer (bijlage 2) heeft de staatssecretaris aangegeven dat hij als datum voor het vaststellen van de groep rechthebbenden denkt aan 15 augustus 2015, exact 70 jaar na het einde van de Tweede Wereldoorlog.
    1.4 Nabestaanden van betrokkenen kunnen ook een aanvraag indienen voor de uitkeringsregeling Backpay mits de betrokkene op of na 15 augustus 2015 is overleden.

    2. Discriminatieklacht
    2.1 De heer R. Thümann (hierna: verzoeker) treedt op namens een groep Indonesische belanghebbenden en erfgenamen welke zich door de Nederlandse overheid gediscrimineerd voelt. Daarnaast maakt verzoeker tevens zelf deel uit van de groep benadeelden. Verzoeker heeft op 10 augustus 2016 in een telefonisch contact met ADB Zeeland een klacht ingediend over de Uitkeringsregeling Backpay op grond van ras.
    2.2 Verzoeker is door mevrouw W. Vogeler (hierna: erfgenaam in kwestie), woonachtig in Indonesië, gemachtigd om namens haar een klacht in te dienen bij een Nederlandse antidiscriminatievoorziening.
    2.3 De erfgenaam in kwestie heeft reeds op 24 januari 2016 een aanvraag Uitkeringsregeling Backpay ingediend. Deze aanvraag is middels een formeel besluit van 11 mei 2016 afgewezen (bijlage 3).
    2.4 In de aanvraag heeft de erfgenaam in kwestie gevraagd op een toepassing van de hardheidsclausule volgens artikel 7 van de Uitkeringsregeling Backpay. Voor de beoordeling van het toepassen van de hardheidsclausule heeft de Commissie van Advies Backpay (hierna: Commissie) een advies uitgebracht (bijlage 4). De Commissie is van mening dat de vermeende voorwaarde om op of na 15 augustus 2015 in leven te zijn een dwingendrechtelijke bepaling is in de Uitkeringsregeling Backpay, waarvan het niet mogelijk is via de hardheidsclausule een uitzondering te maken.
    2.5 Verzoeker besloot daarom een oordeel aan te vragen bij het College.

    3. Relevante feiten
    3.1 Met alle medische zorg die in de Westerse wereld, in dit geval Nederland, voor handen ligt, ligt de levensverwachting per 2014 volgens het Centraal Bureau voor de Statistiek in Nederland op 81 jaar. De levensverwachting in Indonesië daarentegen blijft, volgens de Wereldbank (www.worldbank.org, ’s werelds grootste instituut voor ontwikkelingssamenwerking) met 67 jaar fors achter.
    3.2 De gestelde datum, 15 augustus 2015, ligt 70 jaar na het einde van de Tweede Wereldoorlog. 70 jaar an sich is al hoger dan de statistische levensverwachting in Indonesië.
    3.3 Uit opgevraagde cijfers van de Sociale Verzekeringsbank (hierna: de SVB) (bijlage 5) blijkt dat er tot op heden 556 aanvragen in het kader van de Uitkeringsregeling Backpay zijn behandeld. Van deze 556 aanvragen zijn er 494 aanvragen toegekend. Van de 494 aanvragen heeft de SVB 465 uitkeringen ambtelijk toegekend en 29 aanvragen zijn door belanghebbenden of erfgenamen zelf ingediend.
    3.4 Van de 494 toegekende uitkeringen werden er 380 uitkeringen toegekend aan belanghebbenden in Nederland, 110 uitkeringen toegekend aan belanghebbenden die woonachtig zijn in het buitenland en slechts 4 uitkeringen zijn toegekend aan belanghebbenden die woonachtig zijn in Indonesië.

    De gevolgen voor groep Indonesiërs, wier belangen verzoeker behartigt, over dit gebeuren zijn groot.

    Verzoeker stelt dat de ogenschijnlijk neutrale voorwaarde, de betrokkene op 15 augustus 2015 in leven dient te zijn, leidt tot het maken van indirect onderscheid. Want, zo stelt hij, de groep mensen die wellicht disproportioneel getroffen wordt door de voorgestelde voorwaarde betreft de groep Indonesiërs die in Indonesië voor 15 augustus 2015 reeds veertien jaar eerder zijn overleden dan Nederlanders woonachtig in Nederland of naar elders dan Indonesië geëmigreerd. Althans gelet op het verschil inzake de levensverwachting van Indonesiërs met de Indonesische nationaliteit en Nederlanders met de Nederlandse nationaliteit.

    Voorts concludeert verzoeker aan de hand van het aantal uitgekeerde regelingen, de afgewezen aanvragen en de statistische levensverwachtingen dat een grote groep Indonesiërs door de ogenschijnlijk neutrale voorwaarde (nl. op 15 augustus 2015 nog in leven zijn) wordt benadeeld. De gevolgen van deze voorwaarde zijn disproportioneel ongunstig voor een grote groep Indonesiërs. Dit blijkt uit het feit dat er slechts 4 uitkeringen in het kader van de Backpayregeling zijn overgemaakt naar belanghebbenden die in Indonesië woonachtig zijn.

    Tevens is verzoeker van mening dat het middel (de ogenschijnlijk neutrale voorwaarde om op 15 augustus 2015 in leven te zijn) niet passend is om het daadwerkelijke doel van de regeling te bereiken, namelijk hen een financiële compensatie toe kennen voor het mislopen van (een deel van) de soldij en het salaris ten tijde van de Japanse bezetting van 1942 tot en met 1945.

    Tot slot stelt verzoeker dat het quasi-neutrale criterium welke door de staatssecretaris is vastgesteld niet redelijk en objectief gerechtvaardigd is en daarmee geen rechtsgeldige reden is. Temeer nu de vastgestelde overlijdensdatum van redelijke grond is ontbloot. Verzoeker is van mening dat de ogenschijnlijk neutrale voorwaarde doet vermoeden dat dit een ontmoedigingsmaatregel is, immers wordt het voor een grote groep Indonesiërs onmogelijk gemaakt om in aanmerking te komen voor deze regeling omdat betrokkenen (statistisch gezien) nagenoeg geen kans maakten om aan de voorwaarde te voldoen.

    Wij vragen u bij deze om onderzoek te doen naar vermeende ongelijke behandeling door zowel de staatssecretaris als de SVB op grond van ras door een datum te hanteren waarvan statistieken aantonen dat een grote groep mensen op die datum niet meer in leven zou kunnen zijn en juist deze groep daardoor uitsluit van een voor hen bedoelde genoegdoening. Verzoeker veronderstelt immers dat ook de SVB bij de uitvoering van de Backpay regeling rekening dient te houden met het verbod op discriminatie. De SVB zou volgens verzoeker bij het voeren van een redelijk sociaal beleid, indien aan alle gestelde voorwaarden is voldaan behalve aan één voorwaarde (het niet in leven zijn op of na 15 augustus 2015), toch de uitzondering dienen toe te passen met betrekking tot de overlijdensdatum van de belanghebbenden.

    Tot slot verzoeken wij het College rekening te houden met de hoge leeftijd van betrokkenen (veelal 90+) en de naderende einddatum waarop men een aanvraag voor de Uitkeringsregeling Backpay kan indienen, namelijk 1 januari 2017. Voor zover bekend heeft de staatssecretaris (nog) geen gebruik gemaakt van de op grond van artikel 6 lid 2 bepaalde mogelijkheid deze uiterlijke datum uit te stellen. Het is daarom wenselijk deze gebeurtenis met enige spoed te onderzoeken.

    Met vriendelijke groet,
    namens ADB Zeeland

    Stefano La Heijne-Frans
    Consulent discriminatiezaken”

    Advies van mr A.R. Kellermann, telf 020-3639999: alle erfgenamen die een ouder voor 15 augustus 2015 door overlijden hebben verloren dienen een verzoek bij de SVB in te dienen voor 1 januari 2018 (veiligstellen van mogelijke rechten).

  11. Ron van der Burgh zegt:

    Is er al iets bekend over de gerechtelijke procedure die is aangespannen bij het Hof in Den Haag? Ik begreep dat er in februari 2017 een zaak zou dienen aangespannen door nabestaanden van iemand die voor 15-08-2015 is overleden. Ik kan er helaas niets over vinden.

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s